Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 1 21-11 1D
Le ________________________
1 / 11
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
11 slides
, met
interactieve quiz
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Le ________________________
Slide 1 - Tekstslide
Plan du cours
1. Les buts du cours
2. Mini test: de vraagwoorden in het Frans
3. Prononciation apprendre 6
4. Travail individuel
5. Apprendre 6 oefenen +
quizlet live
6. Doelen van de les behaald?
Slide 2 - Tekstslide
1. Les buts du cours
Kennis
:
-Je kunt praten over je school en/ of hobby's
-Je hebt een paar woordjes van apprendre 6 geleerd.
Slide 3 - Tekstslide
Bonjour !
Comment ça va ?
Comment tu t'appelles ?
Bonjour !
Tu habites où ?
Ç
a va bien merci et toi ?
Quelle est ta matière
Je m'appelle ... et toi ?
préfèrée ?
J'habite à Zeist, et toi ?
Au revoir !
Ma matière préférée
est le... / la...
Au revoir !
Slide 4 - Tekstslide
2. Sleep de Franse vraagwoorden naar de Nederlandse
waar
hoe
hoeveel
wanneer
wie
wat
combien
où
qu'est-ce que
qui
quand
comment
Slide 5 - Sleepvraag
3. Prononciation
Prends ton livre à la
page 101
, lis à voix haute
apprendre 6
avec la prof.
Neem
2
minuten
om met je buurman/buurvrouw te praten.
Slide 6 - Tekstslide
4.Travail individuel
Lis la conversation à la
page 92
.
Parler:
Fais les exercices
17(k), 18, 19(k), 20.
Interview: Ecris un interview pour un prof.
(Exercice 23 page 95).
timer
10:00
Slide 7 - Tekstslide
5. Quizlet: apprendre 6 p. 102
Prends ton téléphone et va sur
Quizlet live
.
Utilise ton vrai prénom!
Bonne chance! :)
Slide 8 - Tekstslide
2b. Grammaire II: uitleg
Aimer:
Houden van
Adorer:
Dol op zijn
Préférer:
Liever hebben
Détester:
Een hekel hebben aan
Als je een van deze 4 werkwoorden gebruikt, dan moet je altijd
le, la, l' of les
gebruiken.
Bijvoorbeeld:
J'aime la pizza
Slide 9 - Tekstslide
2b. Grammaire I
-De ER- werkwoorden zijn werkwoorden die eindigen op ER.
Bijvoorbeeld:
regarder, écouter, aimer, manger...
-Alle regelmatige ER-werkwoorden bestaan uit een stam (infinitief min -ER) + uitgang.
Bijvoorbeeld:
Danser - er = dans+ uitgang...
Slide 10 - Tekstslide
2c. Grammaire I: Danser
Haal eerst -ER van het werkwoord.
Danser: dans
(dit is de stam)
Je dans
e
Ik dans
Tu dans
es
Jij danst
Il/ elle/ on dans
e
Hij/ zij/ men danst of wij dansen
Nous dans
ons
Wij dansen
Vous dans
ez
Jullie dansen/ u danst
Ils/ elles dans
ent
Zij dansen (m/v)
Slide 11 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les 1 21-11 1D
Augustus 2024
- Les met
11 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 1 21-11 1A/B
Augustus 2024
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 1 13-11 1D
Augustus 2024
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 1 13-11 1D
November 2022
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 1 14-11 1D
Augustus 2024
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 2 16-11 1D
November 2022
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 2 16-11 1A/B
Augustus 2024
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 2 16-11 1D
Augustus 2024
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1