4.4 De opkomst van de islam

Par. 4.4



De opkomst van de islam

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Par. 4.4



De opkomst van de islam

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
In deze paragraaf leer je: 
  • hoe de islam ontstond
  • hoe het Arabische rijk ontstond
  • hoe de samenleving en cultuur in de Arabische wereld zich ontwikkelden



Slide 2 - Tekstslide

Kenmerkend aspect bij deze paragraaf: 
het ontstaan en de verspreiding van de islam

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je al
over de islam?

Slide 4 - Woordweb

Veel goden of één god? 
  • In de zesde eeuw geloofden de Arabieren in honderden goden
  • In de stad Mekka stond de Ka'aba: een grote zwarte steen
  • Op deze plek aanbidden de Arabieren hun goden
  • Ook mensen, waaronder veel handelaren, uit andere landen bezochten de Ka’aba en baden er tot hun goden.
  • Mekka lag aan een kruispunt van handelswegen en was een belangrijke handelsstad.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Mohammed 
  • Mohammed was een handelaar uit Mekka. 
  • In een droom, een visoen, vertelde een engel dat er maar één god is, Allah.
  • Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn droom, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren. 
  • De meeste mensen moesten niets van Mohammed hebben en joegen hem en zijn volgelingen de stad uit

Slide 7 - Tekstslide

Van Mekka naar Medina
Jaartal: 622

  • Mohammed vlucht naar Medina
  • Dit is het begin van de islamitsche jaartelling 
  • In deze stad woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god (monotheïsme).
  • Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. 
  • Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam.

Slide 8 - Tekstslide

Terug naar Mekka
Jaartal: 630

  • Met een grote groep moslims ging Mohammed terug naar Mekka (630)
  • Er werd gevochten en Mohammed won. Veel bewoners van Mekka werden toen alsnog moslim. 
  • Rond de Ka'aba werd een moskee gebouwd. Mohammed beval dat mensen bij de Ka’aba alleen nog tot Allah mochten bidden.
  • In 632 overleed Mohammed.
  • Na zijn dood breidde kaliefen het kalifaat uit door veroveringen.  Soms werd een veroveringsoorlog jihad genoemd.
  • Door de veroveringen ontstond een rijk dat zich in 750 uitstrekte van Portugal tot India.

Slide 9 - Tekstslide

Ontstaan van Islam - Mohammed
Moren. Moslims die vanuit Marokko Spanje binnen vallen. 

Slide 10 - Tekstslide

De islam
  • Islam betekent: 'onderwerping'
  • Het belangrijkste boek is de Koran of Qoer'ān (القرآن)
  • Volgens moslims zijn de woorden in de Arabische taal door Allah via de engel Djibriel aan Mohammed geopenbaard.
  • Daarnaast moet een moslim zich (zoveel mogelijk) houden aan de vijf zuilen, dit zijn godsdienstige verplichtingen.
  • Het vrijdaggebed in een moskee is voor mannen verplicht

Slide 11 - Tekstslide

Vijf zuilen van de islam
geloofsbelijdenis (sjahada)
الشهادة
rituele gebeden (salat)
الصّلاة
geven aan armen (zakat)
زكاة
ramadan
(saum)
رمضان
pelgrimstocht 
(hadj)
الحجّ

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Arabische wereld
Vanaf 756 viel het Arabische rijk uit elkaar in meerdere rijken. Er kwam politieke verdeeldheid.
Op andere vlakken was er eenheid in de Arabische wereld: gebied met de Arabische cultuur.
In de Arabische wereld was:
  • een welvarende landbouwstedelijke samenleving met veel handel en nijverheid
  • de islam de staatsgodsdienst met   verdraagzaamheid  tegenover joden en christenen, omdat zij in dezelfde god geloofden.
  • een bloeiende wetenschap, waardoor kennis uit de oudheid bewaard bleef. 

Slide 14 - Tekstslide

Presentatie na de vakantie

4.1
Het Frankische Rijk + Bestuur
Verdeeldheid & onveiligheid + Ridders

4.2
Verspreiding van het Christendom + Christelijk Europa
Vermenging van culturen
Invloedrijke geestelijken


4.3

Halfvrij +Leven op een domein
Drie sociale groepen
Weinig handel

4.4
Ontstaan van de Islam
Veroveringen
Samenleving & cultuur

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
  • Maak voor de volgende les de opdrachten van par. 4.4. 


Slide 16 - Tekstslide