Herhaling en oefenen toets 4B

Begintaak
Je maakt de oefentoets die je vindt op je tafel
Je schrijft de antwoorden op het vel dat je erbij hebt gekregen
Na de start van de les bespreken we de toets klassikaal na
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Begintaak
Je maakt de oefentoets die je vindt op je tafel
Je schrijft de antwoorden op het vel dat je erbij hebt gekregen
Na de start van de les bespreken we de toets klassikaal na

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling en oefenen toets

Slide 2 - Tekstslide

Lesplanning

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je hebt een beeld van de opzet van het schoolexamen
  • Je hebt alle vragen gesteld die je wil stellen (dus: je voelt je voldoende voorbereid voor de toets).

Slide 4 - Tekstslide

Bespreken toets
  • We lopen alle opdrachten door
  • Als je twijfelt over jouw antwoord, steek dan jouw vinger op
  • Je krijgt per vraag een toelichting hoe je die vraag zou kunnen beantwoorden

Slide 5 - Tekstslide

Pak opdracht 5 uit de toets erbij. Welke cijfers horen bij Fase 1: agendavorming?

Slide 6 - Open vraag

Pak opdracht 5 uit de toets erbij. Welke cijfers horen bij Fase 2: beleidsvoorbereiding?

Slide 7 - Open vraag

Pak opdracht 5 uit de toets erbij. Welke cijfers horen bij Fase 3: beleidsbepaling?

Slide 8 - Open vraag

Pak opdracht 5 uit de toets erbij. Welke cijfers horen bij Fase 4: beleidsuitvoering?

Slide 9 - Open vraag

Wat is de rol van ambtenaren in het wetsproces?

Slide 10 - Open vraag

Wat is de beste omschrijving van een compromis?
A
De grootste partij beslist over een standpunt.
B
Partijen komen elkaar tegemoet en krijgen allebei een beetje hun zin.
C
Partijen maken ruzie om de verschillende standpunten.
D
Partijen blijven overleggen met elkaar.

Slide 11 - Quizvraag

Waarom is er in Nederland altijd een compromis nodig?
A
Omdat we nooit één partij hebben die een meerderheid in de Tweede Kamer heeft.
B
Omdat de Eerste en Tweede Kamer het niet altijd eens zijn met elkaar.
C
Omdat we altijd met iedereen rekening houden.
D
Omdat het moeilijk is om beslissingen te nemen.

Slide 12 - Quizvraag

Door middel van de grootte van een groep. Als veel mensen zich ergens voor of tegen uitspreken, is de kans groot dat zij daarmee iets kunnen veranderen. Denk aan stakingen of protesten.
Vanuit een beroep of functie. Iemand die wettelijk macht over je heeft. Zoals een politieagent, leraar of je ouders.
Door middel van financiële middelen. Met geld dat je moet betalen of juist ontvangen. Je houdt je aan de snelheid, anders krijg je een boete en je doet je werk goed anders krijg je geen salaris.
fc-utrecht-fans-organiseren-demonstratie-tegen-collectieve-straf-na-rellenkst
politie-beeindigt-illegale-raveparty-in-maastricht
saudi-s-kopen-europese-telefoonmasten-spaanse-staat-wil-macht-inperken

Slide 13 - Sleepvraag

Bespreken schema

Slide 14 - Tekstslide

Welke vragen hebben jullie nog?

Slide 15 - Tekstslide