SPQR les 17 - de Dood bij de Romeinen: Rituelen en de Onderwereld

De Dood bij de Romeinen
Rituelen en de Onderwereld
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Dood bij de Romeinen
Rituelen en de Onderwereld

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de rol van rituelen en de onderwereld bij de Romeinse dood beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen leren en waarom het relevant is.
Dit is het dodenmasker van?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geen Romein, maar wie
(een fan van het Romeinse rijk)
was het dan wel?
A
Karel de Grote
B
Napoleon
C
Columbus
D
Michael Jackson

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evinmin een Romein,
maar wie wel?
A
Karel de Grote
B
Michelangelo
C
Beethoven
D
Arnold Schwarzenegger

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


A
Marc Rutte
B
Isaac Newton
C
Toetanchamon
D
Julius Caesar

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ook de Romeinen maakten wassen dodenmaskers:
- gedragen door acteur in de lijkprocessie
- opgehangen in atrium met 'sfeerverlichting' als een soort van stamboom van de familie

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Het reliëf van Amiternum (ca. 50 c. Chr.), zie boek p. 70

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romeinse begrafenisstoet

Slide 10 - Tekstslide

Beschrijf kort de Romeinse kijk op de dood en maak de leerlingen nieuwsgierig naar de rol van rituelen en de onderwereld.
Ivoren bekleding van een
Romeins doodsbed
(het hout is modern):
details!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romeinse grafrituelen
- het wassen en aankleden van het lichaam (purper voor consul, goud als hij triomftocht had mogen houden) 
- eulogie (wat is dat, denk je?)

Slide 12 - Tekstslide

Laat afbeeldingen zien van de rituelen en bespreek waarom deze belangrijk waren voor de Romeinen.



Romeinse begrafenisstoet

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Romeinse graven
langs de via Appia

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tombe van 
    de Rabirii

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Mag het ietsje groter zijn?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor de allerrijksten

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Columbarium voor armeren (gecremeerden)

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begraven of cremeren?
De Romeinen hadden verschillende manieren om hun doden te begraven of te cremeren, afhankelijk van hun religie en sociale status.
Zeker vanaf de uitbreiding van het christendom: meer begraving!

Slide 19 - Tekstslide

Leg uit dat de Romeinen hun doden op verschillende manieren behandelden en de leerlingen moeten begrijpen waarom.
grafrituelen
Vanaf 4e eeuw: gladiatorenspelen (tot de dood)

Slide 20 - Tekstslide

Beschrijf hoe de Romeinen geloofden dat de onderwereld hielp bij de overgang van de dood naar het hiernamaals.
Hoe zag de Onderwereld eruit?
Elyseese velden (Elysium)
Tartarus

Slide 21 - Tekstslide

Laat afbeeldingen zien van de onderwereld en bespreek de verschillende gebieden en goden.





De Sarcofaag van Simpelveld (net onder Heerlen, 30 km van Sittard) -RMO, Leiden

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent sarcofaag letterlijk?
A
doodskist
B
vleeseter
C
doosje
D
lijkenpikker

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sarcofaag = 'vleeseter' (lijkenverslinder)
van het Griekse sárx (genitief sarkós), ‘vlees’, en phageĩn, ‘eten’.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speciale tombes

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze porfieren
sarcofaag is van
(porfier uit Egypte,
zoals voor farao's):
A
Michael Jackson
B
Freddy Mercury
C
Keizerin Helena (moeder keizer Constantijn)
D
Jimi Hendrix

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe geraakt een piramide van 35 m in Rome?
A
Augustus heeft een piramide laten afbreken en opbouwen in Rome
B
Een Romein was fan van Egypte en liet een piramide als grafplaats bouwen
C
Het is een reclamestunt van McDonald's
D
het is photoshop

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies





Welk beroep oefende
Eurysaces uit?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk beroep?
A
bakker
B
gokmakelaar
C
kunstenaar
D
drugsdealer

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Engelenburcht 
(tombe
van Hadrianus)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




de catacomben van San Callisto (Rome)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel christenen lagen begraven in de catacomben van San Callisto?
(... en dat is maar één van de vele catcomben die Rome Rijk is)
A
5,000
B
15,000
C
50,000
D
500,000

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

lANTEN
lege 'cenotaaf':
slag bij Teutoburgerwoud
(9 na Chr.), onder keizer Augustus

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 38 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 39 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 40 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.