Les 5 metriek stelsel oefenen

• praktisch rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Rekenen

Check in en Verwachtingen

Tijdens de les:

- ben je stil als een ander praat

- doe je actief mee

-Vraag om hulp als je het niet snapt

Lesdoel

Oefenen voor de toets

Eenheden

We werken in dit hoofdstuk met 3 eenheden.

Welke?

Eenheden

We werken in dit hoofdstuk met 3 eenheden.

Welke?

- lengte  (meters)

- gewicht (grammen)

- inhoud (liters) 

Schrijf de antwoorden op

1 meter =        cm 

1 meter =           mm

1 kilometer =             m

1 gram =               mg

1 kilogram =                 gram

1 ton =                 kilogram

Kijk na

1 meter = 100 cm 

1 meter = 1000 mm

1 kilometer = 1000 m

1 gram = 1000 mg

1 kilogram = 1000 gram

1 ton = 1000 kilogram

Schrijf op

1 liter is                    ml

1 liter is                     cl

1 liter is                     dl

Kijk na

1 liter is 1000 ml

1 liter is 100 cl

1 liter is 10 dl

Waarvoor is een:

Hectometerpaaltje?

En welke maten horen hierbij?

Waarvoor is een:

Hectometerpaaltje?

Geeft een plek aan op de snelweg

En welke maten horen hierbij?

Hectometer =

100 meter

reken-opdracht 

Bij hectometerpaaltje 23,3 is een afslag.

Je staat bij paaltje 23, 9

Hoeveel meter moet je nog naar de afslag?

reken-opdracht 

Bij hectometerpaaltje 23,3 is een afslag.

Je staat bij paaltje 23, 9

Hoeveel meter moet je nog naar de afslag?

23,9 - 23,3 = 0,6  hectometer

hectometer naar meter hoeveel stappen?

0,6 hm is ............................... meter