Have/has + past participle (voltooid deelwoord)
(past participle = verb +ed OR 3rd form irregular verbs)
Wanneer gebruiken?
- als iets in het verleden is gebeurd en nu nog aan de gang is (je weet niet of het is afgelopen)
- om te praten over ervaringen
- om te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en je daar nu een resultaat van merkt.