1.2 Opdr. 26 t/m 28

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Pak tekst 8 op blz. 28 & 29 voor je neus.
Wat is de titel van de tekst?

Hoeveel alinea's heeft de tekst?
(in cijfers)

Wat zie je op het plaatje op blz. 29?

Waar denk je dat tekst 8 over gaat?

De kwal

Wat voor soort tekst is tekst 8?

1. Informatieve tekst
2. Activerende tekst
3. Tekst met een mening
4. Amuserende tekst

We lezen tekst 8 nauwkeurig.

Tijdens het lezen van de tekst...

... lees ik goed mee.

... ben ik stil.

... zit ik op mijn plek.

Aan de slag!

Ik maak opdracht 26 t/m 28 individueel.

• Ik ben stil.
• Ik werk hard.
• Ik zit op mijn plek.

Vraag 26b:
Hoe wordt een harpoen (r. 8) in de tekst omschreven?

Vraag 26E.
'De wetenschappers manen tot voorzorgsmaatregelen.' (r. 57-58)
Welk woord past in plaats van 'manen tot'?

1. waarschuwen voor
2. roepen op tot
3. willen

Vraag 27A.
Hoe wordt tekst 8 ingeleid? Door:

1. de aanleiding te noemen voor het schrijven van de tekst
2. een conclusie te trekken
3. een waarschuwing vooraf te geven
4. het onderwerp van de tekst te beschrijven

Vraag 27B.
Welk kopje geeft het best de inhoud van alinea 5 weer?

1. Aantal kwallen gelijk
2. Megakwallen
3. Regels voor visserij

Wat heb je deze les geleerd?

Tot zo!