Eerste les 30-08-2021

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 4

Nederlands klas 3

Komend schooljaar

• 3 lessen Nederlands per week 
• Elke les start met 15 min lezen (boekentips) 

Wat neem je elke les mee?

• Laptop + oplader
  
• Leesboek of een tijdschrift
• Huiswerk gemaakt! 

Lesdoelen

• Je kent de regels
• Je weet wat je gaat leren bij het vak Nederlands
• Je weet wat je op het examen kunt verwachten

Regels

1. Mobiel in de telefoontas (op stil).

2. Elke les: neem je spullen mee (laptop, oplader, pennen, boek of tijdschrift).

3. Als ik praat, vertoon je luistergedrag (je kijkt naar de docent, je hebt niks in je handen en je bent stil). 

4. Als je een vraag hebt of iets wilt vertellen, steek je je vinger op.

5. Je respecteert elkaar en elkaars spullen.

6. Je doet geen dingen bij een ander die je zelf ook niet leuk vindt.

Ben ik nog iets vergeten?

Dit ben ik

Wat is je voornaam?

Waar woon je?

Hoeveel jaar ben je?

Als je een bijbaan hebt, waar werk je?

Wat is je lievelingskleur

Rood

Geel

Wit

Blauw

Roze

Groen

Paars

Oranje

Zwart

Bruin

Noem een goede eigenschap
van jezelf.

Wat is jouw lievelingseten?

Wat is jouw favoriete
vakantieland?

Van welke muziek houd je?

Welk vak vind je het leukst?

Wat is in jouw ogen een goede docent?

Waar zou je voor kiezen?

Kunnen vliegen.

Door de tijd reizen.

Waar zou je voor kiezen?

Aan zee wonen

In de bergen wonen.

Waar zou je voor kiezen?

Nooit meer pizza.

Nooit meer frietjes.

Waar zou je voor kiezen?

Als het regent moet je heel hard huilen (ook als je binnen bent).

Als je een hond ziet moet je die een kwartier lang op je knieën achtervolgen.

Waar zou je voor kiezen?

Je mag nooit meer je telefoon gebruiken .

Alles wat je doet wordt live uitgezonden.

Dankjewel!

Dus: nog een keer:

1. Mobiel in de telefoontas (op stil).

2. Elke les: neem je spullen mee (laptop, oplader, pennen, boek of tijdschrift).

3. Als ik praat, vertoon je luistergedrag (je kijkt naar de docent, je hebt niks in je handen en je bent stil). 

4. Als je een vraag hebt of iets wilt vertellen, steek je je vinger op.

5. Je respecteert elkaar en elkaars spullen.

6. Je doet geen dingen bij een ander die je zelf ook niet leuk vindt.