In deze les zitten 25 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Vorige week
Wat is democratie?
Wat is een dictatuur?
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
vandaag
Wat is een regering?
Wat is een coalitie/oppositie
Hoe wordt een wet gemaakt?
Wat doet de 1e en 2e kamer?
Opdrachten
Slide 4 - Tekstslide
Kabinet Dick Schoof
Sinds 2 juli 2024
Bestaat uit:
16 ministers en 13 staatssecretarissen
PVV: Partij van de Vrijheid
VVD: Volkspartij voor vrijheid en democratie
NSC: Nieuw Sociaal Contract
BBB: Boer Burger Beweging
Slide 5 - Tekstslide
Welke partijen zitten er in de 2de kamer
Slide 6 - Tekstslide
Verkiezingen
2e kamer: 1x in de 4 jaar (2025)
provincie en waterschap: 1x in de 4 jaar (2023)
gemeenteraad: 1x in de 4 jaar (2022)
Europa: 1x in de 5 jaar (2024)
Slide 7 - Tekstslide
Wat is een regering?
Slide 8 - Tekstslide
Wat is een kabinet?
Slide 9 - Open vraag
Kabinet en Regering
Kabinet: ministers en staatssecretarissen
Regering: ministers en de koning
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
OPDRACHT
Maak opdracht 9 pagina 131 en opdracht 10 pagina 133
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
In Nederland wordt de regering als volgt gevormd:
1. Verkiezingen:
Eens in de vier jaar kunnen Nederlandse burgers stemmen op politieke partijen die zij willen dat hen in de Tweede Kamer vertegenwoordigen.
2. Zetelverdeling:
De partijen die de meeste stemmen krijgen, winnen zetels in de Tweede Kamer. Hoe meer zetels een partij wint, hoe groter hun invloed zal zijn.
3. Coalitievorming:
Meestal wint geen enkele partij genoeg zetels om alleen te regeren. Daarom moeten de winnende partijen samenwerken en een coalitie vormen. Ze onderhandelen over wat ze willen bereiken en hoe ze het land willen besturen.
4. Kabinetsformatie:
Na de onderhandelingen wordt de leider van de grootste partij in de coalitie meestal de premier. Andere partijen krijgen ministersposten in de regering, afhankelijk van hun invloed.
5. Parlementaire goedkeuring:
Het nieuwe kabinet moet worden goedgekeurd door de Tweede Kamer, het parlement. Als de meerderheid van de Tweede Kamerleden het eens is, kan de regering aan het werk gaan.
6. Regeren: Het kabinet begint met het besturen van het land, het maken van wetten en het uitvoeren van beleid op verschillende gebieden, zoals gezondheidszorg, onderwijs en economie.
In Nederland wordt de regering als volgt gevormd:
1. Verkiezingen: Eens in de vier jaar kunnen Nederlandse burgers stemmen op politieke partijen die zij willen dat hen in de Tweede Kamer vertegenwoordigen.
2. Zetelverdeling: De partijen die de meeste stemmen krijgen, winnen zetels in de Tweede Kamer. Hoe meer zetels een partij wint, hoe groter hun invloed zal zijn.
3. Coalitievorming: Meestal wint geen enkele partij genoeg zetels om alleen te regeren. Daarom moeten de winnende partijen samenwerken en een coalitie vormen. Ze onderhandelen over wat ze willen bereiken en hoe ze het land willen besturen.
4. Kabinetsformatie: Na de onderhandelingen wordt de leider van de grootste partij in de coalitie meestal de premier. Andere partijen krijgen ministersposten in de regering, afhankelijk van hun invloed.
5. Parlementaire goedkeuring: Het nieuwe kabinet moet worden goedgekeurd door de Tweede Kamer, het parlement. Als de meerderheid van de Tweede Kamerleden het eens is, kan de regering aan het werk gaan.
6. Regeren: Het kabinet begint met het besturen van het land, het maken van wetten en het uitvoeren van beleid op verschillende gebieden, zoals gezondheidszorg, onderwijs en economie.
Slide 16 - Tekstslide
Hoe komt er een wet tot stand?
Slide 17 - Tekstslide
Een coalitie
De samenwerking tussen de politieke partijen in de regering.
Slide 18 - Tekstslide
De oppositie
De partijen die geen regering vormen.
Er zijn ook partijen die niet in de coalitie/ regering zitten maar deze wel helpen.
Slide 19 - Tekstslide
De 1e en 2e kamer
De eerste en tweede kamer vormen samen:
het parlement of de staten - generaal!
Slide 20 - Tekstslide
Wat doen de 1e en 2e kamer?
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
taken en rechten 2e kamer
regering controleren (motie indienen)
wetten maken (veranderen van wetten/aanpassen)
rijksbegroting beoordelen en controleren (budget recht)