4.3 Revolutie in Frankrijk

4.3 Revolutie in Frankrijk
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

4.3 Revolutie in Frankrijk

Slide 1 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • Hoe de Franse Revolutie begon
  • Welke politieke veranderingen plaatsvonden tijdens de Franse Revolutie

Slide 2 - Tekstslide

In deze paragraaf leer je:
  • Welke binnenlandse veranderingen onder Napoleon plaatsvonden
  • Hoe een groot deel van Europa onder Franse heerschappij kwamen

Slide 3 - Tekstslide

Er komen 2 herhalingsvragen aan... 

Slide 4 - Tekstslide

Geef aan hoe de bevolking in Frankrijk verdeeld was
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand
De geestelijken
De adel
De rest
Betaalde geen belasting
Betaalde weinig belasting
Betaalde veel belasting

Slide 5 - Sleepvraag

Waren de verlichters hier voor of tegen?
Verlichters zijn voor
Verlichters zijn tegen
Vrijheid van meningsuiting
Gelijke rechten voor iedereen
Vrijheid van godssdienst
Ongelijkheid

Slide 6 - Sleepvraag

Maak je klaar om aantekeningen te nemen

Uitleg

Slide 7 - Tekstslide


Misoogst
1788



  • Door mislukte oogsten waren de graanprijzen (en dus ook de prijs van brood) enorm gestegen. Er ontstonden zelfs hongersnoden.

  • Ondertussen moest de 3e stand wél veel belasting betalen.

Slide 8 - Tekstslide

Frankrijk gaat failliet
mei 1789


  • Feesten, paleizen, bestuur en oorlogen kosten heel veel geld, maar het geld is op. 
  • Koning Lodewijk XVI wil graag meer geld hebben, en roept daarom (voor het eerst in 175 jaar) de Staten-Generaal bij elkaar. De vergadering van de 3 standen.

Slide 9 - Tekstslide




  • De 3e stand wil verlaging van de belasting en/of afschaffing van de privileges. 
  • Helaas: er gebeurt erg weinig. Dit komt ook omdat er per stand wordt gestemd. En de koning heeft altijd de adel en de geestelijkheid mee.

  • De leiders van de 3e stand zijn boos en teleurgesteld, en lopen weg...

Slide 10 - Tekstslide

Eed op de kaatsbaan
juni 1789


  • De 3e stand begint zijn eigen vergadering: de Nationale Vergadering.
  • Een deel van de 1e en 2e stand sluit zich hierbij aan.
  • Op een kaatsbaan spreken ze af pas uit elkaar te gaan als er een nieuwe grondwet is.

Slide 11 - Tekstslide

Bestorming van de Bastille
14 juli 1789

  • De koning stuurt het leger naar Parijs om de Nationale Vergadering te stoppen. 
  • Het Franse volk bestormt Bastille, een gevangenis én buskruit-opslag. 
  • De wapens hadden ze al eerder buitgemaakt.
  • De Franse Revolutie is begonnen... en slaat over op andere delen van het land!

Slide 12 - Tekstslide


Van Versailles naar Parijs...
oktober 1789



  • Het Franse volk eist dat de koning in Parijs gaat wonen. 
  • Met succes: de koninklijke familie verhuisde naar het Tuilerieënpaleis. 

Slide 13 - Tekstslide

De koning is gevlucht!
juni 1791




  • De koninklijke familie besluit te vluchten, maar worden in het noorden van Frankrijk betrapt en teruggebracht naar het Tuilerieënpaleis in Parijs.

Slide 14 - Tekstslide

Een nieuwe grondwet
september 1791

  • In de nieuwe grondwet is er plek voor de koning, al is zijn macht erg klein geworden. Frankrijk is een constitutionele monarchie, een koninkrijk waarin de koning zich ook aan de grondwet moet houden.
  • Frankrijk wordt een democratie, maar enkel mannen met een goed inkomen kregen kiesrecht.

Slide 15 - Tekstslide

Bestorming van de Tuilerieën
september 1792


  • Ondertussen zoekt de koning steun in het buitenland.
  • Daarom worden de koning en koningin worden gearresteerd en gevangen.
  • Het koningschap wordt afgeschaft: Frankrijk is een republiek.

