In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Welkom bij paragraaf 2.3
Slide 1 - Tekstslide
Planning
- Herhaling §2.2
- Leerdoelen §2.3
- Uitleg §2.3
- Huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Wat zie je op de afbeelding hiernaast?
A
Een primate city
B
stedelijk netwerk
C
koloniale dubbelstad
Slide 3 - Quizvraag
Van een primate city zijn er meerdere in een land.
A
goed
B
fout
Slide 4 - Quizvraag
Wat betekent verstedelijking?
Slide 5 - Open vraag
Verstedelijkingsgraad
Verstedelijkingstempo
Vestigingsoverschot
Er komen meer mensen in een plek wonen dan er vertrekken.
Het percentage mensen in een land dat in een stad woont.
Percentage waarmee het aantal bewoners van steden jaarlijks toeneemt.
Slide 6 - Sleepvraag
Megastad
Wereldstad
Hoofdstad
Hier wonen meer dan 10 miljoen mensen.
Liggen grotendeels in Azië.
Veel inwoners en veel invloed op de wereld.
New York, Tokyo, Londen.
Hier zit vaak de regering.
Amsterdam.
Global cities
Slide 7 - Sleepvraag
Leerdoelen 2.3
Je weet hoe een westerse en een niet-westerse stad is opgebouwd.
Je begrijpt dat verstedelijking steeds vaker plaatsvindt in de randzone van de stad.
Je kunt met een kaart of model de opbouw van een Amerikaanse stad beschrijven.
Slide 8 - Tekstslide
De grens tussen stad en platteland vervaagt
De grens tussen stad en platteland is tegenwoordig minder scherp dan vroeger.
Vanaf 1960 gingen stedelingen in ruim opgezette voorsteden wonen. Dit proces heet suburbanisatie (= proces waarbij mensen verhuizen van het platteland naar de stad).
Nieuw is het ontstaan van steden langs kruispunten van wegen: de Randstad
De steden liggen allemaal dichtbij grote wegen (een goede verbinding met elkaar).
Slide 9 - Tekstslide
De westerse stad verandert
Vanuit de suburbs: Hier wonen mensen met een hoger inkomen.
Via woonwijken met een hoge dichtheid en lage inkomensgroepen (soms getto's)
Naar de binnenstad met het CBD
Slide 10 - Tekstslide
De Europese stad
Heeft een historisch centrum.
Amerikaanse steden hebben dat niet.
Denk aan kastelen, oude gebouwen, grachten, pakhuizen
Slide 11 - Tekstslide
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Suburbanisatie: Vanaf 1960 rondom steden wonen
Opbouw Amerikaanse stad
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Tekstslide
Ook in veel arme landen zie je dat de bevolking in steden en stadjes in de randzone sneller groeit dan in de megastad.
Waarom vestigen migranten zich liever in de randzone?
je woont er goedkoper
er is meer ruimte
je kunt er nog voedsel verbouwen
de stad is dichtbij
Slide 15 - Tekstslide
Europese stad
Slide 16 - Sleepvraag
waarom?
Europese steden hebben vaak een historisch centrum, zoals hier in Londen.
Slide 17 - Tekstslide
Kenmerken: Amerikaanse stad
- Suburbs: hier wonen mensen met hogere inkomens. Dit zijn woonwijken buiten de stad (voorsteden).
- CBD: Central Business District, het hart van de stad met chique winkels, uitgaansgelegenheden maar vooral kantoren.
Kenmerken: De Europese stad
- De opbouw van een Amerikaanse stad vind je ook terug in veel westerse steden. Het verschil is dat Europese steden nog een historisch centrum hebben.
Denk hierbij aan Amsterdam, hier zie je nog veel pakhuizen vanuit de Gouden Eeuw.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
Gentrification
Oude delen van steden worden opgeknapt. Pakhuizen en leegstaande fabriekspanden worden omgebouwd tot woningen.
Dit proces heet Gentrification (= proces waarbij woonwijken worden opgeknapt tot duurdere woonwijken, gevolg meer voorzieningen in de wijk).
Door migratie worden grote westerse steden steeds meer multicultureel. Hierdoor ontstaan: transnationale gemeenschappen.
Slide 20 - Tekstslide
Opbouw van de niet-westerse stad
Een niet-westerse stad heeft de volgende opbouw:
- Een of meerdere zakencentra. Het CBD gaat steeds meer lijken op het zakencentrum van rijke landen, met hoogbouw en kantoren.
- Verspreid liggende industrieterreinen, soms nog vlak bij het centrum.
- Woonwijken van de rijken met villa's achter hoge hekken.
- Krottenwijken overal waar nog plaats is, vaak waar rijkere mensen niet willen wonen. Het is te gevaarlijk, bijv. dichtbij een steile helling of langs een spoorlijn, het stinkt er of het ligt te ver van het centrum.
Wat is het gevolg?
Krottenwijken en verdere verdichting van de stad
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Arm en rijk
1. Welke terreinen zijn nog in de buurt van het centrum te vinden in niet-westerse steden?
2. Sommige woonwijken zijn door hoge hekken omringt. Wie wonen hier?
Slide 23 - Tekstslide
Jouw eigen droomstad
Teken je eigen stad in het gegeven blad.
Hou rekening met bepaalde stadsfactoren.
Wees realistisch, er moeten genoeg huizen staan voor de inwoners van de stad.