Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
1G 5 okt
Welkom bij Nederlands!
Telefoon in je tas
Op tafel:
Chromebook en leesboek
kauwgum in de prullenbak
1 / 40
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
In deze les zitten
40 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
80 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welkom bij Nederlands!
Telefoon in je tas
Op tafel:
Chromebook en leesboek
kauwgum in de prullenbak
Slide 1 - Tekstslide
Boek lezen
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
Vandaag
Bespreken huiswerk ??????? (§1,3 online )
werken aan §1,3 ?????
korte pauze
uitleg bn /vz
herhaling §1,3,5,7
maken/huiswerk
einde les
timer
20:00
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het eind van de les herken jij :
bijvoeglijke naamwoorden
voorzetsels
Slide 4 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 5 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 6 - Link
wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 7 - Quizvraag
Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
groene
B
sterke
C
man
D
boze
Slide 8 - Quizvraag
Voorzetsels
Slide 9 - Tekstslide
Wat is een voorzetsel?
Slide 10 - Woordweb
apps.noordhoff.nl
Slide 11 - Link
Eigenschappen vz
Ze geven een plaats, tijd of reden aan.
Trucje:
... de kast (achter, op, voor)
... het feest (tijdens, na, gedurende)
Slide 12 - Tekstslide
Wat is geen voorzetsel?
A
Tijdens
B
eerste
C
achter
D
langs
Slide 13 - Quizvraag
Wat is GEEN voorzetsel?
A
Links
B
Uit
C
Op
D
Boven
Slide 14 - Quizvraag
We kijken samen naar voetbal op de televisie
Sleep het vinkje naar het
voorzetsel
Slide 15 - Sleepvraag
Zet het juiste
voorzetsel
in de zin.
Is jouw voetbaltrainer ook zo trots
...
zijn team?
op
achter
met
bij
tegen
aan
Slide 16 - Sleepvraag
Zet het juiste
voorzetsel
in de zin.
Ben jij bang
...
spinnen?
op
achter
voor
bij
tegen
aan
Slide 17 - Sleepvraag
Welk woord in de zin is het voorzetsel :
Mijn fiets staat tegen de schutting.
Slide 18 - Open vraag
Welk woord in de zin is het voorzetsel :
Let op, het zijn er 2!
Na schooltijd fiets ik langs de bakker.
Slide 19 - Open vraag
De ondernemende peuter kroop … de tafel - welk voorzetsel kun je hier neerzetten?
Slide 20 - Open vraag
Vul aan met een vast voorzetsel:
We hebben een hekel ... huiswerk.
Slide 21 - Open vraag
Vul aan met een vast voorzetsel
Zij geven aanleiding ... ruzie.
Slide 22 - Open vraag
Korte pauze!
timer
5:00
Slide 23 - Tekstslide
ww,lw,zn,bn en vz
Wat weet je nu ??
Slide 24 - Tekstslide
De
,
het
(
't
) en
een
(
'n
) zijn:
werkwoorden
lidwoorden
bijvoeglijke naamwoorden
zelfstandige naamwoorden
Slide 25 - Sleepvraag
Woorden die zeggen wat iets of iemand doet, zijn:
voorzetsels
bijvoeglijke naamwoorden
werkwoorden
zelfstandige naamwoorden
Slide 26 - Sleepvraag
Woorden die meer vertellen over een zelfstandige naamwoorden zijn:
werkwoorden
bijvoeglijke naamwoorden
lidwoorden
voorzetsels
Slide 27 - Sleepvraag
De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel
Slide 28 - Quizvraag
De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
________________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel
Slide 29 - Quizvraag
De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel
Slide 30 - Quizvraag
De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
_____________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
voorzetsel
Slide 31 - Quizvraag
Het
Munnikenheide College houdt vandaag een open dag.
____
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
voorzetsel
Slide 32 - Quizvraag
Het
Munnikenheide College houdt vandaag een open dag.
________________________
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
lidwoord
D
voorzetsel
Slide 33 - Quizvraag
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
___ vogels vliegen in de lucht.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 34 - Quizvraag
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
De koeien _____ weer naar buiten.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 35 - Quizvraag
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
Janneke heeft een mooie ____ aan.
A
lidwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 36 - Quizvraag
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
De paarden grazen ___ de wei.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 37 - Quizvraag
Welke woordsoort ontbreekt in de zin:
Het ____ meisje kan erg goed zingen.
A
bijvoeglijk naamwoord
B
werkwoord
C
zelfstandig naamwoord
D
voorzetsel
Slide 38 - Quizvraag
Huiswerk/maken
Maak cursus 5
§5 + §7
online
Slide 39 - Tekstslide
Einde les!
Zet je tafel recht en schuif je stoel aan.
Tot vrijdag!!
Slide 40 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
15-11 2a 2b
November 2022
- Les met
47 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Woordsoorten - uitleg en oefenen
Juni 2022
- Les met
33 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Nederlands 2 tl/h H2 Taalverzorging grammatica
December 2021
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
Les 4 O-uur Woordsoorten
December 2023
- Les met
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Woordsoorten
Juni 2020
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
woordsoorten verzamel
Februari 2022
- Les met
24 slides
2-VMBO Woordsoorten deel 1
Januari 2021
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Nederlands 2 tl/h H2 Taalverzorging grammatica
November 2020
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2