Les 9: Pneumatiek: stuurventielen en besturing

Procestechniek






Les: Pneumatiek: stuurventielen en besturing
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
VoedingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Procestechniek






Les: Pneumatiek: stuurventielen en besturing

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
  • Pneumatiek versus  Besturen en Meten en regelen (M&R) 
  • Pneumatiek en de onderdelen (appendages)
  • Praktijkopdracht(en)
  • Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Jij:
  • Kent de verschillen tussen M&R en/of besturen in de pneumatiek
  • Weet welke onderdelen in de pneumatiek worden gebruikt en je kent de werking en toepassing
  • Kan pneumatische schakelingen maken met de appendages


Slide 3 - Tekstslide

Pneumatiek: Wat is dat ook alweer? En noem enkele (ook alledaagse) voorbeelden.

Slide 4 - Open vraag

Besturen of Meten en Regelen
Besturen wat is dat:
  • Besturen = een actie uitvoeren als aan een voorwaarde is voldaan (in het proces)
  • Er worden geen metingen verricht om het proces bij te stellen
  • Er is nooit sprake van een terugkoppeling!!
Regelen wat is dat:
  • Regelen = continue meten om proces bij te sturen
  • Er is dus continue sprake van een terugkoppeling!!
  • Je stelt een gewenste waarde in (IW), meet continue en corrigeert. 

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld van besturen is?
A
Noodrem in een trein
B
Thermostaat in je huiskamer
C
Druk regeling compressor
D
Airbag in de auto

Slide 6 - Quizvraag

Nog een voorbeeld van besturen is?
A
Hoog en laag niveaumelders in een tank
B
Niveau regeling in een tank
C
Drukmeting in een tank
D
Optische sensor in een tank

Slide 7 - Quizvraag

Een voorbeeld van regelen is?
A
Cruise control in je auto
B
Stoppen voor een rood stoplicht
C
Geleidbaarheidsmeting
D
Troebelheidsmeter

Slide 8 - Quizvraag

Wat is nodig om hoeveelheid doorstroming van een vloeistof te kunnen regelen? Let op: vraag goed lezen!
A
Een niveaumeter
B
Een pomp
C
Een flowmeter
D
Een pomp met flowmeter

Slide 9 - Quizvraag

Pneumatische onderdelen
  • Drukregelaar
  • Cilinders
  • Verdeelblokken
  • Stuurventielen (3/2 en 5/2)
  • Smoorventielen

Slide 10 - Tekstslide

Bestudeer de symbolen. Benantwoord de volgende sleepvraag

Slide 11 - Tekstslide

Smoorventiel
3-2 ventiel
5-2 ventiel
reduceerventiel
dubbelwerkende cilinder

Slide 12 - Sleepvraag

Pneumatische besturing
Een pneumatische besturing krijgt pneumatische
 signalen binnen, afkomstig van de signaalgevers.
Op basis van de signalen stuurt de besturing
pneumatische commando's uit.
De commando's gaan naar de hoofdschakel-
elementen, deze sturen de uitvoerorganen aan.'
In de stuurkring is de besturing dus te vinden 
tussen de signaalgevers en de hoofdschakelelementen.

Slide 13 - Tekstslide

Pneumatische besturing - 0 en 1
Signaalgevers
Het 3/2-venitel heeft twee mogelijke standen: 
niet bediend of wel bediend.
Bij een handbediend 3/2-venitel krijgen we de
bediende stand door op de knop te drukken.

signaalgevers:  niet bediend  = 0
                                 wel bediend   = 1

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Pneumatische besturing - 0 en 1
Het signaal van het 3/2-ventiel heeft ook 
twee mogelijke waarden:
geen luchtdruk en wel luchtdruk.



Pneumatisch signaal: geen luchtdruk  = 0
                                                wel luchtdruk     = 1

Slide 16 - Tekstslide

Pneumatische besturing - 0 en 1
Uitvoerorganen

De pneumatische cilindeer is een binair uitvoerorgaan.
Het heeft twee mogelijke standen: IN en UIT.
Ook deze twee standen coderen we met 0 en 1.

Cilinder (uitvoerorgaan):  IN     = 0
                                                      UIT  = 1

Slide 17 - Tekstslide

Pneumatische besturing - 0 en 1
Het pneumatische commando naar een hoofdschakelellement heeft ook twee mogelijke waarden.

