Lesson 44: adverb/ adjective + Project 2.3 + 5.3 speaking

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Silent learning  studentbook or studygo
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Lesson aims:
- I know how to use adverbs and adjectives
- I have finished 5.3 speaking
- I have started project 2.3

Slide 3 - Tekstslide

Adverbs & adjectives

Slide 4 - Tekstslide

Adjectives & adverbs

Slide 5 - Tekstslide

Adverb (bijwoord)
* Een adverb kan iets zeggen over een werkwoord 
-> He laughs loudly.
* Een adverb kan iets zeggen over een bijvoegelijk naamwoord 
-> She has a remarkably loud voice
* Een adverb kan iets zeggen over een ander bijwoord
 -> He laughs very loudly
* Een adverb kan iets zeggen over de hele zin
-> Frankly, I don't really care. 

LET OP! Een adverb wordt heel vaak geschreven met  -LY  erachter.

Slide 6 - Tekstslide

Adjective (bijvoegelijk naamwoord)

Adjective = bijvoeglijke naamwoord en zegt iets over een zelfstandig naamwoord

Example: The green house.
                   She is a nice girl

Slide 7 - Tekstslide

Uitzondering 2.0 
adjectives - adverbs
good - well 
fast - fast
long - long
fair - fair
Uitzonderingen
Adjectives    -       Adverbs    
fast                  -       fast
long                -       long
good               -      well  (I am doing well)
hard                -       hard

Slide 8 - Tekstslide

Wanneer wat?
She sings beautifully. --> zegt iets over zingen (ww)
Adverb
She is beautiful. --> zegt iets over het meisje (zn)
Adjective

Slide 9 - Tekstslide

Can you translate these sentences?

* Deze bloem is echt.


* Mandy rijdt voorzichtig.

Slide 10 - Tekstslide

Can you translate these sentences?

* Deze bloem is echt.
This flower is real.

* Mandy rijdt voorzichtig
Mandy drives carefully.

Slide 11 - Tekstslide

The garden is ...
A
beautifully
B
beautiful

Slide 12 - Quizvraag

It rains ...
A
terrible
B
terribly

Slide 13 - Quizvraag

The concert is ...
A
amazing
B
amazingly

Slide 14 - Quizvraag

The teacher speaks English ...
A
fluent
B
fluently

Slide 15 - Quizvraag

She put her glasses down ...
A
carefully
B
careful

Slide 16 - Quizvraag

Unit 5.3 speaking
What?
Please make unit 5.3 speaking in your online book, exercise 1 till 12. You make these exercise alone but you are allowed to talk to your neighbour. 
Finished?
  • Work on project 2.3
  • Practice with the grammar of unit 4 in your online book.
  • Learn your words on studygo.com

timer
30:00

Slide 17 - Tekstslide

Project 2.3
What?
Please makeproject 2.3 You're the actor/actress and hand it in via Magister.
Finished?
  • Practice with the grammar of unit 4 in your online book.
  • Learn your irregular verbs (unit 5)
  • Learn your words on studygo.com

timer
30:00

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link