Examen oefenen
1 / 17
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Wat is de omtrek van dit figuur?
A
34 m
B
64 m
C
44 m
D
48 m
Slide 3 - Quizvraag
je koopt 2 blikjes van 250 gram bonen. Je hebt 0,4 kg aan bonen nodig. Hoeveel gram bonen houd je over?
A
10 g
B
100 g
C
250 g
D
0,1 g
Slide 4 - Quizvraag
8,5 L + 125 mL = ... L
A
9,75 L
B
21 L
C
8,625 L
D
133,5 L
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de lengte van het figuur?
A
12 m
B
10 m
C
5 m
D
6 m
Slide 6 - Quizvraag
Ik koop 2 broden, 1 croissant en 1 muffin. Hoeveel moet ik precies betalen?
A
€ 5,90
B
€ 6,90
C
€ 7, 15
D
€ 7,25
Slide 7 - Quizvraag
Het is 13:45, hoe laat is het over 100min?
vul in ... : ...
vul in ... : ...
Slide 8 - Open vraag
9.730.000 + 820.000 = ............... miljoen
geef je antwoord in 2 decimalen
geef je antwoord in 2 decimalen
Slide 9 - Open vraag
3/5 van 615 is?
A
123
B
369
C
61,5
D
246
Slide 10 - Quizvraag
Een kwart van €555 is ?
Slide 11 - Open vraag
15 koekjes kosten €60. Hoeveel kosten 8 koekjes?
A
€32
B
€40
C
€120
D
€24
Slide 12 - Quizvraag
Iemand wilt afvallen, zijn doel is 66kg te wegen over 4 weken. Hij weegt nu 69,4 kg. Hoeveel gram moet hij per week gemiddeld afvallen om het doel te bereiken?
A
85 g
B
850 g
C
60 g
D
600 g
Slide 13 - Quizvraag
8,5 x 15 : 3 = ...
A
42,5
B
127,5
C
40
D
45
Slide 14 - Quizvraag
Hoe groot is 7,75 miljoen?
A
77.500.000
B
775.000
C
7.750.000.000
D
7.750.000
Slide 15 - Quizvraag
Elsa heeft een motorrit van 4 uur en 45min gemaakt, hierbij heeft ze 19 L verbruikt. Haar motor verbruikt 1 L per 20 km. Wat was de gemiddelde snelheid van Elsa?
A
80 km/u
B
0,0125 m/s
C
85,4 km/u
D
91,6 km/u