Pneumatisch commando:  geen luchtdruk  = 0
                                                          wel luchtdruk     = 1

Slide 18 - Tekstslide

Pneumatische besturing - 0 en 1
Het veerretour 5/2- ventiel


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Video

Pneumatische besturing
In schema's en waarheidstabellen worden:
- de signaalgevers aangeduid met een kleine letter.
- de uitvoerorganen aangeduid met een hoofdletter.




Slide 22 - Tekstslide

Pneumatische besturing - JA
Een enkelwerkende pneumatische 
cilinder met een 3/2-ventiel.
Het ventiel is handbediend, veerretour 
en normaal gesloten (NC).

Als het ventiel niet bediend is, dan is
de cilinder IN.
Als het ventiel wel bediend is, dan is
de cilinder UIT

Slide 23 - Tekstslide

Pneumatische besturing
Waarheidstabel

In waarheidstabel staan alle mogelijke combinaties van de schakelstanden van de signaalgevers.
Bij elke combinatie kunnen we de stand van het uitvoerorgaan (0 of 1) aflezen.

Slide 24 - Tekstslide

Pneumatische besturing - JA

Slide 25 - Tekstslide

Pneumatische besturing - JA
Waarheidstabel
Uit deze tabel kunnen de werking van 
pneumatische installaties worden afgelezen.

JA-functie
Een schakeling die precies deze waarheidstabel heeft wordt een JA-funtie genoemd.
De basisschakelingen worden ook wel logische basisfuncties genoemd. De codering 0 en 1 is gebaseerd op logica.

Slide 26 - Tekstslide

Pneumatische besturing - JA
Waarheidstabel
In de waarheidstabel staan alle 
schakelstanden van de signaalgevers.
Bij elke schakelstand kunnen we de 
stand van het uitvoerorgaan aflezen.

Slide 27 - Tekstslide

Pneumatische besturing - JA
Maak van nevenstaande installatie 
een waarheidstabel.


Geef de schakelformule voor
nevenstaande installatie.

Slide 28 - Tekstslide

Pneumatische besturing - JA

Slide 29 - Tekstslide

Pneumatische besturing - NIET
NIET-functie

De NIET-functie wordt ook wel de inverse (= omgekeerde) functie genoemd.
Het signaal van een NIET-functie wordt dan het geïnveerteerde (omgekeerde) signaal genoemd.



Slide 30 - Tekstslide

Pneumatische besturing - NIET
De installatie van bijgevoegde afbeelding
werkt als volgt:

- Als het ventiel niet bediend is staat de 
cilinder uit.

- Als het ventiel wel bediend is, knop indrukken,
gaat de cilinder in.

Slide 31 - Tekstslide

Pneumatische besturing - NIET

Slide 32 - Tekstslide

Pneumatische besturing - NIET

Slide 33 - Tekstslide

Pneumatische besturing - EN
De EN-klep wordt ook wel tweedruk-ventiel genoemd.
Beide bedieningen moeten worden ingeschakeld om een pneumatische stroom te krijgen.
Vaak is dit uit veiligheid.

Slide 34 - Tekstslide

Pneumatische besturing - EN
Maak van nevenstaande installatie een
waarheidstabel.

Slide 35 - Tekstslide

Pneumatische besturing - EN

Slide 36 - Tekstslide

Pneumatische besturing - EN

Slide 37 - Tekstslide

Pneumatische besturing - EN
Werking van de EN-klep

Slide 38 - Tekstslide

Pneumatische besturing - OF
Bij een OF-functie wordt de pneumatische stroom via het ene of het andere ventiel òf via beide ventielen gestuurd.

Slide 39 - Tekstslide

Pneumatische besturing - OF
Maak een waarheidstabel van het OF-ventiel

Slide 40 - Tekstslide

Pneumatische besturing - OF

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Pneumatische besturing
Samenvatting van de basisfuncties.

Slide 43 - Tekstslide

Check: Lesdoelen
Jij:
  • Kent de verschillen tussen M&R en/of besturen in de pneumatiek
  • Weet welke onderdelen in de pneumatiek worden gebruikt en je kent de werking en toepassing
  • Kan pneumatische schakelingen maken met de appendages


Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide