4M H2 2.2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Noteer hier minimaal 3 woorden waar je aan denkt bij migratie

Aantekeningen in je schrift:  

Paragraaf 2.2

Migratie = verhuizen van de ene plek naar de andere.

Migratie kan buitenlands zijn (emigratie of immigratie) of binnen een land. 

• Emigratie = 
• Immigratie =

Aantekeningen in je schrift

Migratie kan ook binnenlands zijn: 

*Als je verhuist van een landelijk gebied naar de stad noem je dat .....(zoek op in 2.1)......

*Als je verhuist vanuit de stad naar een rustige plek net buiten de stad dan noem je dat  .....(zoek op in 2.1)......

*Als je vanaf net buiten de stad weer zou verhuizen naar de stad noem je de re-urbanisatie (niet in je boek!)

Studenten verhuizen vanuit het oosten naar de Randstad. Hier hoort dit begrip bij:

1. urbanisatie
2. sub-urbanisatie
3. re-urbanisatie

Gepensioneerd stel verhuist vanuit Hillegom naar een appartement in centrum Haarlem. Hier hoort dit bij:

1. urbanisatie
2. sub-urbanisatie
3. re-urbanisatie

Jong stel verhuist vanuit de stad naar een huis met een tuin in een nieuwbouwwijk aan de rand van stad:

1. urbanisatie
2. sub-urbanisatie
3. re-urbanisatie

Bij natuurlijke bevolkingsgroei gaat het over

1. hoeveel kinderen er worden geboren
2. hoe oud de mensen gemiddeld worden
3. aantal geboortes en sterftes
4. hoe groot mensen gemiddeld zijn

Sociale bevolkingsgroei gaat over

1. hoe mensen ergens naar toe reizen
2. vestiging en vertrek in/uit een gebied
3. aantal geboortes en sterftes
4. verhuizen omdat de mensen aardig zijn

Aantekeningen in je schrift

Sociale bevolkingsgroei = 

Als je kijkt naar de totale wereldbevolking kan je kijken naar natuurlijke bevolkingsgroei, maar niet naar sociale bevolkingsgroei omdat ...........................(zelf aanvullen)

Wat zijn verhuismotieven?

1. redenen om te verhuizen
2. iemand uit zijn huis zetten
3. moeten verhuizen vanwege renovatie
4. geld lenen om huis te kopen

Wat is geen verhuismotief?

1. In zuid Europa is het weer aantrekkelijker
2. Het huis waar ik woon heeft een grote tuin
3. In de grote stad zitten veel voorzieningen
4. Wonen op een woonboot geeft veel vrijheid.

Aantekeningen in je schrift

Verhuismotief = 

Pushfactor = ....(begrip uit 2.1).. = 

Pullfactor = ....(begrip uit 2.1).. = 

Er zijn 4 soorten verhuismotieven. Bekijk de volgende slides en noteer ze met een voorbeeld in jouw schrift.

Bekijk de vorige slide. Om welk soort verhuismotief gaat het?

1. Sociaal
2. Economisch
3. Politiek
4. Ecologisch

Bekijk de vorige slide. Om welk soort verhuismotief gaat het?

1. Sociaal
2. Economisch
3. Politiek
4. Ecologisch

Bekijk de vorige slide. Om welk soort verhuismotief gaat het?

1. Sociaal
2. Economisch
3. Politiek
4. Ecologisch

Bekijk de vorige slide. Om welk soort verhuismotief gaat het?

1. Sociaal
2. Economisch
3. Politiek
4. Ecologisch

Wat is vergrijzing?

1. Het gemiddeld ouder worden van de bevolking
2. Door het wegtrekken van jongeren stijgt de gemiddelde leeftijd

Wat is ontgroening?

1. Het gemiddeld ouder worden van de bevolking
2. Door het wegtrekken van jongeren stijgt de gemiddelde leeftijd

Aantekeningen in je schrift

Vergrijzing = 

Ontgroening = 

Maak een foto('s) / screenshot('s) van jouw aantekeningen van 2.1 en upload die hier

Maken in jouw WB

Maak de opdrachten van 2.2 in jouw WB