debatteren - week 8

debatteren - week 8
les 1
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

debatteren - week 8
les 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vandaag:
Ethos, pathos, logos: uitleg + herkennen
oefenen 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doelen:
Je weet wat ethos, pathos, logos is.
Je weet wat je kunt zeggen en non-verbaal kunt doen om ethos, pathos, logos te gebruiken.
Je kunt ethos, pathos, logos gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ethos, pathos, logos: uitleg + herkennen
Wat weet je al?

Bekijk het filmpje en maak aantekeningen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dus..
Ethos?
Pathos?
Logos?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijken
Kijk naar het filmpje. Wat doet/zegt Obama om ethos, pathos en logos te gebruiken?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maak een samenvatting:
Wat kun je zeggen?
Wat kun je doen? (non-verbaal)
Ethos
Pathos
Logos

Slide 9 - Tekstslide

Leerlingen gebruiken info uit filmpjes en vullen zelf aan.

Ethos: jij bent betrouwbaar als spreker en weet veel over het onderwerp. Je hebt betrouwbare bronnen gebruikt.
Zeggen --> Zeggen dat je deskundig bent ( als dat zo is), zeggen waar je je informatie vandaan hebt.
Non-verbaal --> rustig spreken, stiltes laten vallen, stevig staan, oogcontact maken

Pathos: je speelt in op emoties van je publiek.
Zeggen --> dingen die inspelen op emoties, "dat vindt u toch ook?" (weliswaar een drogreden)
Non-verbaal --> aantrekkelijke opening, ruimte voor vragen, rondkijken

Logos: Je argumenten zijn sterk, duidelijk en goed onderbouwd.
Zeggen --> Geef je sterke argumenten
Non-verbaal --> serieuze houding
Opdracht
  • In tweetallen, tot  10-15 min. voor eind van de les
  • Doel: gebruik ethos, pathos, logos
  • Maak een korte pitch (1,5 tot 2 minuten) waarin je een onzinproduct aanprijst. Je mag een spiekbrief maken.
  • Je maakt geen powerpoint.
  • Eind van de les: naar presentaties luisteren. 

Slide 10 - Tekstslide

Van welke leerlingen zou je iets willen kopen?
onzinproducten - ideeën
  • vuilnisbak-gum
  • pratende pen  
  • vliegende boekenlegger

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

debatteren - week 8
les 2

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vandaag:
herhalen vorige les
ethos, pathos, logos: hoe kun je dat visueel maken?
opdracht
presenteren

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doelen:
Je weet hoe je ethos, pathos en logos visueel kunt maken.
Je kunt ethos, pathos en logos visueel maken.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

herhalen vorige les
Wat kun je zeggen?
Wat kun je doen? (non-verbaal)
Ethos
Pathos
Logos

Slide 15 - Tekstslide

Leerlingen gebruiken info uit filmpjes en vullen zelf aan.

Ethos: jij bent betrouwbaar als spreker en weet veel over het onderwerp. Je hebt betrouwbare bronnen gebruikt.
Zeggen --> Zeggen dat je deskundig bent ( als dat zo is), zeggen waar je je informatie vandaan hebt.
Non-verbaal --> rustig spreken, stevig staan, oogcontact maken

Pathos: je speelt in op emoties van je publiek.
Zeggen --> dingen die inspelen op emoties, "dat vindt u toch ook?" (weliswaar een drogreden)
Non-verbaal --> aantrekkelijke opening, ruimte voor vragen, rondkijken

Logos: Je argumenten zijn sterk, duidelijk en goed onderbouwd.
Zeggen --> Geef je sterke argumenten
Non-verbaal --> serieuze houding
ethos, pathos, logos: hoe kun je dat visueel maken?

Neem de volgende kolom op de volgende slide over en zet die naast de tabel uit de vorige les. Bedenk zelf ideeën en vul die in.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je zeggen?
Wat kun je doen? (non-verbaal)
Hoe maak je het visueel?
Ethos
Pathos
Logos

Slide 17 - Tekstslide

Ethos
plaatjes van logo’s van universiteiten/foto + namen van onderzoeker etc.

Pathos:
op je publiek inspelen door: kleuren, woorden, plaatjes die passen bij het gevoel dat je wilt opwekken. Bijvoorbeeld: plaatje van een schattige hond (bij stelling over meer hondenopvangcentra), een verdrietig plaatje (bijvoorbeeld kind dat wordt gepest bij stelling pesten moet harder worden gestraft) of een pakkende slogan. 

Logos: grafieken, diagrammen, een quote van iemand
opdracht + presenteren
  • Gebruik hetzelfde groepje en dezelfde speech als gisteren.
  •  Maak er een powerpoint bij.
  • Doel: ethos, pathos, logos visueel maken.
  • Lever je powerpoint in op Toddle (quicktask).
  • Laatste kwartier: wat presentaties bekijken.
  • Van welk groepje zou jij iets willen kopen?
  • Gebruik ook E, P, L in je taal/non-verbale communicatie!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies