Klokkijken/Nummers/Datums

Telling Time / numbers / dates
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Telling Time / numbers / dates

Slide 1 - Tekstslide

Today
Aan het einde van de les kan/ken je:
- De hoofdtelwoorden en rangtelwoorden in het Engels
- Klokkijken in het Engels
- Datums formuleren in het Engels

Slide 2 - Tekstslide

WB P. 90

Slide 3 - Tekstslide

Exercise 1
-Take 2 minutes to read through the numbers on page 90
-Write down the correct Cardinal and Ordinal numbers as words
Schrijf de Hoofdtelwoorden en Rangtelwoorden als woorden

Voorbeeld:
Opdracht: 4th
Jouw antwoord: fourth

Slide 4 - Tekstslide

2nd

Slide 5 - Open vraag

25th

Slide 6 - Open vraag

40

Slide 7 - Open vraag

3

Slide 8 - Open vraag

89th

Slide 9 - Open vraag

11

Slide 10 - Open vraag

21st

Slide 11 - Open vraag

13

Slide 12 - Open vraag

P. 89

Slide 13 - Tekstslide

Exercise 2
Let's practise a full hour from 12h -> 13h

Slide 14 - Tekstslide

Exercise 3
Write down the clock times in a sentence
Use only words, not numbers

Schrijf de tijd op als zin, gebruik alleen woorden

Slide 15 - Tekstslide

9:15
A
it is a quarter past nine
B
it is a quarter to nine
C
it is nine fifteen
D
it is a kwarter past nine

Slide 16 - Quizvraag

7:23

Slide 17 - Open vraag

16:10

Slide 18 - Open vraag

8:30

Slide 19 - Open vraag

11:58

Slide 20 - Open vraag

vijf over half negen

Slide 21 - Open vraag

zeven voor twee

Slide 22 - Open vraag

vijf voor half acht

Slide 23 - Open vraag

Saying the date
There's two ways to say the date. 
You could say: 
The grand opening is on June the first. 
Or:
The grand opening is on the first of June.

You either say the month first and then the day or the other way around.
It is May the twenty-second today. It is the twenty-second of May today.
British English: DAY/MONTH/YEAR. American English: MONTH/DAY/YEAR


Slide 24 - Tekstslide

Exercise 4
Write down the dates as words instead of numbers
Don't forget the full stop.

Schrijf de datums op als woorden i.p.v. nummers
Vergeet de punt niet


Slide 25 - Tekstslide

Write the date:
31-10

Slide 26 - Open vraag

The 30th of June 1966.

Slide 27 - Open vraag

14 November 2019.

Slide 28 - Open vraag

The 12th of August 2013.

Slide 29 - Open vraag

27 December 1450.

Slide 30 - Open vraag