In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
H12 Vergelijkingen
Terugblik H7:
ik weet wat een formule in woorden is
ik kan een formule in woorden maken
ik weet wat een pijlenketting is
ik kan een pijlenketting maken
Slide 1 - Tekstslide
H12.1 werken met formules
H12.1 Leerdoel:
ik kan bij een pijlenketting een (wiskundige) formule maken
ik kan een letterformule maken
Slide 2 - Tekstslide
H12. werken met formules
Je krijgt een pijlenkettig.
Bijvoorbeeld:
Je moet er een (wiskundige) formule van maken.
En dat doe je zo:
Je ziet dat de pijlen weggelaten zijn en dat er een =-teken staat voor de uitkomst.
Eigenlijk maak je er nu een 'sommetje' van. Je kunt dat 'sommetje' alleen niet uitrekenen, want je weet (nog) niet hoeveel minuten je moet invullen. Dat is niet erg. Daarom heet het juist een formule.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
12.1 Maak:
Opdracht 1 t/m 5
(blz. 160 t/m 161 uit boek 1B)
Slide 5 - Tekstslide
12.1 Letterformules
Hierboven zie je een pijlenketting en een wiskundige formule.
Nog steeds moeten we veel schrijven. Dat kan korter.
Daarom gaan we de woorden afkorten met letters. De letterformule wordt dan:
Letterformule:
a x 0,10 + 0,75 = k
a = aantal minuten
k = kosten in euro's
Slide 6 - Tekstslide
12.1 Letterformules
Hierboven zie je een pijlenketting en een wiskundige formule.
Nog steeds moeten we veel schrijven. Dat kan korter.
Daarom gaan we de woorden afkorten met letters. De letterformule wordt dan:
Letterformule:
a x 0,10 + 0,75 = k
a = aantal minuten
k = kosten in euro's
Slide 7 - Tekstslide
0
Slide 8 - Video
12.1 Letterformules
Letterformule:
a x 0,10 + 0,75 = k
a = aantal minuten
k = kosten in euro's
In de video wordt uitgelegd dat je het keerteken als een punt mag schrijven. Ook wordt dan gezegd dat je eerst het getal en dan de letter noteert. Als je dit begrijpt, dan mag dat. Maar je mag de letterformule ook zo laten staan als in het voorbeeld hierboven.
Slide 9 - Tekstslide
12.1 Letterformule maken
Opdracht 7
(blz. 162 uit boek 1B)
Slide 10 - Tekstslide
12.2 Gelijke formules
Je naam kun je op verschillende manieren schrijven, bv:
met hoofdletters
met kleine letters
aan elkaar
met een hoofdletter en kleine letters
dikke letters
schrijfletters
drukletters
En dat geldt ook voor formules!
Slide 11 - Tekstslide
12.2 Gelijke formules
Formules kun je ook op verschillende manieren schrijven, terwijl je hetzelfde berekent.
Je hebt al geleerd dat je verschillende soorten formules hebt.
Weet je ze nog?
Maar... die (wiskundige) formules kun je ook op verschillende manieren schrijven! (zie volgende dia)
Woordformules
Pijlenkettingen
(wiskundige) formules
Slide 12 - Tekstslide
12.2 Gelijke formules
Stel je hebt twee formules.
Een formule A en een formule B. Hiernaast een voorbeeld:
Je krijgt de vraag: zijn beide formules gelijk?
Jij moet laten zien waarom dat wel/niet zo is.
En dat doe je door een pijlenketting van beide formules te maken.
keer gaat voor plus of min
En wat zien we?
De pijlenkettingen zijn hetzelfde!
Als de pijlenkettingen hetzelfde zijn, dan zijn de formules gelijk. (ook al schrijf je de wiskundige formule verschillend).
Slide 13 - Tekstslide
Formules zijn gelijk als...
hun pijlenkettingen gelijk zijn!
Slide 14 - Tekstslide
12.2 Maak:
Opdracht 9 t/m 16
(blz. 164 t/m 166 uit boek 1B)
Denk eraan:
Als twee formules gelijk zijn, dan is hun pijlenketting ook gelijk.
De formules kun je op verschillende manieren schrijven, maar hun pijlenketting niet!
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.