De sinaasappelbomen hangen vol, een teken van overvloed en welvaart
Deze dames zijn gekleed in doorzichtige sluiers en nemen sierlijke poses aan.
De Romeinse liefdesgodin VEnus. Boven haar zweeft haar zoontje, Cupido, klaar om zijn pijlen t e richten op één van de drie dames.
Hier wordt de Griekse mythe van Chloris (godin van de bloemenwereld) en Zephyr (de westenwind) afgebeeld.
La Primavera (de lente), een schilderij van de Italiaanse schilder Sandro Botticelli. Hij maakte het schilderij omstreeks 1478 ter ere van het huwelijk van Lorenzo di Pierfranscesco de Medici. Het schilderij kwam in de slaapkamer van de bruid en bruidegom te hangen.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
De sinaasappelbomen hangen vol, een teken van overvloed en welvaart
Deze dames zijn gekleed in doorzichtige sluiers en nemen sierlijke poses aan.
De Romeinse liefdesgodin VEnus. Boven haar zweeft haar zoontje, Cupido, klaar om zijn pijlen t e richten op één van de drie dames.
Hier wordt de Griekse mythe van Chloris (godin van de bloemenwereld) en Zephyr (de westenwind) afgebeeld.
La Primavera (de lente), een schilderij van de Italiaanse schilder Sandro Botticelli. Hij maakte het schilderij omstreeks 1478 ter ere van het huwelijk van Lorenzo di Pierfranscesco de Medici. Het schilderij kwam in de slaapkamer van de bruid en bruidegom te hangen.
Slide 1 - Tekstslide
Maria knielt bij haar overleden zoon en omarmt hem voor de laatste keer.
Johannes, één van de discipelen (vrienden en volgelingen) van Jezus
De bewening van Christus, een schilderij van Giotti di Bondone (ca. 1305). Bondone wordt gezien als een kunstenaar die een nieuw tijdperk in de (Middeleeuwse) kunst begon: hij werkt met perspectief en probeerde zo te schilderen dat het lijkt alsof het verhaal zich voor onze ogen afspeelde. Hij schilderde voornamelijk Bijbesle thema's.
Op het schilderij zien we meerdere aureolen of stralenkransen. Zo'n aureool laat zien dat de persoon een heilige is.
Slide 2 - Tekstslide
Welke verschillen vallen je op tussen de twee schilderijen? Noem er in ieder geval twee.
Slide 3 - Open vraag
Op welke schilderij speelt het christendom een rol?
A
La primavera
B
De bewening van Christus
Slide 4 - Quizvraag
Op welk schilderij wordt de meeste aandacht besteed aan het juist weergeven van het menselijk lichaam?
A
La primavera
B
De bewening van Christus
Slide 5 - Quizvraag
Op welk schilderij komen figuren uit de Griekse en Romeinse mythologie voor?
A
La primavera
B
De bewening van Christus
Slide 6 - Quizvraag
Een nieuwe tijd
Aan het einde van de 15e eeuw verandert de manier waarop mensen over het leven denken (mens- en wereldbeeld).
We noemen deze nieuwe tijd de Renaissance
Slide 7 - Tekstslide
Fl
In Italiaanse steden als Florence ontwikkelt zich een nieuwe, rijke elite die geld en tijd investeert in kunst, architectuur en wetenschap.
Slide 8 - Tekstslide
Kenmerken van de Renaissance
De mens en het leven op aarde staat centraal
Hernieuwde interesse in de Griekse en Romeinse cultuur (klassieke cultuur).
Ontwikkeling in kunst, architectuur, wetenschap, literatuur
Slide 9 - Tekstslide
Middeleeuwen
Renaissance
Het leven op aarde is bedoeld om te zorgen dat je in de hemel komt
Leonardo da Vinci is een alleskunner: dichter, uitvinder, schilder
Studeren en jezelf ontwikkelen is belangrijk
God en de kerk zijn het allerbelangrijkst
Slide 10 - Sleepvraag
Voor volgende keer:
Meld je aan voor de groep 1Ha_O in de online methode!
Lees de oriëntatie van H6 (Renaissance in Florence)
Maak van de oriëntatie vraag 2, 4, 6 en 7
Slide 11 - Tekstslide
Fresco (muurschildering) van Rafaël Santi (1509): de school van Athene. Geschilderd voor de appartementen van Paus Julius II.
De schilder werkt met veel diepte en ruimtelijk perspectief
Koepels en bogen, uit welke cultuur kennen we deze vooral?
We zien hier Plato en Aristoteles, twee belangrijke Griekse filosofen. Plato, de linker, heeft de gelaatstrekken van Leonardo da Vinci.
Zie je hoe elke persoon op dit schilderij als individu is afgebeeld? Ze zijn allemaal bezig met iets dat voor hen belangrijk is. En zie je hoe nauwkeurig de schilder heeft gelet op de menselijke vorm (anatomie)?
Slide 12 - Tekstslide
In deze les
Kenmerken van de Renaissance
Uitleg voortgangsopdracht
Slide 13 - Tekstslide
Kenmerk 1 - humanisme
De focus ligt op de zelfstandige mens (het individu) en het verwerven van kennis
Studie bestaat (vooral) uit het bestuderen van klassieke (Griekse / Romeinse) werken
Slide 14 - Tekstslide
Kenmerk 2 - mecenas
Rijke burgers, maar ook pausen en vorsten, huren kunstenaars en architecten in om de mooiste kunst- en bouwwerken te scheppen
Zo iemand noemen we een mecenas
Slide 15 - Tekstslide
Kenmerk 3 - kunst en architectuur
Naar Grieks en Romeins voorbeeld
Belangrijke aspecten: symmetrie, anatomie, perspectief, koepels en bogen
Slide 16 - Tekstslide
Kenmerk 4 - veranderende positie geloof
Leven op aarde i.p.v. zorgen dat je in de hemel komt stond centraal (carpe diem i.p.v. memento mori)
Door het nauwkeurig lezen van de originele Bijbel ontstond er kritiek op de Kerk
God nog belangrijk, maar ook interesse voor andere thema's (bijv. in schilderkunst)
Slide 17 - Tekstslide
De voortgangsopdracht
Het maken van een poster rond één van de kenmerken van de renaissance;
Bij deze poster schrijf je een begeleidende tekst waarin je de poster (voornamelijk beeld) bespreekt, maar ook verdieping geeft op het door jou gekozen thema;
Je gebruikt minimaal drie bronnen om je poster én werkstukje te ondersteunen.
Slide 18 - Tekstslide
Hoe ga je te werk
Werk in duo's (stuur mij via de chat even de duo's, dan maak ik een overzichtje);
Kies een thema (in het word-bestand staan ook ideeën);
Verzamel inhoud voor je poster (let op: géén collage en géén lappen tekst);
Schrijf een begeleidende tekst waarbij je de poster verduidelijkt en het thema in de tijd plaatst.
Slide 19 - Tekstslide
Huiswerk voor dinsdag 25 mei
Mail mij met wie je gaat samenwerken en wat je onderwerp is;
Lees de opdracht (zie Bestanden in Teams / bijlage in Magister);