Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les klas 4v - voca A&B ch1
Bonjour!
1 / 39
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
In deze les zitten
39 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Bonjour!
Slide 1 - Tekstslide
Programme
Introduction/question
Grammaire?
Au travail!
Quiz
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Leerdoelen
Ik kan het wederkerend werkwoord in de
présent
gebruiken.
Ik kan het wederkerend werkwoord in de
passé composé
gebruiken.
:)
Slide 4 - Tekstslide
Deel 1
De wederkerende werkwoorden in de
présent
Slide 5 - Tekstslide
1. présent
Je
me lave
à sept heures du matin.
Ik
was me
om zeven uur 's ochtends.
Slide 6 - Tekstslide
Je ... lave
Tu ... laves
Il/elle/on ... lave
Nous ... lavons
Vous ... lavez
Ils/elles ... lavent
se
vous
me
se
nous
te
Slide 7 - Sleepvraag
Grammaire II
Ik was
me
--> Je
me
lave
Jij wast
je
--> Tu
te
laves
Hij/zij/men wast
zich
--> Il/elle/on
se
lave
Wij wassen
ons
--> Nous
nous
lavons
Jullie wassen
je
/U wast
zich
--> Vous
vous
lavez
Zij wassen
zich
--> Ils/elles
se
lavent
Slide 8 - Tekstslide
Ken je dit schema nog?
Slide 9 - Tekstslide
Grammaire II
Je me amuse
Tu te amuses
Il/elle/on se amuse
Nous nous amusons
Vous vous amusez
Ils/elles se amusent
Slide 10 - Tekstslide
Grammaire II
Klinker of stomme h
Je me amuse --> Je
m'a
muse
Tu te amuses --> Tu
t'a
muses
Il/elle/on se amuse --> Il/elle/on
s'a
muse
Ils/elles se amusent --> Ils/elles
s'a
musent
Slide 11 - Tekstslide
Grammaire II
Exemple 1: se concentrer
Nous ... concentrons
Exemple 2: s'habiller
Elle ... habille
Slide 12 - Tekstslide
Kies de juiste vorm van de présent:
Elle __ beaucoup aux films (s'intéresser ).
A
s'intéresse
B
s'intéresses
Slide 13 - Quizvraag
Kies de juiste vorm van de présent:
Je __ lave à huit heures du matin (se laver).
A
te lave
B
me lave
Slide 14 - Quizvraag
Kies de juiste vorm van de présent:
Nous ___ amusons à la fête de Léa (s'amuser).
A
nous amusons
B
nous amusez
Slide 15 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in v/d présent:
Il ___ toujours tard (se coucher).
Slide 16 - Open vraag
Vul zelf het goede antwoord in:
Elles ___ à Paris (s'installer).
Slide 17 - Open vraag
Vul zelf het goede antwoord in:
Les élèves ___ dans leur chambre (se reposer)
Slide 18 - Open vraag
Deel 2
De wederkerende werkwoorden in de
passé composé
.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Grammaire II: partie 2
Ik heb me vergist (se tromper)
Je me suis trompé
Regel:
1. Altijd een vorm van
être
bij de passé composé.
2. Het wederkerend voornaamwoord
voor de vorm van être
.
Slide 23 - Tekstslide
Grammaire II: partie 2
Je me suis couché
(e)
Tu t'es couché
(e)
Il s'est couché/elle s'est couché
e
/on s'est couché
(e)(s)
Nous nous sommes couché
(e)s
Vous vous êtes couché
(e)s
/Vous vous êtes couché
(e)
Ils se sont couché
s
Elles se sont couché
es
Slide 24 - Tekstslide
Grammaire II: partie 2
Vrouwelijk enkelvoud +e
Mannelijk meervoud +s
Vrouwelijk meervoud +es
Slide 25 - Tekstslide
Kies de juiste optie:
Het wederkerend werkwoord vervoeg je altijd met het hulpwerkwoord ...
A
avoir
B
être
Slide 26 - Quizvraag
Kies de juiste vorm v/d passé composé:
Tu ___ tôt (se coucher - ONTK.). Let op: passé composé.
A
te n'est pas couché
B
ne t'es pas couché
Slide 27 - Quizvraag
Kies de juiste vorm v/d passé composé:
Léa et Julie ___ au cinéma (s'amuser).
A
se sont amusées
B
se sont amusés
Slide 28 - Quizvraag
Vul de vorm v/d passé composé in:
Vous ___ hier soir Luc et Julie? (s'amuser)
Slide 29 - Open vraag
Vul de vorm v/d passé composé in:
Il ___ pendant deux heures (s'entraîner)
Slide 30 - Open vraag
Questions?
Is de handleiding duidelijk?
Slide 31 - Woordweb
L'aîné(e)
A
de jongste
B
de oudste
C
het gezag
D
de toestemming
Slide 32 - Quizvraag
se rendre compte
A
close zijn met
B
op zichzelf
C
zich realiseren
D
zich gedragen
Slide 33 - Quizvraag
provoquer
A
uitdagen
B
pesten
C
storen
D
beschermen
Slide 34 - Quizvraag
par contre
A
terwijl
B
behalve
C
zoveel
D
daarentegen
Slide 35 - Quizvraag
la cause
A
de afstand
B
de oorzaak
C
de ruzie
D
de sfeer
Slide 36 - Quizvraag
énervé
A
impulsief
B
geïrriteerd
C
woedend
D
(op)groeien
Slide 37 - Quizvraag
Les devoirs
Slide 38 - Tekstslide
À jeudi! Au revoir
Slide 39 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les klas 4v - Grammaire A
September 2022
- Les met
28 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Jeudi le 19 décembre 2019 2Htsb
December 2019
- Les met
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Mercredi 14 septembre
September 2022
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
les 5 - 8 april 2024
April 2024
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Wederkerend werkwoord 3+4hv
April 2024
- Les met
25 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
Wederkerend werkwoord 3+4hv
Mei 2022
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4
Wederkerend werkwoord
Maart 2024
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4,5
Wederkerend werkwoord 3+4hv
11 dagen geleden
- Les met
25 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4