2A chap 5 blok D/C 20-5

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

  • la présentation
  • voca B - les phrases
  • Révision adjectifs qualicatifs
  • adjecifs qualicatifs spéciaux
  • (Phrases-clés D - les exercices 16 & 128)
Le but: à la fin de ce cours:
  • Je sais si je connais les phrases B
  • Je (re)connais les adjectifs
     qualicatifs 
  • (Je connais les phrases-clés D et je sais comment les utiliser)

Slide 2 - Tekstslide

Voca B - les phrases

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Slide 5 - Tekstslide

Waar let je op bij het bijvoeglijk naamwoord?
1) de plaats van het bijvoeglijk naamwoord in de zin. rijtje bon, beau etc) 
2) de vorm van het bijvoeglijk naamwoord : 
            mannelijk ev: -
            mannelijk mw: -s
            vrouwelijk ev: -e
            vrouwelijk mv: -es

Slide 6 - Tekstslide

mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
meervoud
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
Le t-shirt est bleu...
La robe est bleu...
Simon est petit...
Célia est petit...
meervoud
Les t-shirts sont bleu... 
Les robes sont bleu...
Simon et Astérix sont
petit...
Célia et Nadia sont petit...

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Ook RANGTELWOORDEN staan VOOR het zelfstandig naamwoord

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

LET OP: 
Eindigt een bijvoeglijk naamwoord op een -e? Dan krijg je geen extra e bij vrouwelijke woorden
-Le pantalon est rouge                                  -La robe est rouge

Eindigt een bijvoeglijk naamwoord op een -s? Dan krijg je geen extra s in het meervoud
-Le cabriolet est gris                                     -Les cabriolets sont gris

Slide 11 - Tekstslide

Wat valt je op? 
Le repas est bon
La glace est bonne
Les fromages sont bons
Les pizzas sont bonnes

Slide 12 - Tekstslide

Quelle est la règle? 

Slide 13 - Tekstslide

Quelle est la règle? 
bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -on worden -onne

Slide 14 - Tekstslide

Wat valt je op? 
Le repas est italien
La pizza est italienne
Les fromages sont italiens
Les pâtes sont italiennes

Slide 15 - Tekstslide

Quelle est la règle? 

Slide 16 - Tekstslide

Quelle est la règle? 
bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -en worden -enne

Slide 17 - Tekstslide

Wat valt je op? 
L'homme amoureux
La fille amoureuse
Les garçons amoureux
Les femmes amoureuses 

Slide 18 - Tekstslide

Quelle est la règle? 

Slide 19 - Tekstslide

Quelle est la règle? 
bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -eux worden -euse

Slide 20 - Tekstslide

De onregelmatige vormen
Bijvoeglijk naamwoord dat eindigt op:
-on         wordt       -onne
-en        wordt        -enne
-eux        wordt       -euse
-f         wordt       -ve
-er      wordt         -ère

Slide 21 - Tekstslide

exercices
L'homme est sportif                la femme est sporti......
Le premier prix                           les premi..........      chansons
Les bonnes glaces                    le bon...     repas
La femme amoureuse              l'homme amoureu.......
Le fromage italien                       les femmes italien..............


Slide 22 - Tekstslide

onregelmatige vrouwelijke vormen van het bijv. nmw

mann. ev
vrouw. ev
mann. mv
vrouw. mv
vertaling
beau
belle
beaux
belles
mooi
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
nieuw
long
longue
longs
longues
lang
vieux
vieille
vieux
vieilles
oud
gros
grosse
gros
grosses
dik
blanc
blanche
blancs
blanches
wit

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk
Volgende les:
woensdag 26 mei
  • Apprends phrases D
  • Apprends grammaire (Lessonup)
  • Ex unite 13 (website)
    13b,d, 14a,b,c,d.


Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Link

Slide 33 - Link

Slide 34 - Link

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link