§ 3.2 Van stadstaat tot wereldrijk deel 2

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

startwerk

Kijk de vragen na van § 3.1

(antwoordmodel op bureau halen)

Klaar? Lees § 3.7 of § 3.9

Alles in stilte.

Het Romeinse Rijk

3.2. Van stadstaat tot wereldrijk

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Tijd van Grieken en Romeinen, ca 3000 vC tot 500 nC

kenmerk: de verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur

overhoring 3.1 deel 1

Leg uit waarom de Romeinen graag de mythe van Aeneas gebruikten om het ontstaan van hun stad te verklaren.

1. Deze mythe verklaarde hun kracht door wolvenmelk
2. Deze mythe legde uit dat zij afstamden van een woeste krijger
3. Deze mythe verbond Rome aan Troje en de Griekse helden
4. Deze mythe verklaarde hun overwinning op Carthago

Je weet wat het Forum en het Capitolium (Capitool) zijn.

1. Forum: stadion Capitool: heuvel met burcht en tempel
2. Forum: heuvel met burcht en tempel Capitool: stadion
3. Forum: heuvel met burcht en tempel Capitool: politieke centrum
4. Forum: politieke centrum Capitool: heuvel met burcht en tempel

Welke manier van stedenbouwen hebben de Romeinen overgenomen van de Etrusken?

1. Centrum met openbare gebouwen en brede rechte straten in een ruitpatroon
2. Het droogleggen van drassige vlakten

Waarom was had Rome een gunstige ligging?

1. Het lag op een kruispunt van handelswegen, bij de Tiber en in de omgeving was zout te vinden
2. Het lag in Midden-Italië en direct aan zee. In de omgeving werden olijven geteeld.
3. Het lag op een kruispunt van handelswegen en er waren veel olijven te vinden.
4. Het was er ook in de winter altijd rond de 20 graden.

Leerdoelen 3.2 deel 2

• 8. Je weet dat gebieden in deze volgorde zijn veroverd (bron 8 op blz 64)
  
• a. Tot 264 BC: Midden- Italië (Latium)
  
• b. 264 tot 146 BC: Heel Italië, Griekenland, Spanje en Carthago
  
• c. 146 tot 44 BC: Gallië (Frankrijk), Nederland
  
• d. 44 BC tot 180: Engeland, Balkan, Klein-Azië en Egypte
  
• 9. Je weet dat Carthago de grote rivaal was van Rome en je kunt de Tweede Punische oorlog beschrijven.
  
• 10. Je kunt uitleggen hoe in het Romeinse Rijk legercommandanten, zoals Julius Caesar, konden uitgroeien tot personen met ook grote politieke macht.
  
• 11. Je kunt beschrijven wie Cleopatra EN Augustus (Octavianus) waren.
  

samen lezen 'carthago en Hannibal'  tot en met 'Romeinen veroveren Egypte'

Feiten

• Vrouwelijke Farao
• getrouwd met haar broer , verbannen door haar broer.
• Hellenistisch (dus NIET Egyptisch)
• Zoon met Caesar (Caesarion)


• Zelfmoord met gifslangen
• niemand weet waar haar graf is
• Over haar uiterlijk verschilden oude schrijvers van mening.

Toen Cleopatra 18 was, trouwde ze zoals de gewoonte was bij de ptolemaeers met haar broertje van 10.

Zo'n drie jaar later wordt zij verbannen door haar broer (adviseurs).

Omdat haar broertje Caesar 'hulp wil bieden' vermoord hij zijn vijand Pompeius, die naar Egypte is gevlucht na een nederlaag. 

Uit woede (Pompeius is ook de man van de dochter van Caesar) neemt Caesar zijn macht af en geeft deze aan Cleopatra. Ze krijgen samen een zoon, maar Caesar weigert die tot erfgenaam te benoemen.

Feiten

• 21 jaar aan de macht: Commanderen legers
• Sprak meerdere talen (educatie Alexandrië)
• In droogte: graanreserves naar volk 

Huiswerk

Leren 3.2 deel 2

Maken 21 t/m 25 + 27 t/m 33 + 35

Volgende les kijken we alles na