2021-03-30 GM2 Latijn bijspijkerles 5

Weektaak

      • W 11, 12, 13
      • werkwoord (HB107-110)
                   stamgroepen, stammen
                   perfectum, plqperfectum
                   kenletters, persoonsuitgang
                   esse en posse compleet
      • functies alle naamvallen (ELO)
      • maak zelf 8 ww-vormen, van 8 verschillende ww. (les 11-12-13) Alle tijden moeten voorkomen



      Oefen met

      • mandatum 16 (HB 91)
      • mandatum 25, 26 (HB 99)
      • T 13, r. 1-9



      1 / 11
      volgende
      Slide 1: Tekstslide
      LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

      In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

      time-iconLesduur is: 45 min

      Onderdelen in deze les

      Weektaak

          • W 11, 12, 13
          • werkwoord (HB107-110)
                       stamgroepen, stammen
                       perfectum, plqperfectum
                       kenletters, persoonsuitgang
                       esse en posse compleet
          • functies alle naamvallen (ELO)
          • maak zelf 8 ww-vormen, van 8 verschillende ww. (les 11-12-13) Alle tijden moeten voorkomen



          Oefen met

          • mandatum 16 (HB 91)
          • mandatum 25, 26 (HB 99)
          • T 13, r. 1-9



          Slide 1 - Tekstslide

          curare     claudere     pes (mv?)     manēre     currere    per (+?)(3)

          habēre   quis     agmen  (mv?)     terra     ubique     ita

          incipere     superare (2)     procedere     immo     quo     pendēre

          pecunia     valde     petere     resistere     finire     nonne

          respondēre     deinde     caput (mv?)     fortasse   respondēre

          Slide 2 - Tekstslide

          Slide 3 - Tekstslide

          NAAMVALLEN
          Nominativus
          1.
          2.
          Genitivus
          1.


          Dativus
          1.
          2.


          Accusativus
          1.
          2.
          Ablativus
          1.
          2.

          Slide 4 - Tekstslide

          Werkwoord

          • welke stamgroepen?
          • hoe vind je de praesens-stam?
          • welke tijden bouw je op de pr. stam?
          • welke wijzen/modi zijn er?
          • onregelmatige ww?
          habēre
          emere
          vetare
          respondēre
          finire
          currere
          nuntiare
          fluere
          pendēre
          audire
          vulnerare
          procedere

          Slide 5 - Tekstslide

          Werkwoord: praesens

          ind: pr.stam - (bv) - persoonsuitgang
                                 
          imp!: pr. stam - (bv) - pers. uitgang
                                    
          inf.: pr. stam - (bv) - uitgang
                                    

          • praesens van esse en posse?
           
          habēs
          emere
          veta
          sumus
          finiunt
          currit
          potestis
          fluunt
          pendēte
          audit
          vulnerare
          procedunt

          Slide 6 - Tekstslide

          Werkwoord: imperfectum

          ind: pr.stam - (e)BA - persoonsuitgang
                                               

          • Wanneer eba en wanneer ba?
          • ipf van esse/posse?
           

          habēbat
          emunt
          vetabatis
          respondēbant
          finiebam
          erat
          nuntiate
          fluebat
          poterant
          audi
          vulnerabas
          procedere

          Slide 7 - Tekstslide

          Noteer ww van herkomst, hak in stukjes en vertaal

          emunt
          habetis
          potes
          rogabas
          eramus
          resiste
          respondebam
          superate
          complēre
          procedebant
          claudis
          finimus

          Slide 8 - Tekstslide

          perfectum:

          ind.: perfectumstam + perfectumuitgang
                                          i/isti/it/imus/istis/erunt
          perfectumstam:
          a-stammen: praesensstam + v
          e-stammen: praesensstam e wordt u
          i-stammen: praessensstam + v
          mk-stammen: inregelmatig: leren!
          finire
          spectare
          habēre
          dicere
          tenēre
          nuntiare
          esse
          posse

          Slide 9 - Tekstslide

          plusquamperfectum:

          ind: perfectumstam + ERA + persoonsuitgang
                                                      m/s/t/mus/tis/nt

          finire
          spectare
          habēre
          dicere
          tenēre
          nuntiare
          esse
          posse

          Slide 10 - Tekstslide

          Oefenzinnen
          1. In loco ad flumen pueri inter arbores cum amicis per horas pila ludebant.

          2. Is mihi locum praebet, sed  tu ei locum praebere recusas.

          3. Intervallum in amphitheatro erat: arenam servi
          purgabant, nam sanguine hominum et bestiarum
          terra rubebat.


          Intervallum = pauze; purgae = schoonmaken; rubēre = rood zijn  
          NOM GEN DAT ACC ABL

          Slide 11 - Tekstslide