In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Onderdelen in deze les
toets helpende +
Slide 1 - Tekstslide
Is de stelling juist of onjuist? Als helpende plus is mijn rol bij het aanreiken van medicatie beperkt. Ik reik medicatie aan en noteer het in het zorgdossier. Verder heb ik geen rol.
A
juist
B
onjuist
Slide 2 - Quizvraag
Dit medicijn dien je aan te reiken. Het is een tablet. Je cliënt heeft slikproblemen. Mag je de tablet vermalen zodat het makkelijker wordt ingenomen?
A
Nee alleen als arts hier toestemming voor geeft
B
Ja dat mag cliënt moet het toch binnen krijgen
Slide 3 - Quizvraag
Als zorgverlener werk je secuur aan de hand van een toedieningslijst. Je hebt altijd je eigen professionele verantwoordelijkheid hierin, waarbij je je afvraagt wat nu het goede is om te doen
A
juist
B
onjuist
Slide 4 - Quizvraag
Als zorgverlener kun je civielrechtelijk aansprakelijk worden gesteld als je bv. niet start met een behandeling met medicijnen die zijn voorgeschreven door een arts.
A
nee
B
ja
Slide 5 - Quizvraag
Als zorgverlener ben je verantwoordelijk voor de toedieningsregistratie op de toedieningslijst?
A
juist
B
onjuist
Slide 6 - Quizvraag
Bij een medicatiefout dien je altijd zorgvuldig na te gaan wat er precies fout is gegaan. Hier dien je een andere zorgverlener /collega bij te betrekken
A
juist
B
onjuist
Slide 7 - Quizvraag
Wanneer is er spraken van polyfarmacie?
A
Als een cliënt meer dan 2 medicijnen uit verschillende therapeutische groepen gebruikt
B
Als een cliënt meer dan 3 medicijnen uit verschillende therapeutische groepen gebruikt
C
Als een cliënt meer dan 4 medicijnen uit verschillende therapeutische groepen gebruikt
D
Als een cliënt meer dan 5 medicijnen uit verschillende therapeutische groepen gebruikt
Slide 8 - Quizvraag
Jou cliënt krijgt medicatie op vaste tijden. Door uitloop bijeen andere cliënt ben je later en krijgt de cliënt zijn medicatie 1 1/2 uur later, dien je dit officieel te melden?
A
nee
B
ja
Slide 9 - Quizvraag
De huisarts is aansprakelijk voor het medicijn beleid. Als een huisarts zich duidelijk vergist en de helpende plus doet hier niets mee dan is hij/zij medeverantwoordelijk
A
juist
B
onjuist
Slide 10 - Quizvraag
Medicatie fouten dien je als zorgverlener te melden. Als cliënt medicatie vergeet of omstoot dien je dat ook te melden.
A
juist
B
onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Als voor een cliënt de medicatie via een baxterrol wordt aangeleverd is het niet nodig om volgens de toedienlijst medicatie te verstrekken.
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Hoe snel dien je medicatiefout te melden?
A
binnen 1 uur
B
binnen 24 uur
C
binnen 48 uur
D
binnen 1 week
Slide 13 - Quizvraag
De medicijnbeker van een vernevelapparaat dien je schoon te maken met 70 % alcohol
A
juist
B
onjuist
Slide 14 - Quizvraag
Bij vernevelen dient het medicijn op kamertemperatuur te zijn op het moment dat je het in de medicijnbeker doet.
A
onjuist
B
juist
Slide 15 - Quizvraag
Oogdruppels dien je toe op kamertemperatuur
A
juist
B
onjuist
Slide 16 - Quizvraag
Bij het toedienen van oogdruppels wegens een geïnfecteerd oog is het dragen van handschoenen niet nodig.
A
juist
B
onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Bij het toedienen van een ontstekingsremmer, bv. via een puffer is therapietrouw extra belangrijk.
A
juist
B
onjuist
Slide 18 - Quizvraag
Na het toedienen van oordruppels dient de cliënt nog 3 tot 10 minuten in dezelfde houding te blijven zitten of liggen.
A
onjuist
B
juist
Slide 19 - Quizvraag
Na het toedienen van een oogdruppel dient de traanbuis tenminste 1 minuut dichtgedrukt te worden.
A
juist
B
onjuist
Slide 20 - Quizvraag
Als een cliënt meerderen oogdruppels krijgt kun je die direct na elkaar toedienen.
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Elke bijwerking die je als zorgverlener denkt waar te nemen bij het gebruik van een medicijn dien je te melden
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Na het toedienen van oorzalf dien je het oor van de cliënt te masseren zodat zich goed verspreidt.
A
juist
B
onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Een kortwerkende luchtwegverwijder heeft maximaal 12 uur effect.
A
juist
B
onjuist
Slide 24 - Quizvraag
Hoe vaak dient een vernevelapparaat te worden nagekeken door de fabrikant.
A
elk kwartaal
B
elk half jaar
C
elk jaar
D
1x per 2 jaar
Slide 25 - Quizvraag
Als een cliënt zowel oogdruppels als oogzalf dient te krijgen dien je eerst de oogzalf toe.
A
juist
B
onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Als een cliënt meerdere oogdruppels krijgt is het belangrijk om het voorschrift van de arts op te volgen over de volgorde van de verschillende druppels.
A
juist
B
onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Als een cliënt meerdere oogdruppels krijgt kun je die direct na elkaar toedienen.
A
juist
B
onjuist
Slide 28 - Quizvraag
De arts schrijft medicatie voor aan een cliënt en jij dient de medicatie aan te reiken. Je twijfelt echte enorm aan de voorgeschreven hoeveelheid. Reik jij in deze situatie de medicatie aan?
A
ja
B
nee
Slide 29 - Quizvraag
De houdbaarheid van een medicijn hoef je niet te controleren, dat heeft de apotheek al gedaan