Slide 16 - Tekstslide

Nu twee vragen over het eerste gedeelte van de Franse revolutie 

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een constitutionele monarchie?
A
Een republiek met een koning aan de macht
B
Een koning is de baas maar zijn macht wordt beperkt door een grondwet
C
Een koning is de baas en hij heeft absolute macht
D
Een republiek waar de staten generaal de baas is

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een republiek?
A
Een land zonder een koning als staatshoofd
B
Een land met een koning als staatshoofd
C
Een land waar twee koningen de macht verdelen
D
Een land met een koning die weinig macht heeft

Slide 19 - Quizvraag

Maak je klaar om aantekeningen te nemen

Uitleg

Slide 20 - Tekstslide

Lodewijk wordt onthoofd
januari 1793



  • De koning wordt ter dood veroordeeld en terechtgesteld in Parijs.
  • In oktober volgt ook de koningin, Marie Antoinette.
  • Het is het begin van de Terreur.

Slide 21 - Tekstslide


Lodewijk wordt onthoofd
januari 1793



De Jakobijnen ontdekken de geheime briefwisseling tussen Lodewijk 
en de Oostenrijkse keizer, en oordelen: "Hoogveraad!"
De koning wordt ter dood veroordeeld en terechtgesteld in Parijs.

Slide 22 - Tekstslide

De Terreur
1793-1794



  • De macht in Frankrijk komt in handen van de radicale Jakobijnen.
  • Tijdens het Schrikbewind worden tienduizenden 'tegenstanders' van de Revolutie opgepakt en terechtgesteld.
  • De leider van de Jakobijnen is Robespierre.

Slide 23 - Tekstslide

Einde aan De Terreur
zomer 1794



  • Er komt steeds meer weerstand tegen Robespierre en in juli 1794 wordt hij, samen met zijn handlangers, gearresteerd en terechtgesteld.

Slide 24 - Tekstslide

De Directoire
1795-1799

  • De regering, de Directoire ('Directie'), van 5 directeuren heeft echter vooral te maken met economische tegenslagen en is erg zwak.
  • Eigenlijk hopen veel Fransen dat één man het land gaat redden...

Slide 25 - Tekstslide

Staatsgreep van Napoleon
november 1799



  • Generaal Napoleon Bonaparte heeft de Franse Republiek al eerder gered: in 1795, toen aanhangers van de overleden koning de macht wilden grijpen.
  • Hij is klaar met de zwakke Directoire en zet hen af. 
  • Napoleon benoemt zichzelf tot consul

Slide 26 - Tekstslide

Napoleon wordt dictator
1799-1804





  • Hoewel de Franse Revolutie hem de kans heeft gegeven hoger op te komen, heeft Napoleon niet zoveel met de idealen van de Revolutie.
  • Hij schakelt tegenstanders uit en wordt langzaamaan dictator van Frankrijk.
  • Het volk heeft, door zijn overwinningen, alle vertrouwen in Napoleon.

Slide 27 - Tekstslide

Frankrijk bezet Nederland
1795-1813


Op verzoek van de Patriotten, Nederlanders die van de prins van Oranje, af willen, vallen Franse troepen Nederland binnen.
Nederland wordt de Bataafse Republiek, maar de Nederlanders zelf hebben maar weinig te zeggen.

Slide 28 - Tekstslide

Napoleon kroont zichzelf keizer
1804


Nu Napoleon de absolute baas is in grote delen van Europa, kroont hij zichzelf tot keizer.
Na 15 jaar revolutie lijkt Frankrijk terug bij af: er is weer één man de baas.

Slide 29 - Tekstslide

Koninkrijk Nederland
1806-1810


De broer van Napoleon, Lodewijk Napoleon, wordt in 1806, de eerste koning van Nederland.
Hij is geliefd in ons land: zo probeerde hij ook Nederlands te praten. 
Dat was niet altijd makkelijk. Zo noemde hij zichzelf: 'konijn van Olland'

Slide 30 - Tekstslide

Deel van Frankrijk
1810-1813


Napoleon vindt dat zijn broer veel te vriendelijk is voor de Nederlanders, en stuurt hem weg.
Nederland wordt nu een deel van het Franse Keizerrijk.

