SITTARD BOL JAAR 2 PERIODE 2 WEEK 1

Nederlands
Periode 2
Week 1
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Periode 2
Week 1

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Hoe gaat het met jullie?
  • Examens leerjaar 2
  • Hoe ziet de komende periode eruit?
  • Herhaling Lezen hoofdstuk 1
  • Toets maken (zonder punt)

Slide 2 - Tekstslide

Examens leerjaar 2
Periode 1
Taalverzorging
Periode 2
Herkansing taalverzorging
Periode 3
CE Lezen/luisteren
Periode 4
geen examen

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je herkent het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst.
  2. Je weet wat de schrijver met zijn tekst wil bereiken en voor wie de tekst bedoeld is. 
  3. Betrouwbaarheid van een tekst

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdstuk 1
Leesteksten verkennen
Open je boek op blz. 8

Slide 5 - Tekstslide

1.1 Onderwerp en hoofdgedachte
Blz. 8

Slide 6 - Tekstslide

Weet jij nog wat het verschil is tussen het onderwerp en een hoofdgedachte?

Slide 7 - Open vraag

1.1 Onderwerp en hoofdgedachte
Onderwerp
  •  Beschrijft in één woord of paar woorden waarover tekst gaat

Hoofdgedachte
  • Onderwerp van tekst uitgelegd in één zin
  • Kortst mogelijke samenvatting van tekst

Slide 8 - Tekstslide

1.1 Onderwerp en hoofdgedachte
Voorbeeld onderwerp en hoofdgedachte
  • Voorlichtingsfolder van politie
  • Onderwerp = inbraakpreventie
  • Hoofdgedachte = Neem maatregelen om inbraak te voorkomen.

Slide 9 - Tekstslide

Waar vind je meestal het onderwerp en de hoofdgedachte in een tekst?
Meerdere antwoorden mogelijk.
A
titel
B
titel en slot
C
titel en inleiding
D
conclusie

Slide 10 - Quizvraag

1.1 Onderwerp en hoofdgedachte
Waar vind je het onderwerp en de hoofdgedachte?
  • Titel
  • Inleiding

  • Soms letterlijk geformuleerd
  • Soms zelf uit tekst afleiden

  • Bij langere teksten: hoofdgedachte soms in slot of conclusie

Slide 11 - Tekstslide

1.2 Doel en publiek
Blz. 16

Slide 12 - Tekstslide

Teksten kunnen verschillende doelen hebben.
Weet jij nog enkele tekstdoelen?

Slide 13 - Woordweb

1.2 Doel en publiek
Twee teksten over hetzelfde onderwerp kunnen totaal verschillen. 

Dit ligt aan:
  • Met welk doel is de tekst geschreven (tekstdoel)?
  • Voor welke doelgroep is het geschreven (publiek)?

Slide 14 - Tekstslide

1.2 Doel en publiek
Twee teksten over hetzelfde onderwerp kunnen totaal verschillen. 
Voorbeeld: twee teksten over bijbaantjes


Tekst 1
Tekst 2
Weekendbijlage krant
Website van Student.net
Overzicht van meest voorkomende en populaire bijbaantjes
Advertentie van grote hotelketen
Doel = breed publiek over onderwerp informeren
Doel = studenten overhalen om bijbaan in een van hotels te nemen

Slide 15 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een tekst met als tekstdoel 'informeren'.

Slide 16 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een tekst met als tekstdoel 'instrueren'.

Slide 17 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een tekst met als tekstdoel 'overhalen/activeren'.

Slide 18 - Open vraag

1.2 Doel en publiek
Hoe kom je erachter wat het doel en het publiek van een tekst is?
  • Globaal lezen is meestal voldoende.

Sommige teksten hebben meerdere doelen, maar bijna altijd één hoofddoel.


informeren
nieuwsbericht, brochure, folder
instrueren
recept, handleiding
overtuigen/betogen
ingezonden brief, recensie
overhalen/activeren
reclamefolder, uitnodiging

Slide 19 - Tekstslide

1.3 Betrouwbaarheid van een tekst
Blz. 23

Slide 20 - Tekstslide

1.3 Betrouwbaarheid van een tekst
Betrouwbare informatie bestaat uit feiten.

Controleer je bronnen:
  • Komt het van een deskundige?
  • Is de informatie actueel?

Slide 21 - Tekstslide

1.3 Betrouwbaarheid van een tekst
Niet alle informatie is betrouwbaar; vaak misleidend of gelogen.

Reclame wil je overhalen iets te kopen:
  • Voordelen worden uitvoerig genoemd
  • Nadelen niet

Slide 22 - Tekstslide

To do
  • Maak de examenopdracht op blz. 13
timer
10:00

Slide 23 - Tekstslide

To do
  • Maak de examenopdracht op blz. 20
timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

To do
  • Maak de examenopdracht op blz. 28
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link