3. Je kunt de herkomst / betekenis van de twee belangrijkste Islamitische feestdagen beschrijven.
4. Je kunt de gebruiken rondom de ramadan, het suikerfeest en het offerfeest beschrijven.
5. Je kunt de overeenkomst tussen het Joodse Rosj Hasjana en het Islamitische offerfeest benoemen.
6. Je kunt beschrijven wat het offerfeest te maken heeft met de Hadj (de bedevaart).