2.4 Stromingen in de politiek

2.4 Stromingen in de politiek 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.4 Stromingen in de politiek 

Slide 1 - Tekstslide

Stromingen
  • Sociaaldemocratisch
  • Liberaal
  • Levensbeschouwelijk
  • Populistisch

* Progressief
                                    } Partijen
* Conservatieve 

Het politieke spectrum

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een stroming?
Idee over hoe de samenleving eruit moet zien, met name:
  • Welke normen en waarden?
  • Welke rol van de overheid op sociaal-economische gebied?



Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Leg één stroming uit in je examen presentatie
Wat voor partij zijn jullie

Maar wat voor partij zijn jullie geworden? Leg in de presentatie uit bij welke van de onderstaande soorten partijen jullie partij hoort. 

Je kunt hiervoor gebruik maken van de uitleg in deze paragraaf 

Het kan ook zijn dat je partij niet precies binnen één van de stromingen past. 

Jullie partij past bijvoorbeeld bij meerdere stromingen, of jullie partij is soms progressief en soms conservatief. Leg dat dan ook uit.

O Links O Midden O Rechts O Sociaaldemocratisch O Liberaal O Levensbeschouwelijk
O One-issue partij O Populistisch O Iets anders, namelijk ……………………...



Slide 5 - Tekstslide

Ik voel mij het meest thuis bij:
Sociaal-democratie
Levensbeschouwelijk
Liberalisme
Populisme

Slide 6 - Poll

Slide 7 - Tekstslide

Hoe denken partijen over het thema softdrugs?

progressief:
D66 en GroenLinks: Naast de verkoop moet ook de teelt van cannabis worden gelegaliseerd.
Conservatief: 
CDA: Er moet een wietpas komen waardoor coffeeshops alleen toegankelijk zijn voor meerderjarige Nederlandse gebruikers.
ChristenUnie: Coffeeshops moeten worden gesloten en het bezit van softdrugs moet worden verboden.

Slide 8 - Tekstslide

LINKS
RECHTS
Actieve overheid
Passieve overheid
Opkomen zwakkeren
Liberalisme
Sociaal-democratie
Zelfredzaamheid
Economische vrijheid

Slide 9 - Sleepvraag

Welke politieke stroming is voor ingrijpen van de overheid in de economie?
A
Liberalisme
B
Christendemocratie
C
Sociaaldemocratie
D
Populisme

Slide 10 - Quizvraag

"De overheid moet zorgen voor veiligheid en zich verder niet te veel met mensen bemoeien."
A
Sociaaldemocratie
B
Christendemocratie
C
Liberalisme

Slide 11 - Quizvraag

Sleep de componenten naar de juiste stroming:
Links
Midden
Rechts
De overheid zorgt voor de zwakkeren
Mensen zorgen voor elkaar
Mensen hebben een eigen verantwoordelijkheid

Slide 12 - Sleepvraag

Slide 13 - Video

Welke twee stromingen herken je in het filmpje?

Slide 14 - Open vraag

Benoem twee kenmerken van deze stroming:

Slide 15 - Open vraag

De schooldag moet starten met het hijsen van de Nederlandse vlag en het zingen van het Wilhelmus.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 16 - Quizvraag

Homoseksuelen zouden geen kinderen mogen adopteren.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 17 - Quizvraag

Zwarte Piet is racisme.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 18 - Quizvraag

De euthanasie regeling mag niet verder versoepeld worden.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 19 - Quizvraag

De beste manier om het file probleem tegen te gaan is gratis openbaar vervoer.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 20 - Quizvraag

De politie moet ook agenten met een hoofddoek aannemen.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 21 - Quizvraag