Slide 31 - Tekstslide

Tocht naar Rusland
juni 1812




Napoleon voerde in Europa dienstplicht in waardoor hij een enorm leger ter beschikking had
Napoleon wilt ook Rusland veroveren met zijn Grande Armée
Hij verovert Moskou, maar de stad wordt door de Russen zelf in brand gestoken. Napoleon is verbijsterd...

Slide 32 - Tekstslide

Napoleons terugtocht
oktober 1812




Rusland wordt zijn ondergang
De Russische tactiek én de winter verwoestten het Grande Armée van Napoleon.
Van de 680.000 soldaten, komen er uiteindelijk maar 40.000 terug in Frankrijk.

Slide 33 - Tekstslide

Verbannen naar Elba
1814


Napoleon wordt in 1814 afgezet en verbannen naar het eiland Elba, maar hij weet te ontsnappen en Parijs te bereiken.
De Fransen juichen hem toe als hij langsrijdt: Napoleon wordt opnieuw keizer

Slide 34 - Tekstslide

Frankrijk bezet Nederland
1795-1813


Op verzoek van de Patriotten, Nederlanders die van de prins van Oranje, af willen, vallen Franse troepen Nederland binnen.
Nederland wordt de Bataafse Republiek, maar de Nederlanders zelf hebben maar weinig te zeggen.

Slide 35 - Tekstslide

Napoleon kroont zichzelf keizer
1804


Nu Napoleon de absolute baas is in grote delen van Europa, kroont hij zichzelf tot keizer.
Na 15 jaar revolutie lijkt Frankrijk terug bij af: er is weer één man de baas.

Slide 36 - Tekstslide

Koninkrijk Nederland
1806-1810


De broer van Napoleon, Lodewijk Napoleon, wordt in 1806, de eerste koning van Nederland.
Hij is geliefd in ons land: zo probeerde hij ook Nederlands te praten. 
Dat was niet altijd makkelijk. Zo noemde hij zichzelf: 'konijn van Olland'

Slide 37 - Tekstslide

Deel van Frankrijk
1810-1813


Napoleon vindt dat zijn broer veel te vriendelijk is voor de Nederlanders, en stuurt hem weg.
Nederland wordt nu een deel van het Franse Keizerrijk.

Slide 38 - Tekstslide

Tocht naar Rusland
juni 1812


Napoleon voerde in Europa dienstplicht in waardoor hij een enorm leger ter beschikking had
Napoleon wilt ook Rusland veroveren met zijn Grande Armée
Hij verovert Moskou, maar de stad wordt door de Russen zelf in brand gestoken. Napoleon is verbijsterd...

Slide 39 - Tekstslide

Napoleons terugtocht
oktober 1812


Rusland wordt zijn ondergang
De Russische tactiek én gevreesde winter verwoesten het Grande Armée van Napoleon.
Van de 680.000 soldaten, komen er uiteindelijk maar 40.000 terug in Frankrijk.

Slide 40 - Tekstslide

Verbannen naar Elba
1814


Napoleon wordt in 1814 afgezet en verbannen naar het eiland Elba, maar hij weet te ontsnappen en Parijs te bereiken.
De Fransen juichen hem toe als hij langsrijdt: Napoleon wordt opnieuw keizer

Slide 41 - Tekstslide

Slag bij Waterloo
1815




Napoleon is nog 100 dagen keizer, daarna wordt hij verslagen in de Slag bij Waterloo.
Napoleon wordt opnieuw verbannen. Nu voorgoed.
De rest van zijn leven zal hij doorbrengen op het eiland St. Helena (Atlantische Oceaan)

Slide 42 - Tekstslide

Erfenis van Napoleon
  • Verkeer: rechts rijden

  • Burgerlijke stand: aangifte van geboorte en sterfte (Code Napoléon)

  • Invoering van achternamen

  • Invoering van het metrieke stelsel (meters, kilometers)

  • Nederland wordt écht één land

Slide 43 - Tekstslide

0

Slide 44 - Video