In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
learning goal
- I will have practiced with reading/ literature questions for herkansing or CE
Today you can ask any final questions about herkansing/ exam texts in general.
Slide 2 - Tekstslide
SE4
-N-term = 1,0 based on the average of all the n-termen of the texts.
-Remember CE last year was n-term 0,3.
-You can now check your grade/points/questions in RTTI + on paper.
- Remember, if you give two answers = automatically wrong!
Slide 3 - Tekstslide
Question 2
innocuous?
not harmful
Slide 4 - Tekstslide
Which
strategies
can you deduce from this example?
Slide 5 - Tekstslide
Question 9
correct answer: D
Slide 6 - Tekstslide
Question 28
What is the first step?
Let op woorden die dikgedrukt zijn als "eerst" of "oorzaak"
correct answer: ? "most builders" (regel 10)
Slide 7 - Tekstslide
Question 40
What does imminent mean?
immediate/ happening soon
correct answer: A
Slide 8 - Tekstslide
Tekst 1 Spotting Musical Talent
Question 2
What should you avoid in this type of question?
Do NOT answer in English = 0 points
Do not translate literally, write in your own words
Be explicit, do not write down general terms like "je moet een aan een bepaalde categorie voldoen"
Slide 9 - Tekstslide
Which strategies do you know for exam questions where you have to put paragraphs in the right order?
Slide 10 - Open vraag
How to tackle ordeningsvragen?
extra tips:
-kijk goed naar namen: personen moeten eerst geintroduceerd zijn.
- kijk goed naar verwijswoorden (he/she said....) dit moet logisch aansluiten op voorgaande alinea's.
Slide 11 - Tekstslide
Examenbundel
Pick a text that you would like to make. Preferably a 3 star text that seems difficult.
Slide 12 - Tekstslide
www.alleexamens.nl
Slide 13 - Link
Stappenplan
1. Lees de titel, bekijk het plaatje, check de bron en schrijver. Bedenk wat je al weet over dit onderwerp.
2. Lees de vraag en beslis of de tekst kort genoeg is om helemaal te lezen of dat je slechts een (paar) alinea's moet lezen.
Slide 14 - Tekstslide
Stappenplan
3. Bij open en citeervragen wordt er iets meer van je gevraagd. Vooral als de vraag een citaat bevat, zorg dat je dat stukje tekst helemaal begrijpt (zie vraag 1, p. 76)
open vragen beantwoorden in het Nederlands: Engels = 0 punten, niet letterlijk vertalen maar schrijf het in je eigen woorden op, liever dat je te veel dan te weinig opschrijft en wees specifiek dus gebruik geen vage termen. Leg uit.
Slide 15 - Tekstslide
Stappenplan
3. Lees de eerste bewering en zoek het tekstgedeelte op waar de bewering over gaat.
4. Lees dat tekstgedeelte goed door en bepaal of de bewering klopt of niet klopt. Herhaal dit met de overige beweringen
6. Weet dat als er niets over de bewering wordt gezegd het altijd fout is! Gebruik dezelfde woorden als in de vraag (wel/niet of juist/onjuist)
Slide 16 - Tekstslide
Stappenplan
4. Bij meerkeuze antwoorden zorg dat je de werkwoorden onderstreept en echt goed begrijpt. Wegstrepen van antwoorden.
5. Let op linking words in alinea's of in antwoorden. Zorg dat je die onderstreept en bekijkt wat hun betekenis is/ tot welke categorie ze behoren.
Slide 17 - Tekstslide
Literature: any questions?
Herkansing: no questions about the poems & Jane Eyre.
39 points = reading + 16 points = literature
Focus on: Romanticism, Victorian Age, Pride and Prejudice, Frankenstein & Picture of Dorian Gray
Slide 18 - Tekstslide
Romanticism
Victorian
pessimism
Nature =
godlike
symbolism
Bildungsroman
inspired by the
Renaissance
concern
for outcasts of society
daily life
visually
descriptive
supernatural
Slide 19 - Sleepvraag
Who dies in The Picture of Dorian Gray?
A
Sybil Vane, Basil Hallward & James Vane
B
Sybil Vane & Lord Henry Wotton
C
Basil Hallward & James Vane
D
Lord Henry Wotton, Sybil Vane and Basil Hallward
Slide 20 - Quizvraag
Which one is not an element of the Victorian age?
A
nature as godlike
B
focus on the common man
C
escapism
D
takes inspiration from the renaissance
Slide 21 - Quizvraag
Is The Picture of Dorian Gray a Romantic novel? Explain your answer.
Slide 22 - Open vraag
Literature Timeline
Pride and Prejudice (written between 1796-1797. Pub. 1813)
Before 1798 Which period?
1798-1837 Romantic Period
Frankenstein (written in 1816)
1830 (early Victorian)-1900 Victorian Age
Jane Eyre - Charlotte Brontë (pub. 1847)
Picture of Dorian Gray - Oscar Wilde (pub. 1891)
Slide 23 - Tekstslide
The Victorian Age
Started around 1830 ended in early 20th century
Named after Queen Victoria (1837 - 1901)
Britain: great economic and political power
"The empire on which the sun never set"
Slide 24 - Tekstslide
Victorian literature - the novel
The age of the novel
Growing audience for "true stories"
Greater wealth (rise of the middle classes)
Better education (rise in literacy)
Instalment system (novels published in serial form)
Slide 25 - Tekstslide
Characteristics
daily life
moral purpose
idealism/ideal life
pessimism
visually descriptive
dramatic monologue
takes inspiration from renaissance
Slide 26 - Tekstslide
Which one(s) is/are Romantic elements?
A
nature as a mysterious force, concern for outcasts of society
B
supernatural elements, focus on the elite
C
the rational mind , use of symbolism
D
focus on urban areas, art as expression
Slide 27 - Quizvraag
Who is the protagonist and antagonist in Pride and Prejudice? Use 2 examples to explain your answer.
Slide 28 - Open vraag
7. Which few traits do you think best describe the following characters?