In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Quiz H3 stoffen
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de betekenis van dit pictogram?
A
pijnlijk
B
corrosief
C
oxiderend
D
schadelijk
Slide 2 - Quizvraag
Wat betekent dit pictogram ?
A
brandbaar
B
oxiderend
C
kampvuur toegestaan
D
licht ontvlambaar
Slide 3 - Quizvraag
Welke eigenschap is (zijn) geen stofeigenschap ?
A
massa
B
volume
C
dichtheid
D
kleur
Slide 4 - Quizvraag
Hoe heet bij koffiezetten de prut in het filter ?
A
filtraat
B
oplossing
C
residu
D
extractiemiddel
Slide 5 - Quizvraag
Verse sinaasappelsap is:
A
een suspensie
B
een oplossing
C
een residu
D
een filtraat
Slide 6 - Quizvraag
0,5 m2 =
A
500 cm 2
B
5000 cm2
C
50 cm2
D
5 cm2
Slide 7 - Quizvraag
300 mL =
A
30 cm3
B
300 cm3
C
3 cm3
D
3000 cm3
Slide 8 - Quizvraag
Een cilinder heeft een diameter van 4 cm en een hoogte van 20 cm. Bereken het volume.
A
80 cm3
B
25 cm3
C
251 cm3
D
126 cm3
Slide 9 - Quizvraag
De eenheid van dichtheid is...
A
g/cm3
B
cm3/g
C
g
D
cm3
Slide 10 - Quizvraag
De massa = 15 g. De dichtheid = 3 g/cm3 Bereken het volume.
A
5 cm3
B
2 cm3
C
45 cm3
D
18 cm3
Slide 11 - Quizvraag
De dichtheid = 2,5 g/cm3. Het volume = 4 cm3. Bereken de massa.
A
1,6 g
B
0,625 g
C
10 g
D
1,5 g
Slide 12 - Quizvraag
Hoe groot is het volume van de steen ?
A
10 cm3
B
14 cm3
C
9 cm3
D
11 cm3
Slide 13 - Quizvraag
De massa van het voorwerp uit de vorige dia is 65,7 gram. Welke stof is dit? Gebruik je tabel!
A
ijzer
B
aluminium
C
staal
D
tin
Slide 14 - Quizvraag
Jan drinkt in een jaar tijd 0,0225 m3 melk. Hoeveel liter melk is dit ?
A
0,00225
B
2,25
C
225
D
22,5
Slide 15 - Quizvraag
Het lokaal is 10 bij 8 bij 3 m. Bereken de massa van de lucht. De dichtheid van lucht is 1,29 kg/m3
A
310 kg
B
0,31 kg
C
3,1 kg
D
240 kg
Slide 16 - Quizvraag
Je zaagt een balkje vurenhout voor een derde door. Wat gebeurt er met de dichtheid van dit balkje
A
Deze wordt groter
B
Deze blijft gelijk
C
Deze wordt kleiner
D
Deze wordt een derde van de gewone dichtheid
Slide 17 - Quizvraag
Peter tankt 40 liter benzine. Voor het tanken is de auto 980kg. Hoe groot is de massa van de auto na het tanken? Gebruik je binas.
Slide 18 - Open vraag
Bij de volgende vragen noteer je bij elk proces of het gaat om een faseovergang of om een reactie.
Slide 19 - Tekstslide
Gips wordt hard als je arm is gebroken en de dokter een gipsverband heeft aangelegd.
Slide 20 - Open vraag
Kalkaanslag verdwijnt als je de badkamertegels schoon maakt met huishoudazijn.
Slide 21 - Open vraag
Stearine verbrandt als je een kaars aansteekt en laat branden.
Slide 22 - Open vraag
Antivries toevoegen aan het koelsysteem van je auto geeft minder kans op bevriezing
Slide 23 - Open vraag
Een ijzeren munt drijft op kwik. Hoe kun je dit verklaren. Gebruik je binas!
Slide 24 - Open vraag
Op 26 januari werd de Erasmusbrug afgesloten voor het verkeer omdat er een plaat ijs van de top van de pyloon dreigde naar beneden te vallen. Het ijs ontstond toen water ging:
A
condenseren
B
smelten
C
verdampen
D
stollen
Slide 25 - Quizvraag
Als de vlam in een pan frituurvet slaat, welke 2 dingen moet je dan doen?
Slide 26 - Open vraag
Wat mag je nooit doen met brandend frituurvet?
Slide 27 - Open vraag
Reken het stolpunt van parafine uit in graden Celsius. Gebruik hierbij je binas.
Slide 28 - Open vraag
Hoe bepaal je de dichtheid van een vloeistof.
Slide 29 - Open vraag
Nu kom de laatste vraag.
Slide 30 - Tekstslide
Noem zoveel mogelijk voorwaarden om veilig practicum uit te voeren.