Etre - intro & ex

Le verbe  "être".
C
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Le verbe  "être".
C

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van

           
   
     Wat betekent "être"?


Vandaag oefenen we met het werkwoord "être".

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We gebruiken het werkwoord "être" echt heel vaak !

Wat betekenen de roodgekleurde woorden volgens jou ?


1   Chantal  est  sympathique.
2   Les  bus  sont  dans  le  garage.
3   Tu n' es  pas  un  bébé !
4   Je  suis  chez  McDonalds, super !.

Het  zijn  allemaal  vormen  van  het  hele werkwoord "être".

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ken je het rijtje van "avoir" (met vertaling) ?
  être...... être.......
       mmmm....
Ken  jij  het  rijtje  van "être" (mèt vertaling) ?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "être" met vertaling :
stopwatch
00:00
   je  suis                       ik  ben
   tu  es                         jij / je  bent
   il/elle/on   est           hij/ zij/men  is

   nous  sommes       wij/we  zijn
   vous êtes                 jullie  zijn  /  u  bent
   ils  sont                    zij  zijn  (m & m/v)
   elles  sont               zij  zijn  (alléén  v)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Link

Deze slide heeft geen instructies

être = ?
je suis                      =
nous sommes     =
ils sont                    =
vous êtes               =

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

je suis =
A
jij bent
B
u bent
C
ik ben
D
men is

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

nous sommes =
A
jullie zijn
B
wij zijn
C
men is
D
zij is

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

elle est =
A
zij is
B
hij is
C
jij bent
D
u bent

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

vous êtes
A
jullie zijn
B
zij zijn
C
wij zijn
D
men is

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zijn = ?
ik  ben                    =
wij  zijn                  =
zij  zijn                   =
u  bent                  =

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ik ben =
A
je suis
B
on est
C
ils sont
D
jij bent

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zij is =
A
elles sont
B
elle est
C
elle es
D
tu es

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

jullie zijn =
A
ils sont
B
nous sommes
C
on est
D
vous êtes

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

jij bent =
A
je suis
B
il est
C
tu es
D
tu est

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

zij zijn =
A
elle sont
B
ils sont
C
nous sommes
D
il sont

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wij zijn =
A
vous êtes
B
ils sont
C
nous sommes
D
on es

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ah, (jij bent) l'ami de Nathan!

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Yvonne? (Zij is) intelligente

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(U bent) monsieur Legrand

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(Jullie zijn) dans le restaurant ?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

suis
es
est
sommes
êtes
sont
je
tu
il
elle
on
nous
vous
ils 
elles

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

être
timer
1:30
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
                        sont
                         suis
                sommes
                         êtes
                           est
                            es

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak 6 zinnen met iedere keer een andere vorm van
'être".  Voorbeeld  : Paul  est  en  vavances.
Schrijf de zinnen op in je schrift
Zet boven oefening :
Zinnen met
vormen van
"être".

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Dit is een luistervaardigheidsoefening.
Au  revoir

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies