8.6 Snelheid van geluid en diagnostische toets

• Nask
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

8.6 Snelheid van geluid en diagnostische toets

Waar komt dit water vandaan?   3.1 soorten water

Wat gaan we deze les doen?

Herhalen 8.5 Geluidshinder

Leerdoelen van deze les

Introductie, instructie en controle vragen over de les;

Vragen maken die horen bij de les 8.6 en de afsluiting - diagnostische toets.

Hoe regel je de geluidssterkte van een piano?

1. Door de toetsen hard of zacht aan te slaan
2. Door alle toetsen in te drukken
3. Door de toetsen aan te draaien

Wat is een ander woord voor geluidssterkte?
Volume, frequentie of herz (Hz)

Welke eenheid gebruik je om aan te geven hoe hard de geluidssterkte is?

1. Decimeter
2. Decibel
3. Geluidsmeter

leerdoelen:

8.6.1 Je kunt de snelheid van het geluid in een aantal stoffen noemen.

8.6.2 Je kunt berekenen hoe ver bij je vandaan geluid ontstaat.

8.6.3 Je kunt uitleggen wat een echo is.

8.6.4 Je kunt beschrijven hoe je met echo een foto van een ongeboren baby maakt.

8.6.5 Je kunt uitleggen hoe een sonar werkt.

Introductie

Geluid bestaat uit trillingen. Eerst trilt de geluidsbron. Daarna gaat de tussenstof trillen. Tot slot trilt je trommelvlies. Het duurt daardoor een tijdje voor je het geluid hoort.

Leerdoelen

8.6.1 Je kunt de snelheid van het geluid in een aantal stoffen noemen.

Snelheid van geluid

Geluid heeft tijd nodig om bij je oor te komen. Bijvoorbeeld:

• Je ziet een vuurpijl ontploffen in de lucht. Ongeveer 1 seconde later hoor je de knal.

• Je ziet bliksem bij onweer (afbeelding 1). De donder hoor je pas na enkele seconden.

Geluid verplaatst zich door de lucht met een snelheid van ongeveer 340 meter per seconde (340 m/s). 

Deze snelheid noem je de geluidssnelheid.

Leerdoelen

8.6.1 Je kunt de snelheid van het geluid in een aantal stoffen noemen.

Snelheid van geluid

In water gaat het geluid sneller dan in lucht. De snelheid van geluid in verschillende stoffen zie je in tabel 1.

tabel 1 De snelheid van geluid in verschillende stoffen.

Een radio staat aan. Danny luistert, maar hoort de radio niet.
De geluidssterkte van de radio ligt boven of onder de gehoordrempel

Leerdoelen

8.6.2 Je kunt berekenen hoe ver bij je vandaan geluid ontstaat.

Afstand tot geluidsbron

De afstand die het geluid aflegt door een tussenstof kun je berekenen. Je vermenigvuldigt de tijd die het geluid onderweg is met de geluidssnelheid.

Je kunt dit opschrijven als een formule:

afstand = geluidssnelheid × tijd

met daarin:

• de afstand in meter (m)

• de geluidssnelheid in meter per seconde (m/s)

• de tijd in seconde (s)

Leerdoelen

8.6.2 Je kunt berekenen hoe ver bij je vandaan geluid ontstaat.

Afstand tot geluidsbron

Leerdoelen

8.6.3 Je kunt uitleggen wat een echo is.

8.6.4 Je kunt beschrijven hoe je met echo een foto van een ongeboren baby maakt.

Echo

Geluid dat teruggekaatst wordt, noem je een echo. Een echo hoor je soms in hoge bergen. Onder een brug kun je ook een echo horen. Je roept iets en even later hoor je het nog een keer.

Met echo kun je een foto of een video maken van een ongeboren baby. Dat gaat op deze manier:

Leerdoelen

8.6.3 Je kunt uitleggen wat een echo is.

8.6.4 Je kunt beschrijven hoe je met echo een foto van een ongeboren baby maakt.

Echo

1 De arts drukt een geluidsbron tegen de buik van de zwangere vrouw (afbeelding 2).

2 De geluidsbron zendt een geluid uit dat mensen niet kunnen horen.

3 De baby in de buik kaatst het geluid terug (een echo).

4 Het echoapparaat meet de geluidssterkte van het teruggekaatste geluid.

Op een beeldscherm zie je dan hoe de ongeboren baby eruitziet (afbeelding 3).

Leerdoelen

8.6.5 Je kunt uitleggen hoe een sonar werkt.

Sonar

De kapitein van een schip wil weten hoe diep het water is. Hij gebruikt daarvoor een sonarapparaat. De sonar zendt een geluid uit dat mensen niet kunnen horen. De bodem van de zee kaatst het geluid terug (afbeelding 4).

Een ontvanger in het sonarapparaat vangt het geluid op dat terugkaatst. Een computer meet hoelang de geluidstrilling heen en terug onderweg is. Tot slot berekent de computer hoe diep het water is op deze plaats.

Welke twee geluiden veroorzaken zeker schade aan je oren?

1. Geluid onder de 140 dB
2. Geluid van 140 dB en daarboven

Onthouden:

Aan het werk! NOVA

Wat? 8.6 Snelheid van geluid
Opdracht 1 t/m 10

Maak ook test jezelf!

Waar? In Magister naar leermiddelen Nova Nask. 

Hoe? Als het bord op rood staat werk je alleen en in stilte.

Als het bord op groen staat mag je fluisterend overleggen met je buurman. 

Heb je vragen? Steek je hand op en ik kom bij je. 

Klaar? Kijk het dan na!

Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd.

Dit is een open vraag.

Stel een vraag over iets wat je 

nog niet zo goed hebt begrepen.

Dit is een open vraag.