H10.4 titreren deel 2 les 10

• Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

H10  Zuren en basen

10.4: titreren    deel 2

Welkom

• terugblik vorige les
• Uitleg titreren deel 2 Demo-practicum
• huiswerk volgende les

terugblik vorige les

uitwerking practicum zuur/base-reacties, nabespreken 2e lesuur

leren par 10.4 (titreren)
maken opdrachten 98, 99, 100, 102, 104, 105, 107, 108, 109

lesdoel

Herhaling (demo-practicum)

• weten hoe titreren werkt
• berekening kunnen maken met titratie

Titreren

1. Voeg je zuur toe met extra water en een indicator (fenolftaleïne)
2. Lees je beginstand in je buret af
3. Voeg druppelsgewijs de basische oplossing in de buret toe
4. Stop met toevoegen zodra de kleur blijvend is veranderd
5. Lees de eindstand af

bepalen hoeveelheid zuur in oplossing

Door titratie kun je nagaan hoeveel zuur er in een oplossing/product zit. Je voert een zuur-base reactie uit:

• H+-ionen in de zure oplossing worden door base geneutraliseerd
• Indicator nodig om te bepalen of alle H+ heeft gereageerd, de oplossing dus neutraal is
• titratie uitvoeren met injectiespuit (minder nauwkeurig) of buret (nauwkeurig)

uitvoeren titratie

Je voert altijd 2 titraties uit:

• titratie 1 bepaal je hoeveel ml base nodig is voor een bekende zuur oplossing
• titratie 2 bepaal je hoeveel ml base nodig is voor een onbekende zuur oplossing
• altijd een geschikte indicator toevoegen

stappenplan titratie

1. Doe 1 ml bekende zuuroplossing in een erlenmeyer
2. voeg wat water toe
3. Voeg enkele druppels indicator toe

stappenplan titratie

4.  Vul buret met base, lees

      beginstand af.

5.  Voeg enkele druppels

     base toe aan de

     erlenmeyer

6.  Zwenk de erlenmeyer, om       goed mengen

stappenplan titratie

7.  Oplossing niet verkleurd?       stappen 5 en 6 herhalen         tot kleur blijft

8.  Stop met toevoegen van         base wanneer kleur net           zichtbaar is

9.  Lees de eindstand af

uitvoeren titratie

Je voert altijd 2 titraties uit:

• titratie 1 : bekende zuur oplossing
• titratie 2 : onbekende zuur oplossing
• herhalen stap 1 t/m 9 met onbekende zuur oplossing

Hoe bereken je de sterkte van je zuur?

• Je begint met 1 mL azijn
• 1,0 mL komt overeen met

                     1,2 mg zuur

Hoeveel azijnzuur zit in je oplossing?

natronloog (mL)
zuur (mg)

1,0

1,2

4,6

1

...

5,5

Hoe bereken je de sterkte van zuur?

• Je begint met 1 mL zuur
• 1,4 mL NaOH komt overeen met

                     3,5 mg zuur

Hoeveel zuur zit in je oplossing?

natronloog (mL)
zuur (mg)

1,4

3,5

1

16,3

......

40,8

15,5 ml

31,8 ml

lesdoel gehaald?

• weten hoe titreren werkt
• berekening kunnen maken met titratie

Huiswerk

• leren par 10.4
  
• maken opdrachten 111 t/m 115