H5 P1 W3 start formal writing

Basic rules
  • We do our work when we should
  • We are silent during explanations and raise our hands for questions
  • Our phone is in our "zakkie" on the corner of our table
  • We don't eat, drink, or chew gum in class
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Basic rules
  • We do our work when we should
  • We are silent during explanations and raise our hands for questions
  • Our phone is in our "zakkie" on the corner of our table
  • We don't eat, drink, or chew gum in class

Slide 1 - Tekstslide

learning goals
I know the difference between formal and informal language

I can change my vocabulary according to the purpose of my letter.

Slide 2 - Tekstslide

recap tenses

Slide 3 - Tekstslide

I have lived here since 2004.
A
past simple
B
past continuous
C
present perfect
D
past perfect

Slide 4 - Quizvraag

I [was listening] to my music, so I didn't hear the phone ring.
A
present perfect
B
present continuous
C
past perfect
D
past continuous

Slide 5 - Quizvraag

She was playing the piano while Ann _______ on stage.
A
sang
B
was singing
C
sings
D
is singing

Slide 6 - Quizvraag

She didn’t eat any of the dinner because she ________ a big lunch.
A
ate
B
was eating
C
is eating
D
had eaten

Slide 7 - Quizvraag

formal letter


Bij het schrijven van een zakelijke brief (inlichtingen vragen, reserveren en afzeggen, klachten en verontschuldigen en solliciteren) is een aantal zaken belangrijk...

Slide 8 - Tekstslide

let bij het schrijven op...
  • opzet
  • stijl
  • doel en functie
  • taalgebruik (o.a. vaste uitdrukkingen)
  • opbouw
  • samenhang
  • termen

Slide 9 - Tekstslide

Bij de beoordeling van je brieven wordt er op de volgende punten gelet:
1. de juiste indeling van de brief (adres, datering, aanhef, kern, afsluiting);
2. juiste toon en taalgebruik (formeel/informeel);
3. alle aanwijzingen in de opdracht moeten verwerkt zijn;
4. correcte spelling en woordkeuze;
5. grammatica, met name: de tijden, woordvolgorde, bijwoorden, hulpwerkwoorden en voorzetsels.
6. het niveau van je brief

Slide 10 - Tekstslide

What is the difference between formal and informal language?

Slide 11 - Open vraag

Formal

to companies or organisations

usually longer

Avoids everyday language

less emotional/personal

Informal

to friends and family

usually shorter



emotional and personal

Slide 12 - Tekstslide

Is this formal or informal language?

Slide 13 - Tekstslide

Hi Pradeep!
A
formal
B
informal

Slide 14 - Quizvraag

I look forward to a prompt reply
A
formal
B
informal

Slide 15 - Quizvraag

Yours sincerely,
A
formal
B
informal

Slide 16 - Quizvraag

How's it going?
A
formal
B
informal

Slide 17 - Quizvraag

Hope to hear from you soon.
A
formal
B
informal

Slide 18 - Quizvraag

Dear Sir/Madam,
A
formal
B
informal

Slide 19 - Quizvraag

How do you say this in formal language?

Slide 20 - Tekstslide

to get

Slide 21 - Open vraag

sorry

Slide 22 - Open vraag

to get in touch

Slide 23 - Open vraag

to put off

Slide 24 - Open vraag

boss

Slide 25 - Open vraag

to sue

Slide 26 - Open vraag