H2 2.4 Dichtheid

Vandaag
- terugblik § 2.3
Uitleg § 2.4
- Maken § 2.4 opg 1 t/m 12 
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
- terugblik § 2.3
Uitleg § 2.4
- Maken § 2.4 opg 1 t/m 12 

Slide 1 - Tekstslide

§ 2.3 volume
Volume zegt iets hoeveel ruimte een voorwerp inneemt (inhoud)
De eenheid van volume is liter of kubieke centimeter
Deze kun je berekenen (lengte x breedte x hoogte)
of bepalen met de onderdompelmethode

Slide 2 - Tekstslide

Volume
Volume berekenen


 volume = lengte x breedte x hoogte

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Hoe massa bepalen?

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen § 2.4
Ik kan dichtheid beschrijven.
Ik kan de dichtheid berekenen.
Ik kan het verschil tussen zweven, zinken en drijven omschrijven.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Dichtheid
Omdat die stofeigenschap belangrijk is heeft het een eigen naam gekregen: de dichtheid.

De dichtheid van een stof is de massa van 1 cm3 stof.

Slide 8 - Tekstslide

Dichtheid
Hier heb je 8 bolletjes in 1 cm3 dus kleinere dichtheid.
Dichtheid = 8
cm3g
Hier heb je 27 bolletjes in 1 cm3 dus grotere dichtheid.
Dichtheid = 27
cm3g

Slide 9 - Tekstslide

Betekenis : Dichtheid is massa in gram van 1 cm3
Grootheid is dichtheid
Eenheid is g/cm3

Slide 10 - Tekstslide

Dichtheid
Dichtheid:
geeft aan wat de stof per evenveel volume (1 cm3)  weegt. 
                 

Slide 11 - Tekstslide

Dichtheid bereken 
Formule dichtheid:


Dichtheid in g/cm3
Massa in gram (g)
Volume in cm3
 

Slide 12 - Tekstslide

Dichtheid berekenen 
Deel de massa (in gram) door het volume (in           )

cm3

Slide 13 - Tekstslide

Massa = Volume * Dichtheid
Dichtheid = Massa / Volume
Volume = Massa / Dichtheid

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

geg:


Gevr:

Opl:
Het is geen zuiver goud, want de dichtheid is kleiner dan die van zuiver goud (  19,3          )       
cm3g

Slide 16 - Tekstslide

Bereken de dichtheid van het blokje. Welk materiaal kan dit zijn?
    dichtheid = 
 massa/ volume

Slide 17 - Open vraag

Bereken de dichtheid; beginstand is 60 ml en eindstand is 78 ml en de weegschaal geeft 204,3 g aan.

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Video


Een onbekende stof heeft een massa van 12 gram en een volume van 10 cm3.
Wat is de dichtheid van deze stof?

Slide 20 - Tekstslide

Mysterie
Een mysterieuze ring blijkt na een bepaling met de dompelmethode een volume te hebben van 2,4 cm3 te hebben. We vragen ons af om welke stof het gaat dus leggen we de ring op een weegschaal. De ring blijkt wel 21,36 gram te wegen! Wat is de dichtheid van de stof en waarvan is deze mysterieuze ring gemaakt?

Slide 21 - Tekstslide

Zinken, zweven 
en drijven

Slide 22 - Tekstslide

Drijven, zinken, zweven
  • Stoffen met een kleinere dichtheid drijven
  • Stoffen met een grotere dichtheid zinken
  • Stoffen met gelijke dichtheid zweven



Slide 23 - Tekstslide

Drijven / Zinken
Drijven en zinken = dichtheid.

Hogere dichtheid = zinken.
Lagere dichtheid = drijven.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Aan de slag

- Maken § 2.4 opg 1 t/m 12

Volgende week toets over § 2.3 en § 2.4
Rekentoets!! 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video