8.4-8.5 Emancipatie bewegingen & De sociale kwestie

8.4 & 8.5 Burgers en stoommachines!

1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 39 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

8.4 & 8.5 Burgers en stoommachines!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

KA:
De opkomst van emacipatiebewegingen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emancipatie
Betekenis: Het streven van een achtergestelde groep naar een betere plaats in de samenleving.
     - Gelijke rechten & behandeling. 
     - Is nog altijd een thema in de 21e eeuw!
Het streven naar gelijkheid en vrijheid is een doorlopend proces.







Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emancipatiebewegingen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emancipatiebewegingen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederland na 1848
Het Liberalisme de meest invloedrijke stroming.
       - Parlementaire Democratie met Censuskiesrecht.
       - Het individu centraal:
              - Geen inmenging in geloofskwesties
              - Weinig overheidsinmenging

Veel groeperingen voelen zich achtergesteld:
       - gelovigen, arbeiders  en vrouwen

Slide 6 - Tekstslide

Confessionelen, Socialisten en Feministen voelen zich achtergesteld en gaan zich allen proberen te Emanciperen gedurende de 19e en vroeg-20e eeuw
Confessionalisme
Katholieken en Protestanten: Vinden dat het geloof centraal moet staan in de samenleving (Politiek & Onderwijs)
- Liberalisme verdrukt religie uit de samenleving (Vrijheid van Onderwijs (1848), de Schoolwetten (1857 en 1878))
 - Splitsing Openbare en Bijzondere scholen. => Schoolstrijd: Confessionelen strijden voor gelijke financiering van bijzondere scholen.
Probleem: de Liberalen hebben alle macht!

Slide 7 - Tekstslide

Wie: Confessionelen: Gelovigen die vinden dat Religie centraal moet staan in de samenleving

Waarom zijn ze ontevreden: De Liberalen verdrukken Religie uit de samenleving en met name het onderwijs.

Wat willen ze: Dat Bijzondere scholen dezelfde subsidie krijgen als 
Anti Revolutionaire Partij (ARP)
De eerste politieke partij (1879)
 - Door: Abraham Kuyper
Gelijkstelling Onderwijs
Uitbreiding Kiesrecht
Algemene Bond van RK-Kiesverenigingen (ABRK)
Verbond van katholieke groeperingen (1904)
Confessioneel verbond tegen Liberalen


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feminisme
Beweging die strijdt voor gelijke rechten voor vrouwen (Eerste Feministische Golf)     
- Hoger onderwijs voor vrouwen, betaalde arbeid en vrouwenstemrecht.
Richten tijdschriften en verenigingen op (de Vrije Vrouwenvereniging, Wilhelmina Drucker)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Emmeline Pankhurst
Daarnaast ook demonstraties en protesten
"Wij vinden elk mensenleven heilig, maar zijn bereid om ons leven op te offeren. Dat doen we niet zelf, maar zullen de vijand in de positie brengen waar hij moet kiezen tussen onze vrijheid, of onze dood. "

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spotprenten tegen het Feminisme

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Resultaat: Pacificatie van 1917
Compromis tussen de bewegingen
     - Schoolstrijd opgelost: Bijzondere scholen gelijke subsidie.
     - Invoering Algemeen Mannenkiesrecht. In 1919 uitgebreid naar Algemeen Kiesrecht.

Schoolstrijd beslist: Bijzonder onderwijs gelijke subsidies.


Algemeen Mannenkiesrecht, uitgebreid naar Algemeen Kiesrecht in 1919

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een kwestie...
Een probleem. 
een discussie...
Iedereen heeft een andere kijk op de zaak..
Iedereen komt met verschillende oplossingen...

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Sociale Kwestie? (1)
  • Een kwestie is een probleem

  • De slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders zijn duidelijk zichtbaar.

  • Eind 19e eeuw.

  • Vooral in de steden.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies













In sommige delen van Noord- en Oost-Nederland 
was het trouwens niet veel beter...


