Huidverbeterende massage praktijk







Praktijk huidverbeteringsmassage bindweefsel/ pincements 
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les







Praktijk huidverbeteringsmassage bindweefsel/ pincements 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?
  • Terugblik op vorige les
  • Herhaling van afgelopen lessen
  • Het segmentale onderzoek
  • De huidverbeterende massage

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van de les :
  1. Weet je de opbouw van het segmentaal onderzoek
  2. weet je hoe je visuele inspectie uitvoert
  3. weet je hoe je een tactiek onderzoek uitvoert 
  4. weet je hoe je een behandelplan opstelt
  5. weet je de volgorde van de behandeling

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvaten

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloedvatenstelsel
Grote bloedsomloop = Hart, hele lichaam, hart
Kleine bloedsomloop = Hart, longen, hart
Slagaders, ARTERIEN = ALTIJD van het hart af. Dikke elastische wanden want de druk is hoog.
Aders, VENEN = Dunner. Bevatten kleppen om het bloed omhoog te duwen en ALTIJD naar het hart toe. 
Haarvaten, CAPILLAIREN =>Functie: verbinden van de kleinste slagaders en de kleinste aders Hier worden stoffen uitgewisseld tussen het bloed en de weefsels. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weefsel en bloed
Slagaders:
Transport bloed van hart af. Bevat zuurstofRIJK bloed

Aders:
Transport bloed naar hart toe. Bevat zuurstofARM bloed

Haarvaten
Bloed stroomt hiermee door organen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slagaderen
Arteriën
Kleine slagaders -> arteriolen

Voeren het bloed van het hart af en zuurstofrijk bloed. 

Behalve longslagader. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aders
Venen
Kleine aders -> venulen

Voeren bloed terug naar het hart

Zuurstofarm bloed (behalve de longader)

Voorzien van kleppen om de terugstroom van bloed te voorkomen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijzondere vaatsytemen

  • Arterioveneuze anastomosen/ arterioveneuze verbinding
  • Collateralen
  • Pre capillaire sfincters 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arterioveneuze anastomosen
Arterioveneuze anastomosen = verbindingen van bloedvaten onderling (omleiding)

  • Tussen slagaderlijke haarvaten
  • Tussen aderlijke haarvaten
  • Tussen slagaderlijke en aderlijke haarvaten

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Collateralen
  • collaterale bloedvaten, zijtakken die in dezelfde richting lopen. Kunnen de bloedtoevoer overnemen. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pre capillaire sfincters
kringspiertjes aan het capillaire netwerk die de bloedtoevoer kunnen regelen

dit wordt geregeld door het vegetatieve systeem


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een andere/ latijnse naam voor haarvaten?
A
arteriolen
B
capillairen
C
venen
D
arteriën

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van capillairen?
A
verbinding tussen de aders
B
verbinding tussen slagaderlijke haarvaten
C
verbinden van de kleinste slagaders en de kleinste aders

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een andere/ latijnse naam voor aders?
A
arteriolen
B
capillairen
C
venen
D
arteriën

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een andere/ latijnse naam voor slagaders?
A
arteriolen
B
capillairen
C
venen
D
arteriën

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Arterioveneuze anastomosen zijn?
A
zijtakken van de grotere bloedvaten
B
rechtstreekse verbindingen tussen slagaders en aders
C
verbindingssystemen tussen de kleinste slagaders en kleinste aders

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Precapillaire sfincter is?
A
zijtakken van de grotere bloedvaten
B
rechtstreekse verbindingen tussen slagaders en aders
C
verbindingssystemen tussen de kleinste slagaders en kleinste aders

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Collaterale bloedvaten zijn ?
A
zijtakken van de grotere bloedvaten
B
rechtstreekse verbindingen tussen slagaders en aders
C
verbindingssystemen tussen de kleinste slagaders en kleinste aders

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vaatsysteem kan de bloedtoevoer van een hoofdvat overnemen als deze afsluit?
A
Collateraal bloedvat
B
Arterioveneuze anastomosen
C
Precapillaire sficter

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw
Doel hvm - optimaal vegetatief evenwicht (balans) bereiken
Intensiteit van de behandeling wordt bepaald door de (selectieve) werking van het zenuwstelsel van de klant.
  1. Start met het segmentaal onderzoek - visueel en tactiel
  2. Segmentale rugmassage ter ondersteuning van de cosmetische gezichtsmassage
  3. Gezicht, hals en decolleté massage met een cosmetisch accent

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie van de praktijk
Segmentaal onderzoek : model zittend en je doet onderzoek op de rug naar spanningsverschillen en andere verschijnselen om een goed beeld te krijgen van de bindweefselconditie.

Het opstellen van een behandelplan: duur van de massage 60 minuten, begin met informatie uit vooronderzoek verwerken in behandelplan.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zit houding
  • knieën tegen de bank
  • voeten ontspannen naast elkaar
  • rechte rug
  • bekken gekanteld
  • handen ontspannen op bovenbenen
  • hoofd recht vooruit houden, en recht vooruit kijken

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 Visuele inspectie
Wat zie je?
  • afwijkingen
  • verkleuringen
  • quellung
  • dellung
  • haargroei
  • litteken

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bindweefselonderzoek segmentaal
Visuele inspectie:                                           Tactiel onderzoek:
-Littekens                                                          -Temperatuur
-Afwijkingen                                                     -Vochtigheid
-Verkleuringen/pigment                             -Huidzones 
_Quellung (verdikking)                                 -Bindweefselzones
-Dellung  (intrekking)
-Haargroei

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bindweefselzones
Tijdens het tactiel onderzoek ga je opzoek naar een verstoring in het segmentale relatie in organen. De verstoring is te zien of te voelen aan het huidoppervlak d.m.v. inspectie en palpatie. We onderzoeken oppakbaarheid, verschuifbaarheid

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2 Tactiel onderzoek
Wat voel je? je voelt met 1 hand
  • huidzones

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 Temperatuur
Wat voel je?   Met de rug van je hand
  • is er verschil tussen links en rechts?
  • warm
  • koud

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4 Tactiel onderzoek
  • Bindweefselzones
  • Verschuifbaarheid
  • Oppakbaarheid

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5 Reactiviteit
Wat zie je?
  • roodheid 


de reactiviteit/selectiviteit geeft de intensiteit van de massage aan

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Selectiviteit
de selectiviteit geeft aan hoe snel iemand kan schakelen van de alarm fase, naar de aanpassingsfase.
Als je goed in je vel zit is de selectiviteit hoog, je hersteld snel, dus het wordt rood en trekt meteen weer weg

Bij een hoge selectiviteit mag de behandeling intensief
een cliënt met veel stress heeft een lage selectiviteit, blijft langer rood

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De bindweefsel technieken
• Huidtechnieken
• Overgangstechnieken
• Onderhuidsbindweefseltechnieken
• Diepere bindweefseltechnieken

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huidtechniek

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overgangstechnieken
• Huidtechnieken
• Overgangstechnieken
• Onderhuidsbindweefseltechnieken
• Diepere bindweefseltechnieken

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 5 overgangs-technieken zijn er?
A
spin, pluk en plooi, harmonica, s-jes, u-tjes
B
s-jes , u-tjes, harmonica,rolletjes, duim techniek
C
duim techniek, rolletjes, s-jes , u-tjes, harmonica
D
s-jes , u-tjes, harmonica, haak en haal

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

5 overgangs technieken
  • S-jes
  • U-tjes
  • Harmonicagriff
  • Pluk en plooi
  • De spin
Je doet 2 banen waarin je min 2 en max 3 overgangstechnieken gebruikt


Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

S-jes 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

U-tjes

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

   Harmonincagriff

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pluk en plooi (het weefsel niet vast houden, laten glippen)

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De spin

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 onderhuidse-technieken zijn er?
A
s-jes, u-tjes
B
harmonica, duim techniek
C
duim techniek, rolletjes,
D
haak en haal

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2 onderhuidbindweefseltechnieken
  • Gewebswasche

  •                Duim techniek, (croissant)
  •                Rol techniek



Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderhuidse bindweefseltechniek gewebswasche
duim techniek 
rol techniek

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diepere bindweefseltechnieken
Haak techniek


3 x haal techniek 
bekkengang 
borstgang



Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 2 diepere-technieken zijn er, ontstorings technieken?
A
s-jes, u-tjes
B
harmonica, duim techniek
C
duim techniek, rolletjes,
D
haak en haal

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Diepere bindweefsel techniek 
Haak en haal 

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij een hoge selectiviteit mag de behandeling?
A
niet intensief
B
wel intensief

Slide 48 - Quizvraag

Actine en myosine bevinden zich in de fibroblast. De aanmaak en functie van deze filamenten staat onder invloed van de sympathicus. Bij een verhoogde activiteit in het weefsel / weefselschade, neemt het myofibroblast toe
Bindweefsel massage 
1. Huidtechniek

Overgangstechnieken
1. S-jes
2. U-tjes
3. Harmonica griff
4. Pluk en plooi
5. Spin
Onderhuidse bindweefsel technieken : gewebswasche
1 de duim techniek
2 de rol techniek

De diepere bindweefsel techniek
1. de haak
2. 3 x de haal

Slide 49 - Tekstslide

Leervraag:
Hoe komt ouderdom tot stand en wat is een belangrijke reden dat ouderdom start in de dermis?
Tussen welke huidlagen bevind zich de bindweefselzone?
A
Tussen de opperhuid en lederhuid
B
Tussen de onderhuid en spierfascie
C
Tussen de lederhuid en spierfascie
D
Tussen de lederhuid en onderhuid

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de rol van actine en myosine?
A
Geven stevigheid aan het skelet
B
Zorgen voor verplaatsing / migratie van de fibroblast
C
spelen een rol bij de samentrekking van wondranden
D
Ze spelen een belangrijke rol bij alle genoemde antwoorden

Slide 51 - Quizvraag

Actine en myosine bevinden zich in de fibroblast. De aanmaak en functie van deze filamenten staat onder invloed van de sympathicus. Bij een verhoogde activiteit in het weefsel / weefselschade, neemt het myofibroblast toe
Leerdoelen
Aan het eind van de les :
  1. Weet je de opbouw van het segmentaal onderzoek
  2. weet je hoe je visuele inspectie uitvoert
  3. weet je hoe je een tactiek onderzoek uitvoert 
  4. weet je hoe je een behandelplan opstelt
  5. weet je de volgorde van de behandeling

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar ga je nog aan werken?

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies