Je kan voorwerpen op verschillende manieren doorsnijden
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 9 videos.
Onderdelen in deze les
Doorsneden
Je kunt voorwerpen doorsnijden
Dan krijg je een plat snijvlak (doorsnede)
Je kan voorwerpen op verschillende manieren doorsnijden
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
doorsnede meten
Doorsnedes worden vaak gebruikt bij bouwtekeningen om de maten erbij te zetten.
Slide 3 - Tekstslide
Je wilt dus het blauwe vlak op ware grootte gaan tekenen.
Hiervoor moet je eerst weten hoe lang AC of EG is.
Daarom moet je eerst een tussenstap maken.
Je moet die zijde gaan berekenen met Pythagoras.
Pythagoras? Hoe zat dat ook al weer?
Kijk eerst naar het volgende filmpje.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Je gaat eerst het vlak tekenen waarin de lijn AC ligt
Op de volgende slide zie je het netjes uitgewerkt met een voorbeeld
Slide 6 - Tekstslide
paragraaf 7.4 inhoud kubus, balk, cilinder en prisma
Slide 7 - Tekstslide
formules die je moet kennen
oppervlakte rechthoek/vierkant = lengte x breedte
oppervlakte driehoek = x zijde x bijbehorende hoogte
oppervlakte cirkel = x straal x straal
π
21
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Slide 10 - Video
inhoud van een balk, cilinder en prisma
Zo nu de voorkennis weer aanwezig is kunnen we verder met de inhouds berekeningen.
Kijk eerst het filmpje. Daarna gaan we stap voor stap de inhoud van een cilinder en van een prisma berekenen.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
formules die je moet kennen!
oppervlakte rechthoek/vierkant = lengte x breedte
oppervlakte driehoek = x zijde x bijbehorende hoogte
oppervlakte cirkel = x straal x straal
inhoud kubus/balk/cilinder/prisma = oppervlakte grondvlakte x hoogte
π
21
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
stappenplan inhoud berekenen
Bedenk wat de vorm van het grondvlak is.
Kijk of de eenheden gelijk zijn (dus allemaal meter of dm)
Bereken de oppervlakte van het grondvlak met de formule die bij 1 hoort.
Bereken de inhoud met de formule: inhoud = oppervlakte grondvlak x hoogte
Controleer of je de berekening en eenheden hebt opgeschreven
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
§ 7.5 inhoud piramide en kegel
Slide 19 - Tekstslide
0
Slide 20 - Video
Belangrijk om te onthouden
Je hebt dus net gezien dat de inhoud van een piramide 3x in een balk of kubus past. De inhoud van een piramide is dus 1/3 deel van de inhoud van een kubus/balk.
Zo past de inhoud van een kegel 3x in een cilinder. Geloof je dit niet kijk dan het filmpje op de volgende slide.
Dus de inhoud van een kegel is 1/3 deel van de inhoud van een cilinder.
Slide 21 - Tekstslide
inhoud piramide en kegel
In het volgende filmpje wordt uitgelegd hoe je de inhoud van een piramide en een kegel kunt berekenen. Bekijk dit filmpje goed.
Daarna gaan we het stap voor stap toepassen.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Goed onthouden
inhoud van een piramide of kegel = x oppervlakte grondvlak x hoogte
voor een priamide geldt dan: inhoud = x lengte x breedte x hoogte
voor een kegel geldt dan: inhoud = x x straal x straal x hoogte
31
31
31
π
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Video
formules die je moet onthouden
inhoud van een piramide of kegel = x oppervlakte grondvlak x hoogte
oppervlakte grondvlak piramide = lengte x breedte
oppervlakte grondvlak kegel = x straal x straal
31
π
Slide 26 - Tekstslide
Maak de herhaling vanaf blz. 136. Je maakt een foto van opdracht 3 - 4 - 9 - 11 en upload de foto's hier.
Slide 27 - Open vraag
Smartrekenen
Deze week moet smartrekenen 13 uur af zijn.
Let op, ook smartrekenen telt mee voor je wiskundecijfer.