Een plaggenhut met heideplaggen bedekte hut. Ze waren te vinden in de armste gebieden van Nederland, vooral in Drenthe, Friesland en Overijssel en werden bewoond door de allerarmste arbeiders, vaak met grote gezinnen. Een plaggenhut was een eenvoudig bouwwerk, meestal gedeeltelijk uitgegraven en zonder zijmuren zodat het dak op grondhoogte begon. Het dak was bekleed met plaggen die uit het omliggende land werden gehaald.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Sociale Kwestie? (2)
  • ‘De rijken worden rijker, de armen worden armer’

  • Alleen ‘de rijken’ mogen stemmen

  • Hierdoor blijven ‘de rijken’ aan de macht

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op: De weekinkomsten van een mannelijke arbeider
was ongeveer 900 cent (9 gulden)

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie helpt de arbeiders? (1)
  • Sommige fabrikanten gaven de arbeiders wél wat extra's (soms ook uit eigen belang: een fittere arbeider werkt harder...)

  • Arbeiders gaan staken: dit werkt alleen als iedereen gaat staken, en dat was moeilijk vol te houden

  • Arbeiders gaan samenwerken in vakbonden.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie helpt de arbeiders? (2)

  • Nederland kent drie grote politieke groepen: socialisten (links), confessionelen (midden) en liberalen (rechts)

  • Deze politieke groepen hebben allemaal een andere oplossing voor de Sociale Kwestie, maar ook allemaal eigen belangen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Liberalen

  • Nachtwakersstaat: overheid zorgt alleen voor orde en veiligheid

  • Economie helemaal vrij laten

  • Sociale wetten kosten teveel geld

  • Rechts in de politiek

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Confessionelen
  • Confessie=geloof (Protestant/Rooms-katholiek)

  • Ongelijkheid omdat God het zo wil

  • Goede christenen helpen elkaar

  • Werkgevers en werknemers moeten er samen uitkomen

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Socialisten
  • Overheid moet er alles aan doen om arbeiders te beschermen

  • Betere arbeidersomstandigheden (o.a. meer loon)

  • Om dit te bereiken: strijd voor algemeen kiesrecht (ook met stakingen en demonstraties)

  • Links in de politiek

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Langzaam verbetering
  • Eerste sociale wetten vanaf 1874: Kinderwetje van Van Houten

  • Leerplichtwet (1900), Woningwet (1901)

  • 1917: Algemeen Kiesrecht voor mannen (actief en passief kiesrecht vrouwen (passief)

  • 1919: Algemeen kiesrecht voor vrouwen (actief)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vóór de Woningwet...
...na de Woningwet

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de woorden naar 
de juiste plaats


Als je rond 1850 in armoede moest leven, was je in eerste aangewezen op                             . Kon je daar niet terecht, dan was je aangewezen op                                          . De overheid bemoeide zich verder niet met de                                    . Dat veranderde in 1854. Toen nam de                                  overheid een wet aan: de                                   . Hierin stond dat de                                          overheid moest zorgen voor de allerarmsten.  Die zat hier helemaal niet op te wachten, want er kwam geen geld hiervoor uit                                  . 
1
2
3
4
5
6
7
liefdadigheid
armenzorg
landelijke
gemeentelijke
Armenwet
Den Haag
familie

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden


Als je rond 1850 in armoede moest leven, was je in eerste aangewezen op                             . Kon je daar niet terecht, dan was je aangewezen op                                          . De overheid bemoeide zich verder niet met de                                    . Dat veranderde in 1854. Toen nam de                                  overheid een wet aan: de                                   . Hierin stond dat de                                          overheid moest zorgen voor de allerarmsten.  Die zat hier helemaal niet op te wachten, want er kwam geen geld hiervoor uit                                  . 
familie
liefdadigheid
armenzorg
Armenwet
landelijke
gemeentelijke
Den Haag
1
2
3
4
5
6
7

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een kwestie...
Een probleem. 
een discussie...
Iedereen heeft een andere kijk op de zaak..
Iedereen komt met verschillende oplossingen...

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan het werk
Maak de opzoek naar de kern vragen van paragraaf 8.5 
of ga vast aan de slag met het HD!

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies