6.1 Spanningsbronnen

6.1 spanningsbronnen
Nodig voor deze les:
boek+schrift+pen+ laptop
login op deze lessonup
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

In deze les zit 32 slide, met interactieve quiz en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

6.1 spanningsbronnen
Nodig voor deze les:
boek+schrift+pen+ laptop
login op deze lessonup

Slide 1 - Tekstslide

6.1 Leerdoelen deze les:
Je weet wat spanning, stroomsterkte en weerstand is
Je kan met spanning werken (eenheid/grootheid, meten, verschillende spanningsbronnen benoemen)

Slide 2 - Tekstslide

Voorkennis ophalen
Jullie hebben een filmpje bekeken, wat weet je hier nog van?

Slide 3 - Tekstslide

Weerstand in termen van Sneeuwwitje is:
A
de draak
B
de kabouters
C
de boterhammen
D
Sneeuwwitje

Slide 4 - Quizvraag

Weerstand is
A
de hoeveelheid electriciteit
B
de hoeveelheid energie
C
een electrisch apparaat
D
de hoeveelheid kabouters per seconde

Slide 5 - Quizvraag

Hoe groter de weerstand, hoe ......... de elektronen erlangs kunnen.
Welk woord moet op de puntjes?
A
makkelijker
B
moeilijker

Slide 6 - Quizvraag

Wat maken de kabouters helemaal op als ze bij de draak zijn?
A
alle electronen
B
alle boterhammen
C
al het hout
D
alle kolen

Slide 7 - Quizvraag

Wat stelt het aantal boterhammen van de kabouters voor?
A
de hoeveelheid elektronen
B
de weerstand
C
de hoeveelheid elektrische energie
D
de hoeveelheid stroom

Slide 8 - Quizvraag

De ..... van een spanningsbron bepaalt hoeveel elektrische energie er geleverd kan worden.

Wat moet er op de puntjes?
A
weerstand
B
stroom
C
spanning
D
stroomsterkte

Slide 9 - Quizvraag

Wat stelt Sneeuwwitje voor?
A
de weerstand
B
de spanning
C
de stroom
D
de batterij

Slide 10 - Quizvraag

de spanning van een batterij is gelijk aan:
A
de stroom
B
het aantal boterhammen
C
sneeuwwitje
D
de draak

Slide 11 - Quizvraag

stroomsterkte is:
A
het aantal kabouters dat per seconde een bepaald punt passeert
B
de draak
C
Sneeuwwitje
D
de stroomdraad

Slide 12 - Quizvraag

stroomsterkte is:
A
spanning
B
aantal electronen per seconde
C
weerstand
D
batterij

Slide 13 - Quizvraag

nieuwe lesstof

Slide 14 - Tekstslide

Weerstand
weerstand (een elektrisch apparaat): hoe moeilijk de elektronen erlangs kunnen

lage weerstand: elektronen kunnen er makkelijk langs
hoge weerstand: elektronen kunnen er moeilijk langs

Slide 15 - Tekstslide

Stroomsterkte
stroomsterkte: hoeveel elektronen er per seconde langs een bepaald punt komen.

Slide 16 - Tekstslide

Spanning
Spanning: hoeveelheid elektrische energie die er door de stroomdraad gaat. 



Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Spanning
grootheid van spanning is U
eenheid van spanning is V (volt)

eenheid is waarin wordt gemeten: 
spanning wordt gemeten in volt.
1kV = 1000 V

Slide 20 - Tekstslide

Spanning meten:
Spanning kan je meten met een volt-meter
 

Slide 21 - Tekstslide

spanning meten:
Elke voltmeter bestaat onder andere uit een aansluitpunt ‘min’ (zwart) en een aansluitpunt ‘plus’ (rood). 

Je meet de spanning van een spanningsbron door de pluspool met een ‘plus’ aansluitpunt van de voltmeter te verbinden. De minpool verbind je met het ‘min’ aansluitpunt.
Het rode aansluitpunt geeft het meetbereik aan.

Slide 22 - Tekstslide

Het meetbereik van een voltmeter geeft de maximale waarde aan die je kan meten.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

15 V gebruik je om nauwkeuriger te meten.

Slide 26 - Tekstslide

wat is het spannings-bereik als er staat 2000m?

Slide 27 - Tekstslide

wat is het spanningsbereik als er staat 2000m?
A
2V
B
2000V
C
20V
D
200V

Slide 28 - Quizvraag

wat is de spanning die wordt gemeten ?

Slide 29 - Tekstslide

Hoeveel spanning wordt er gemeten als er staat 1546?
A
1,546V
B
15,46V
C
154,6V
D
1546V

Slide 30 - Quizvraag

Oefenen met de lesstof
Maak opgaven 1 t/m 11
Zorg dat je je opgaven nakijkt (op Teams)
Bestudeer paragraaf 6.2 en leer paragraaf 6.1
Laptop volgende les nodig voor experiment

Slide 31 - Tekstslide

Reflectie:
Je weet wat spanning, stroomsterkte en weerstand is
Je kan met spanning werken

😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll