Wonen in Nederland 3.1

H3 Leefbaarheid in stedelijke gebieden
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

H3 Leefbaarheid in stedelijke gebieden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Je weet wat leefbaarheid is
Je weet welke soorten wijken zich in de stad hebben gevormd en in welke periode
Je herkent de wijken in Groningen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is 'leefbaarheid'?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leefbaarheid
Met het begrip leefbaarheid wordt aangegeven hoe aantrekkelijk en/of geschikt een gebied of gemeenschap is om er te wonen, of te werken. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stadsgewest
1.    Woon werk relatie (arbeidsmarkt en huizenmarkt)
2.    Voorzieningen (verzorgingsgebied)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opbouw steden
  • Historische binnenstad
  • Negentiende eeuwse-arbeiders- en industriewijken.
  • Vooroorlogse wijken 1900-1940
  • Naoorlogse wijken
  • Verstedelijkt platteland

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Historische binnenstad
•    Middeleeuwen
•    Compact (verdichting in 19de eeuw)
•    Sommige steden geen historische binnenstad (nieuw, oorlog, aaneengegroeid)
•    Zakenwijk (central business distict = CBD)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Negentiende-eeuwse arbeiders- en industriewijken.






1870-1900 Eerste industriële revolutie
Soms tuintjes    Rijken villa’s


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vooroorlogse wijken 1900-1940
•    Urbanisatie: woning coöperaties en de Woningwet
•    Tuindorpen
•    Grote huizen langs uitvalswegen


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Naoorlogse wijken
•     Woningnood (goedkoop & systeembouw)
•    Gehorige etage- of portiekwoningen
•    Jaren zestig welvaartsstijging koopwoningen -> bloemkoolwijken



Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reurbanisatie.
•    Verpaupering, verval en leegstand
•    Compactestadbeleid (re-urbanisatie)
•    Vinex-locaties (nieuwe wijken aan de stad), grootschaling, verschillende bouwstijlen.





Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstedelijkt platteland
•    Suburbanisatie = de trek vanuit de stad naar de omgeving ervan.
•    Groeikernen (gecontroleerde groei)




Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Na 1960 komt de suburbanisatie goed op gang. Wat is de voornaamste oorzaak?
A
Er zijn te weinig woningen in de steden beschikbaar.
B
De mensen krijgen meer kinderen en willen graag ‘in het groen’ wonen.
C
De aanleg van spoorlijnen vanuit de steden naar omringende plaatsen.
D
De stijgende welvaart.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ook bedrijven verlaten de stad. Welk van de onderstaande factoren speelt daarbij geen rol?
A
afname van de bereikbaarheid
B
gebrek aan ruimte in de stad
C
goedkope grond beschikbaar buiten de stad
D
de ontwikkeling van stadsgewesten

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Gentrificatie?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voordeel en een nadeel van gentrification

Slide 22 - Open vraag

+ bewoners knappen zelf woningen op
+ voorzieningenniveau gaat omhoog

- woningen worden duurder
- oorspronkelijke bewoners kunnen huur 
- vaak niet meer betalen
Waar vind je relatief veel Vinex-wijken?
A
in dorpen die kunnen uitbreiden
B
in rurale gebieden met veel ruimte
C
aan de rand van (oude) steden
D
in het Groene Hart

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vinex-wijk
Leidsche Rijn
Vinex-wijk
Vinex (Vierde Nota op de Ruimtelijke Ordening extra):
  • Compleet nieuwe wijken tegen / vlakbij oude steden gebouwd om stedelijke druk te verlichten

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wadi in Leidsche Rijn
In Leidsche Rijn is een aantal wadi’s aangelegd. Dat zijn waterlopen die
normaal gesproken droog liggen. Beredeneer dat deze wadi’s bij de aanleg van Leidsche Rijn moesten 
worden aangelegd in het kader van de Watertoets. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In Leidsche Rijn is een aantal wadi’s aangelegd (waterlopen die normaal gesproken droog liggen). Beredeneer dat deze wadi’s bij de aanleg van Leidsche Rijn moesten worden aangelegd in het kader van de Watertoets. (2p)

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wadi in Leidsche Rijn
Uit de redenering moet blijken dat
• bij de aanleg van Leidsche Rijn verstening van het
oppervlak heeft plaatsgevonden 
• zodat in het kader van de Watertoets maatregelen genomen moesten
worden om overtollig water lokaal vast te houden

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke maatregelen passen bij het idee van de compacte stad?
A
De aanleg van een Vinex-wijk.
B
Het saneren van een vervallen volksbuurt.
C
Nieuwbouw op een vroeger industrieterrein.
D
Renovatie van een woonwijk.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies