In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
H4.1 Verhoudingsformules (2)
Slide 1 - Tekstslide
zoutformule met samengestelde ionen
In de vorige les heb je gezien hoe je zoutformules opstelt met enkelvoudige ionen. Deze ionen bestaan uit één atoom.
Er zijn ook samengestelde ionen. Dit is een groepje atomen dat samen een lading heeft. In deze les leer je zoutformules opstellen met samengestelde ionen.
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen& succescriteria
Na afloop van deze les kun je de naam en verhoudingsformule van een zout geven:
het postieve ion staat vooraan
een Romeins cijfer in de naam als het ion meerdere ladingen kan hebben
de verhouding van de ionen zó gekozen dat de som van de positieve lading gelijk is aan de som van de negatieve lading (zout = neutraal)
met haakjes om samengestelde ionen die méér dan 1x voorkomen in het zout
Slide 3 - Tekstslide
herhaling
Slide 4 - Tekstslide
Schrijf de naam van het zout op.
Schrijf de ionen met ladingen in symbolen.
Bereken de verhouding van de ladingen, zodat het samen 0 is.
Schrijf de verhoudingsformule op.
Schrijf de zoutformule op zonder ladingen en met de fase.
Hoe stel je een zoutformule op?
herhaling
Slide 5 - Tekstslide
Geef de verhoudingsformule van: 1. aluminiumoxide 2. uraan(VI)fluoride
Slide 6 - Open vraag
Geef de juiste naam van de volgende zouten:
Ag2S
Fe2S3
Slide 7 - Open vraag
samengestelde ionen
bestaan uit groepjes atomen die samen een lading hebben.
kan positief of negatief geladen zijn.
bijv NO3- ,OH- ,PO43-, NH4+
uitleg nieuwe stof
Slide 8 - Tekstslide
Leer deze tabel uit je hoofd
Slide 9 - Tekstslide
ezelsbruggetje
Slide 10 - Tekstslide
CAMEL NICK ATESUPPER IN PHOENIX
CO32-NO3--aatSO42-PO43-
carbonaat nitraat sulfaat fosfaat
Met dit ezelsbruggetje onthoud je de formules van enkele ionen die eindigen op -aat.
De 1e letter is de beginletter van de naam van het ion
Slide 11 - Tekstslide
CAMEL NICK ATE SUPPER IN PHOENIX
CO32- NO3- -aat SO42- PO43-
aantal klinkers = lading ion
Slide 12 - Tekstslide
CAMELNICK ATE SUPPER IN PHOENIX
CO32- NO3- -aat SO42- PO43-
aantal medeklinkers = aantal O-atomen
Slide 13 - Tekstslide
Wat betekent het getal 4 in
A
het ion heeft 4x een lading 3-
B
het ion heeft 4 zuurstofatomen
C
er zijn 4 fosfaat-ionen
D
het ion heeft een negatieve lading van 4
Slide 14 - Quizvraag
welke lading heeft dit samengestelde ion?
A
3-
B
4-
C
12-
D
3/4 -
Slide 15 - Quizvraag
wat is de formule van sulfaat?
A
SO32−
B
SO3−
C
SO42−
D
SO4−
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de formule van nitraat?
A
NO32−
B
NO3−
C
NO22−
D
NO2−
Slide 17 - Quizvraag
nitrietion
acetaation
ammoniumion
hydroxide‑ion
fosfaation
carbonaation
CO32-
PO43-
OH-
NH4+
CH3COO-
NO2-
Slide 18 - Sleepvraag
Slide 19 - Tekstslide
uitleg verhoudingsformule met samengestelde ionen (aantekening)
Slide 20 - Tekstslide
Uitlegfilmpje
In het filmpje op de volgende slide zie je hoe je een verhoudingsformule opstelt met een samengesteld ion.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Zo doe je dat!
Op de volgende twee dia's zie je nog twee voorbeelden van het opstellen van een verhoudingsformule
Slide 23 - Tekstslide
Dit zout bestaat uit twee samengestelde ionen:
3 : 1
NH4+
PO43−
(NH4+)3PO43−
(NH4)3PO4
Geef de verhoudingsformule van ammoniumfosfaat
Met de grootte van de blokjes is aangegeven dat een lading van 3- is 3x zo groot als een lading van 1+
Slide 24 - Tekstslide
Opstellen zoutformule:
noteer naam van het zout
zet de ionen in symbolen
zet de lading van de ionen eronder
bereken de verhouding: de totale lading moet nul zijn
schrijf de verhoudingsformule op, gebruik haakjes. Aantallen noteer je rechtsonder
laat het cijfer 1 weg, kijk of de haakjes nodig zijn. schrijf de formule op
schrijf de zoutformule op zonder lading
Voorbeeld 2:
aluminiumsulfaat
Al3+ SO42-
3+ 2-
2 : 3
( Al3+ )2 ( SO42- )3
Al3+2 ( SO42- )3
Al2 ( SO4 )3
Slide 25 - Tekstslide
Wanneer moet je in de formule van een zout haakjes gebruiken?
A
altijd
B
altijd bij enkelvoudige ionen
C
altijd bij samengestelde ionen
D
alleen bij samengestelde ionen die meer dan 1x voorkomen
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de formule van natriumcarbonaat?
A
(Na)2CO3
B
Na2CO32
C
Na2CO3
D
Na2(CO3)2
Slide 27 - Quizvraag
Wat is de formule van aluminiumhydroxide?
A
AlOH
B
AlOH3
C
AlOH2
D
Al(OH)3
Slide 28 - Quizvraag
Wat is de formule van ammoniumsulfaat?
A
(NH4)2SO4
B
(NH4)(SO4)
C
NH4SO4
D
NH4(SO4)2
Slide 29 - Quizvraag
Geef de verhoudingsformule van natriumsulfaat
Slide 30 - Open vraag
Geef de verhoudingsformule van kopercarbonaat
Slide 31 - Open vraag
Geef de verhoudingsformule van magnesiumnitriet
Slide 32 - Open vraag
Wat is de juiste verhoudingsformule van ijzer (III) nitraat ?
A
Fe2(NO3)2
B
Fe(NO3)3
C
Fe(NO3)2
D
FeNO3
Slide 33 - Quizvraag
Wat is de juiste verhoudingsformule van calciumfosfaat ?
A
Ca3(PO4)2
B
Ca(PO4)3
C
Ca2(PO4)3
D
Ca3PO42
Slide 34 - Quizvraag
Heb je nog vragen over deze les? Stel ze dan hier:
Slide 35 - Open vraag
eigen werk
leren:
namen en lading van ALLE ionen H4.1
oefenen:
opgave 1 tm 7 en 9
bekijk voor extra uitleg het filmpje in deze gedeelde les