Continuación los medios de transporte

• Drama
• MBO
• Studiejaar 2

Práctica Verbo Ir

We beginnen met een dictee

Leerdoelen

1. De verworven kennis op andere manieren herhalen om het mogelijk te maken dat deze in het langtermijngehouden wordt opgeslagen.

2. Luistervaardigheid beofenen: Naar bepaalde inhoud luisteren. 

Voy

Vas

Va

Vamos

Váis

Van

yo

tú

él, ella usted

nosotros

vosotros

ellos, ustedes

Brainstorm
Alle vervoermiddelen die
we in de les hebben geleerd

Schrijf op
Alle dagen van de week

¿Cómo vas a la escuela?

¿Qué días vas a la escuela?

¿Cada cuánto vas al gimnasio?

¿Cada cuánto vas a caminar por la naturaleza?

¿Cada cuánto vas de compras?

¿Cada cuánto vas de fiesta?

¿Qué vas a hacer este fin de semana?

Schrijf twee voorbeelden met

"Ir a" en "Ir de"

Trabajo con el libro

Maak oefening 6.05