Die Steigerung

Lernziel: ik weet wat de 'Steigerungsstufen' zijn en kan deze ook toepassen
Donnerstag, der 13.10.2022
Ga met je  chromebook naar: www.lessonup.com
login met deze
pin code 
Gebruik je echte naam!
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lernziel: ik weet wat de 'Steigerungsstufen' zijn en kan deze ook toepassen
Donnerstag, der 13.10.2022
Ga met je  chromebook naar: www.lessonup.com
login met deze
pin code 
Gebruik je echte naam!

Slide 1 - Tekstslide

Der Plan dieser Deutschstunde
1. In Dreiergruppen: das Komperativ-Spiel spielen
2. Dann selbständig die gemachten Hausaufgaben kontrollieren (Classroom_)
3. Hausaufgaben machen mit der Gruppe: Steigerungsstufen Teil 2!
4. Runde Quizlet Live Spielen

Slide 2 - Tekstslide

Wat hebben we gisteren geleerd over 'Steigerungsstufen' ? (schrijf max 3 zinnen!)

Slide 3 - Open vraag

Die Steigerung
(Trappen van vergelijking) 

Slide 4 - Tekstslide

Die Steigerung
alt-älter-am ältesten

groß- größer - am größten

klein- kleiner- am kleinsten

Slide 5 - Tekstslide

Ich bin älter als Chris

Meine Frau ist jünger als ich

Chris ist genauso alt wie Jos

Slide 6 - Tekstslide

Allgemein
Stellende trap (der Positiv):
       -> klein
Vergrotende trap (der Komparativ):
       -> kleiner
Overtreffende trap (der Superlativ): 
      -> am kleinsten (Let op! voor het bijvoeglijke naamwoord schrijf je bij deze vorm altijd "am")

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Schreib den Komparativ und den Superlativ auf von "schnell".

Slide 9 - Open vraag

Schreib den Komparativ und den Superlativ auf von "lieb".

Slide 10 - Open vraag

Schreib den Komparativ und den Superlativ auf von "schön".

Slide 11 - Open vraag

Die Ausnahmen (de uitzonderingen)
1. Bijvoegelijke naamwoorden die eindigen op een klinker (vb. neu), op -d of -t (vb. bekannt) of op een sis-klank (s, ß, z, sch vb. heiß), krijgen in de overtreffende trap een een extra e. 
heiß, heißer, am heißesten

2. De meeste éénletterige bijvoegelijke naamwoorden krijgen een umlaut in de vergrotende en overtreffende trap. Voorbeelden: 
alt - älter - am ältesten  



Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Was ist richtig?
kalt......
A
kälter - am kältsten
B
kalter - am kaltsten
C
kalter - am kaltesten
D
kälter - am kältesten

Slide 14 - Quizvraag

Was ist richtig?
frisch.....
A
frischer - am frischsten
B
frischer - am frischesten
C
frischer - frischten
D
frischer - frischesten

Slide 15 - Quizvraag

Was ist richtig?
warm.....
A
warmer - am warmsten
B
warmer - am warmesten
C
wärmer - am wärmsten
D
wärmer - am wärmesten

Slide 16 - Quizvraag

Was ist richtig?
neu.....
A
neuer - am neusten
B
neuer - am neuesten
C
neuer - neusten
D
neuer - am neusten

Slide 17 - Quizvraag

Unregelmäßige Adjektive
gern - lieber - am liebsten
gut - besser - am besten
nah - näher - am nächsten 
gros - größer - am größten 
hoch - höher - am höchsten
viel - mehr - am meisten

Slide 18 - Tekstslide

Pass auf!
1. Hij is kleiner dan ik. - Er ist kleiner als ich.
2. Zij is net zo groot als ik. - Sie ist ebenso/genauso groß wie ich. 
3. Deze Auto is het duurst. - Dieses Auto ist am teuersten. 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hausaufgabe für kommenden Donnerstag:

- Ga naar onze Classroom
- Klik op de toegangslink naar het huiswerk
- Klik op Grammatik en dan op Steigerungsstufen
- Maak de opdrachten onder Teil I
- Schrijf de antwoorden in je schrift!

timer
15:00

Slide 21 - Tekstslide

Mache ein Foto und schreibe dazu mindestens 2 Sätze mit den Steigerungen auf . Benutze mindestens eine Ausnahme!
Vorbild: Max ist kleiner als ich, aber mein Bruder ist am kleinsten.

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Lernziel: ik weet wat de 'Steigerungsstufen' zijn en kan deze ook toepassen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Slide 25 - Tekstslide