In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Post van Donald Duck
Slide 1 - Tekstslide
Doel van de les
Sessie 1: Het onderzoeken van de bedoeling van de schrijver.
Sessie 2: Het ontdekken van de betekenis van moeilijke woorden.
Sessie 2: Bewijs zoeken in de tekst voor het antwoord op de w/h vragen.
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je al van Donald Duck?
Slide 3 - Woordweb
Bekijk alvast de tekst. Waar zal deze tekst ongeveer overgaan denk je?
A
Over een nieuw abonnement afsluiten op de DD
B
Over het opzeggen van het abonnement op de DD.
C
.
Slide 4 - Quizvraag
Tekst lezen
We lezen samen de tekst in deze folder.
Juf/meester modelt een stukje van de tekst, wie kan dat ook al?
Je markeert de moeilijke woorden met je markeerstift.
Slide 5 - Tekstslide
Aan wie is deze folder geschreven, denk je? Aan iemand die.....
Slide 6 - Open vraag
Wat is de bedoeling van de schrijver met deze folder? Wat wil de schrijver bereiken?
Slide 7 - Woordweb
Waarom staan er stripjes en leuke weetjes in de folder? Wat klopt niet?
A
Omdat de schrijver dat zelf grappig vindt
B
Om te zorgen dat je toch wel lid blijft.
C
Om te zorgen dat je spijt krijgt van het opzeggen.
D
Om te zorgen dat je weer lid wordt.
Slide 8 - Quizvraag
Wie heeft deze folder geschreven, denk je?
A
Mickey Mouse
B
Kwik, Kwek en Kwak
C
De uitgever van de Donald Duck
D
Donald Duck zelf
Slide 9 - Quizvraag
Dit was sessie 1. Heb jij het doel voor deze sessie gehaald? Leg maar uit!
Slide 10 - Woordweb
Welk cijfer geef jij deze les? Waarom?
Slide 11 - Open vraag
Sessie 2: doel van de les
Het ontdekken van de betekenis van moeilijke woorden.
Bewijs leren zoeken in de tekst voor het antwoord op de w/h vragen.
Slide 12 - Tekstslide
Wat gaan we doen:
We lezen de teksten in de folder nog een keer
Kijk naar de gearceerde woorden, deze vond je lastig.
Bedenk op welke manieren je de betekenis kunt ontdekken.
In het woord zelf
Teruglezen
Verder lezen
Staat er een synoniem of juist een tegengesteld woord?
Slide 13 - Tekstslide
Wat is een duckstedeling? En noem minimaal 5 duckstedelingen.
Slide 14 - Woordweb
Lees het stukje van Prinses Oena nog eens. Welk woord in dit stukje heeft te maken met "primitieve"
A
Willie en Donald
B
het moderne leven
C
Steentijd
D
gecharmeerd
Slide 15 - Quizvraag
Lees het stukje van Prinses Oena. Zij is erg gecharmeerd van Donald. Wat ze daarom?
A
Ze gaat terug naar de steentijd
B
Ze reist terug naar het verleden met Willie en Donald
C
Ze gaat voor Kwik, Kwek en Kwak zorgen
D
Ze gaat mee naar Duckstad
Slide 16 - Quizvraag
Wat is er dan aan de hand als je gecharmeerd van iemand (of iets) bent?
Slide 17 - Woordweb
Lees het stukje van Dumbella. Noem minimaal 3 weetjes over Dumbella.
Slide 18 - Open vraag
Lees: Venijn McSnekke: welke woorden die je kent, zie je in "veehouderij"
Slide 19 - Woordweb
Lees: Venijn McSnekke: welke woorden herken je in "pruikenhandel"
Slide 20 - Woordweb
Lees: Venijn McSnekke: de laatste zin: Venijn....... saboteren. Stel, je weet niet wat dit is, kun je dan toch uit dit stukje ongeveer weten wat saboteren is.
A
ergens boter opsmeren
B
geld stelen
C
zaken in de war sturen
D
vee en pruiken stelen
Slide 21 - Quizvraag
Wat doe je als je hard van stapel loopt? (zie de strip over de erfenis)
A
Dan ren je heel hard langs een stapel
B
Dan val je naar beneden
C
Dan ben je te vlug met doen of denken
D
Dan wil je winnen
Slide 22 - Quizvraag
Waarom zegt Donald dit tegen zijn neefjes?
Slide 23 - Woordweb
Welk(e) talent(en) uit de Talentencirkel heeft Donald ingezet in het stripje?
Slide 24 - Woordweb
Dit was sessie 2. Welk cijfer geef je aan deze les? Waarom?