Les 8 Gedocumenteerd schrijven: stijlfouten CONA

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Programma

Voor het schrijven van je betoog is het niet alleen belangrijk dat je weet hoe je een betoog opbouwt en materiaal verzamelt en ordent, je taalgebruik moet ook in orde zijn, daarom gaan we aan de slag met het onderdeel formuleren.

• Uitleg stijlfouten: incongruentie, contaminatie, pleonasme en tautologieën & verwijswoorden (H16 vakboek)
• Aan de slag: Talent jaarkatern, H6, p. 117-120: opdracht 1-5

Kennis opfrissen

Mijn kleine zusje doet mee voor spek en bonus!

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

De mentor sprak met de klas over de examenantwoorden die rondcirculeren.

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

Een flink aantal leerlingen las dit weekend met veel plezier het boek voor de leeskring.

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

De Canadese media is het zat en sleept OpenAI voor de rechter.

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

Wat weegt deze koffer zwaar!

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

Henk kan nogal scherp uit de bocht komen.

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

Zelfs de slimste leerlingen hebben baat bij extra uitleg.

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

Aan dat idee kan ik geen weerstand bieden.

1. Perfecte zin
2. Hier gaat iets mis.

Uitleg

Contaminatie: je combineert twee woorden of uitdrukkingen die qua betekenis op elkaar lijken. -> Hij rookt als een ketting.  - overnieuw - uitprinten 

Verkeerd gekozen voorzetsel: veel werkwoorden en zelfstanding naamwoorden hebben een vast voorzetsel. 

Ik verlang ... de kerstvakantie.        We gaan akkoord .. het voorstel.

Ik hoop ... sneeuw.                                 Ik heb zin ..... pizza.

Marie is getrouwd ... Harry.              Kees baalt .... het onaardige mailtje.

Uitleg

Pleonasme: een deel vd betekenis van een woord wordt in een ander woord herhaald. Grote reus, ronde cirkel

Tautologie: een combinatie van woorden die hetzelfde betekenen. Ik ben gedwongen u dit te moeten meedelen.

Incongruentie: hiervan spreek je als het onderwerp en de persoonsvorm niet hetzelfde getal hebben. 

Marie en Henk lopen naar school - Marie en Henk loopt naar school.               De media publiceren hierover. - De media publiceert hierover.

 

Uitleg

Verwijswoorden: 

Mannelijke zelfstandig naamwoorden: hij/zijn

Vrouwelijke zelfstandig naamwoorden: zij/haar

Onzijdige zelfstandig naamwoorden: het/zijn

-Concrete zelfstandig naamwoorden (schoen, tafel): meestal mannelijk

-Vrouwelijke zelfstandig naamwoorden eindigen op -heid, -nis, -ing, -schap, -de, -te. -ij, -iek, -ica,, -theek, -ture, -suur, -sure, -ide, -ode.  

-Namen van landen en steden zijn onzijdig (het gezellige Amsterdam)

-Bij persoonsaanduidingen gaat het natuurlijke geslacht voor het grammaticale geslacht. (Het meisje vergaat haar boek)

Aan de slag

De theorie nog even rustig lezen? -> Vakboek H16, vanaf p. 181

Talent jaarboek p. 117: maak opdracht 1-5.

Maak van iedere opdracht de eerste 5 zinnen.  

Reminder: wk 47 had je je voorbereiding voor de leeskring van boek 2 al moeten uitwerken.  

Afronding

Bespreken van de oefeningen

Wat heb je geleerd vandaag?

Je hebt geen huiswerk, maar vergeet niet te lezen en te werken aan je taken!