Pincode paragraaf 4.3 Kan het sneller en beter?

Paragraaf 4.3 Kan het sneller en beter?
Leerdoelen:
  • Je weet wat technologische ontwikkelingen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat mechanisatie en automatisering is.
  • Je weet wat arbeidsproductiviteit is en hoe deze kan toenemen.
  • Je kunt de afschrijving van een kapitaalgoed berekenen.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 4.3 Kan het sneller en beter?
Leerdoelen:
  • Je weet wat technologische ontwikkelingen zijn.
  • Je kunt uitleggen wat mechanisatie en automatisering is.
  • Je weet wat arbeidsproductiviteit is en hoe deze kan toenemen.
  • Je kunt de afschrijving van een kapitaalgoed berekenen.

Slide 1 - Tekstslide

Productie

Slide 2 - Tekstslide


Technologische ontwikkelingen
Nieuwe kennis over de techniek en nieuwe uitvindingen.

Slide 3 - Tekstslide

Aanleg Birma Railroad (1942)
Aanleg Betuwelijn (2005)
Mechanisatie
  • Machines nemen het zware werk van mensen over

Slide 4 - Tekstslide

Automatisering
  • Computers en computerprogramma's sturen de productie aan door het denkwerk over te nemen.
Typemachine
Laptop

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video


Technologische ontwikkeling = ...
A
Technisch apparaat.
B
Nieuwe kennis van techniek en nieuwe uitvindingen.

Slide 7 - Quizvraag

Computers nemen het werk over van mensen
A
Mechanisatie
B
Automatisering

Slide 8 - Quizvraag

Is er op de afbeelding sprake van
mechanisatie of automatisering?
A
Mechanisatie
B
Automatisering

Slide 9 - Quizvraag

Wat is:
Machines die het zware werk van mensen makkelijker maken?
A
Mechanisatie
B
Automatisering

Slide 10 - Quizvraag

Wat is:
Productie die door een computer wordt aangestuurd?
A
Mechanisatie
B
Automatisering

Slide 11 - Quizvraag

Begrip: het vervangen van mensen door machines
A
Mechanisatie
B
Automatisering

Slide 12 - Quizvraag

Een machine om straten te leggen is...
A
Automatisering
B
Mechanisatie
C
Afschrijving
D
Arbeidsproductiviteit

Slide 13 - Quizvraag

Arbeidsproductiviteit
De hoeveelheid producten die iemand kan maken in een bepaalde tijd. 

(Voorbeeld: Piet maakt 10 broeken in 1 uur. Als hij er ineens 15 broeken per uur kan maken dan dalen de kosten). 


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Een timmerman maakt 416 stoelen per jaar. Wat is zijn arbeidsproductiviteit per week?
A
8 stoelen
B
9 stoelen
C
12 stoelen
D
34 stoelen

Slide 16 - Quizvraag

Zelf aan de slag in het boek...

Klassikaal: opdracht 51 + 53 (bladzijde 153-155)
Zelfstandig: opdracht  52, 54 t/m 56

Slide 17 - Tekstslide