Les 2 H2.4 Aantoningsreacties Marjola

H2.4 Verbranding    Les 11      Reagentia
3havo
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

H2.4 Verbranding    Les 11      Reagentia
3havo

Slide 1 - Tekstslide

Deze les 
  • wat weet je nog van de vorige les?
  • Uitleg aantoningsreacties
  • Demo (filmpjes) experimenten koolstofdioxide, water  en zwaveldioxide aantonen.
  • leerdoelencheck en exit ticket
  • Eigen werk: maken + nakijken H2.4 opgave 2, 7, 10. 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 
Je leert welke verbrandingsproducten ontstaan bij de verbranding van C, H en S

Je leert met welk reagens je deze verbrandings-producten aantoont

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog van de vorige les(sen)?

Slide 4 - Tekstslide

! Verbrandingsreactie !
! Een chemische reactie met zuurstof waarbij warmte vrijkomt. !

Slide 5 - Tekstslide

Hoe toon je zuurstof(g) aan?
A
gloeiende houtspaander zorgt voor een knalletje
B
gloeiende houtspaander gaat feller branden
C
vlammetje erbij zorgt voor een knalletje
D
je kunt het aansteken, er ontstaat een vlammetje

Slide 6 - Quizvraag

! Verbrandingsproducten !
! Bij verbrandingsreacties worden oxides gevormd !
! Oxides: moleculen die bestaan uit zuurstof atomen en één andere atoomsoort !

Slide 7 - Tekstslide

VOLLEDIGE VERBRANDING
ONVOLLEDIGE VERBRANDING
blauwe vlam
gele vlam
voldoende zuurstof
onvoldoende zuurstof
giftige gassen
heetste vlam
koolstof mono-oxide
koolstof- dioxide
roet

Slide 8 - Sleepvraag

Oxides!
atoomsoort in brandstof
oxide
aantonen met
waarneming
C (volledige verbranding)
CO2
C (onvolledige verbranding)
CO
               X
                 X
H
H2O
S
SO2
Neem deze tabel over in je schrift

Slide 9 - Tekstslide

oxides
! als er meerdere atoomsoorten in de brandstof zitten, ontstaan er meerdere oxides: elke atoomsoort vormt zijn eigen oxide

Slide 10 - Tekstslide

Welke verbrandingsproducten ontstaan bij de volledige verbranding van suiker?
C12H22O11
A
CO2
B
H2O
C
CO2,H2O
D
CO2,H2O,O2

Slide 11 - Quizvraag

Geef de kloppende reactievergelijking voor de volledige verbranding van suiker ( C12H22O11 ).
Fasen mag je weglaten.

Slide 12 - Open vraag

Hoe toon je verbrandingsproducten aan?

Slide 13 - Tekstslide

Hoe toon je verbrandingsproducten aan?
Verbrandingsproducten zijn gasvormig.
Om te onderzoeken welk gas ontstaat, kun je het door een gaswasfles leiden
In de gaswasfles doe je dan een reagens
  koolstof

Slide 14 - Tekstslide

gaswasfles
Neem deze tekening over in je schrift en geef aan hoe het gas door de gaswasfles stroomt

(zie je dat het gas door de vloeistof borrelt? het wordt dus "gewassen")

Slide 15 - Tekstslide

Reagens
Een reagens is een stof waarmee je een andere stof kunt aantonen. Het reagens reageert met die stof en geeft dan een kenmerkende kleurverandering.

In de volgende (filmpjes van) experimenten  zie je twee van deze reacties.
NOTEER & LEER

Slide 16 - Tekstslide

Eisen reagens
1. selectief: het reagens toont slechts één stof aan

2. gevoelig: het reagens toont al een heel klein beetje stof aan

Slide 17 - Tekstslide

vul deze tabel in tijdens het kijken:
atoomsoort in brandstof
oxide
aantonen met
waarneming
C (volledige verbranding)
CO2
C (onvolledige verbranding)
CO
C(s)
               X
                 X
H
H2O
S
SO2

Slide 18 - Tekstslide

Aantoningsreactie van water

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Aantoningsreactie van CO2

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Demo: verbranding van koolstof

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Demo aantoningsreactie van SO2

Slide 25 - Tekstslide

Demo aantoningsreactie van SO2

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Controleer
atoomsoort in brandstof
oxide
aantonen met
waarneming
C (volledige verbranding)
CO2
kalkwater
wordt wit en troebel
C (onvolledige verbranding)
CO
C(s)
               X
koud voorwerp
                 X
wordt zwart
H
H2O
wit kopersulfaat
wordt blauw
S
SO2
geel joodwater
wordt kleurloos

Slide 28 - Tekstslide

leerdoelencheck

Slide 29 - Tekstslide

Aan aardgas wordt de geurstof tetrahydrothiofeen (C4H8S) toegevoegd.
Geef de kloppende reactievergelijking van de volledige verbranding van tetrahydrothiofeen.

