Woordenschat H2 - les 2

Startopdracht: noteer in de verleden tijd
  1. De storm (verwoesten) huizen en (beschadigen) bomen. 
  2. (Antwoorden) de verdachte wel toe je hem (verhoren)?
  3. Men (ontruimen) de oude huizen toen die (dreigen) in te storten.
  4. Toen de groep leerlingen (arriveren), (starten) de geplande lessen. 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Startopdracht: noteer in de verleden tijd
  1. De storm (verwoesten) huizen en (beschadigen) bomen. 
  2. (Antwoorden) de verdachte wel toe je hem (verhoren)?
  3. Men (ontruimen) de oude huizen toen die (dreigen) in te storten.
  4. Toen de groep leerlingen (arriveren), (starten) de geplande lessen. 

Slide 1 - Tekstslide

Woordenschat H2
stijlfiguren

Slide 2 - Tekstslide

Weten we het nog?
  1. De trainer werd boos, toen kwaad en daarna woedend.
  2. Rico heeft een grote mond, maar een klein hartje.
  3. Bij ons staan tijdens de lunch altijd pindakaas, jam, hagelslag en schuddebuikjes op tafel. 

Slide 3 - Tekstslide

doelen
  • Ik kan de stijlfiguren herhaling, tegenstelling en opsomming herkennen en begrijpen en gebruiken.
  • Ik kan hyperbolen, understatements en eufemismen herkennen, begrijpen en gebruiken.

Slide 4 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Wat weet je nog?
  • oefenen met stijlfiguren 
  • korte herhaling theorie
  • zelfstandig werken

Slide 5 - Tekstslide

stijlfiguren
Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 6 - Woordweb



hyperbool, eufemisme, understatement

Slide 7 - Tekstslide

stijlfiguren 
  • kun je gebruiken om een tekst aantrekkelijk te maken
  • gebruik je om iets te benadrukken

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

hyperbool
  • overdrijving :  We hebben ons kapot gelachen.

Slide 10 - Tekstslide

understatement
  • afzwakking, je zegt dat iets minder groot, mooi, belangrijk, .. is dan dat het in werkelijkheid is
  • vaak: ironisch effect, je moet de situatie kennen om de understatement te begrijpen                                                                                                                                                                                              Messi kan wel een aardig balletje trappen.

Slide 11 - Tekstslide

eufemisme
  • verzacht de werkelijkheid
  • bij nare situaties
  • Je zegt iets op zo'n manier dat het minder erg of hard overkomt:   Hij gaat creatief om met de waarheid.

Slide 12 - Tekstslide

eufemisme of understatement?
eufemisme= iets verzachtender uitdrukken
understatement = verzwakte mededeling die juist versterkend effect heeft + vaak vorm van spot

De veestapel werd geruimd.  (eufemisme)
Bij een 10 voor Nederlands: Ik heb de toets wel aardig gemaakt. (understatement)

Slide 13 - Tekstslide

Gisteren hebben we opa naar zijn laatste rustplaats gebracht.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 14 - Quizvraag

Ik had een twee voor het proefwerk, ik had dus wel een paar foutjes gemaakt.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 15 - Quizvraag

Je wordt doodgegooid met informatie over de verkiezingen.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 16 - Quizvraag

De dierenarts heeft het arme dier moeten laten inslapen.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 17 - Quizvraag

Die miljonair heeft wel
een aardig optrekje.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 18 - Quizvraag

Op dit moment is hij werkzoekend.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 19 - Quizvraag

Ik vries mijn billen er nog af, zo koud is het hier.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 20 - Quizvraag

Ik heb me kapot gelachen om die grap.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 21 - Quizvraag

Mijn oom had gisterennacht ongewenste bezoekers in zijn huis.
A
hyperbool
B
eufemisme
C
understatement

Slide 22 - Quizvraag

Aan de slag
Maak:
  • opdracht 2 (blz. 56/57)
  • opdracht 3 (vraag 2 en vraag 4)
  • opdracht 6 

Klaar?
Bedenk een zin met een hyperbool, understatement en een drieslag. 



timer
15:00

Slide 23 - Tekstslide