Slide 30 - Open vraag

Wat toon je aan met deze reagentia?
Kopersulfaat
Kalkwater
Joodoplossing
Water
Zwaveldioxide
Koolstofdioxide
Heldere oplossing kleurt troebel wit
gele oplossing wordt kleurloos
witte vaste stof wordt blauw

Slide 31 - Sleepvraag

exit ticket

Slide 32 - Tekstslide

Ik weet welke verbrandingsproducten ontstaan bij de volledige verbranding van C, H en S
afsluiting
A
ja, geen probleem
B
dat moet ik even opzoeken
C
nu wel, maar dat ben ik morgen weer vergeten. Ik moet het nog leren
D
ik weet niet wat verbrandingsproducten zijn

Slide 33 - Quizvraag

Ik weet wat bedoeld wordt met een selectief en gevoelig reagens
A
ja, dat kan ik uitleggen en ik kan een voorbeeld geven
B
ik kan een voorbeeld geven van een reagens, maar weet niet wat gevoelig en selectief is
C
ik kan uitleggen wat een reagens is, maar niet wat gevoelig en selectief is
D
nee, ik heb dit niet begrepen

Slide 34 - Quizvraag

Ik weet welke stoffen je aantoont met kalkwater, wit kopersulfaat en een joodoplossing
A
ja, ik weet van elk reagens welke stof je aantoont en welke waarneming je dan doet
B
ik weet van elk reagens welke stof je aantoont, maar nog niet welke waarneming je dan doet
C
ik weet van elk reagens welke waarneming je doet, maar nog niet welke stof je dan aantoont
D
nee, ik weet nog niet welke stof je met elk reagens aantoont en ook niet welke waarneming je dan doet

Slide 35 - Quizvraag

Heb je nog een vraag over deze les? Stel hem hier:

Slide 36 - Open vraag

Eigen werk 
Ga naar de online methode of werk in je schrift 
Maak: opdrachten 2, 7 en 10 van §2.4.
Leer: tabel 3
Dit moet af zijn voor de volgende les. 

Slide 37 - Tekstslide

Welke elementen zitten in aardgas?

Je gaat zo kijken naar een proef.
Door aan te tonen welke verbrandingsproducten ontstaan, kun je beredeneren welke elementen in de brandstof aanwezig moeten zijn 

Slide 38 - Tekstslide

1

Slide 39 - Video

Waarom moet de buis met wit kopersulfaat worden gekoeld in een bekerglas met koud water?

Slide 40 - Open vraag

2

Slide 41 - Video

Het witte kopersulfaat is blauw geworden. Welke stof ontstaat dus bij de verbranding van aardgas?
A
H
B
CO2
C
C
D
H20

Slide 42 - Quizvraag

Het kalkwater is wit en troebel geworden. Welke stof ontstaat er bij de verbranding van aardgas?
A
C
B
CO
C
CO2
D
SO2

Slide 43 - Quizvraag

Beredeneer welke atoomsoorten aanwezig moeten zijn in aardgas. Laat zien hoe je aan het antwoord komt.

Slide 44 - Open vraag

Demo: verbranding van zwavel.
In de wasfles zit een joodoplossing.
Welke verandering heb je waargenomen in de wasfles en
welke stof toon je met de joodoplossing aan.
A
De geel-bruine joodoplossing wordt kleurloos, je toont zwavel aan.
B
De geel-bruine joodoplossing wordt kleurloos, je toont zwaveldioxide aan
C
De kleurloze joodoplossing wordt geel-bruin, je toont zuurstof aan
D
De kleurloze joodoplossing wordt troebel, je toont koolstofdioxide aan.

Slide 45 - Quizvraag

Het witte kopersulfaat is blauw geworden. Welke stof ontstaat dus bij de verbranding van aardgas?
A
H
B
H2O
C
C
D
CO2

Slide 46 - Quizvraag

Kalkwater is wit en troebel geworden. Welke stof is ontstaan bij de verbranding van aardgas?
A
C
B
CO
C
CO2
D
SO2

Slide 47 - Quizvraag

Waarom moet de buis met wit kopersulfaat worden gekoeld in een bekerglas met koud water?

Slide 48 - Open vraag