Lezen Talent

MX3 Nederlands week 43
Herhalingsles Lezen 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

MX3 Nederlands week 43
Herhalingsles Lezen 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen:
  1. Je weet wat leesstrategieën zijn
  2. Je begrijpt wat tekstdoelen zijn
  3. Je kunt een tekstverband koppelen aan een signaalwoord 
  4. Je kunt de kenmerken van een alinea herkennen

Slide 2 - Tekstslide

Leesstrategieën
Verkennend lezen
Nauwkeurig lezen
Zoekend lezen
Studerend lezen

Slide 3 - Tekstslide

Check in
Je wilt snel weten waar de tekst over gaat.
A
nauwkeurig lezen
B
verkennend lezen
C
studerend lezen
D
zoekend lezen

Slide 4 - Quizvraag

Check in
Een tekst helemaal lezen om hem te begrijpen
A
zoekend lezen
B
verkennend lezen
C
nauwkeurig lezen
D
studerend lezen

Slide 5 - Quizvraag

Check in
Hoe duur is een treinkaartje naar Parijs?
A
verkennend lezen
B
nauwkeurig lezen
C
zoekend lezen
D
studerend lezen

Slide 6 - Quizvraag

Tekstdoel
Is de bedoeling die de schrijver met zijn tekst heeft.

Slide 7 - Tekstslide

Tekstdoelen

Slide 8 - Tekstslide

Tekstdoelen

Slide 9 - Tekstslide

Wat zijn voorbeelden van tekstdoelen?
A
artikel, tijdschrift, krant
B
informeren, amuseren, activeren, overtuigen
C
informerende tekst, activerende tekst, amuserende tekst

Slide 10 - Quizvraag

Een nieuwsbericht is een ...
A
informatieve tekst
B
betogende tekst
C
activerende tekst
D
amuserende tekst

Slide 11 - Quizvraag

Deze tekst is een ...
A
Amuserende tekst
B
Overtuigende tekst
C
Informerende tekst
D
Activerende tekst

Slide 12 - Quizvraag

Een advertentie van Coca Cola is een:
A
amuserende tekst
B
informatieve tekst
C
overtuigende tekst
D
activerende tekst

Slide 13 - Quizvraag

Hoe herken je een alinea?

A
Er staan witregels tussen de alinea's
B
Alinea's beginnen op de volgende regel
C
Alinea's hebben veel signaalwoorden
D
Alinea's staan onderaan de tekst

Slide 14 - Quizvraag

TEKSTVERBANDEN

Slide 15 - Tekstslide

Tekstverbanden blz. 146

Slide 16 - Tekstslide

Signaalwoorden        

Aan signaalwoorden herken je een tekstverband


-  opsomming        allereerst, ook, bovendien, tot slot ....

-  tegenstelling     maar, daarentegen, echter, toch, integendeel

-  voorbeeld             bijvoorbeeld, zoals, zo, ter illustratie...


Slide 17 - Tekstslide

"maar" hoort bij het tekstverband:
A
opsomming
B
vergelijking
C
tegenstelling
D
conclusie

Slide 18 - Quizvraag

"zoals" hoort bij het tekstverband:
A
opsomming
B
oorzaak/gevolg
C
tijd
D
voorbeeld

Slide 19 - Quizvraag

'en' hoort bij het tekstverband:
A
Conclusie
B
Opsomming
C
Tegenstelling
D
Voorbeeld

Slide 20 - Quizvraag

"Zoals" is een signaalwoord voor opsomming
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Welke van de volgende is GEEN tekstverband?
A
waardering
B
opsomming
C
tegenstelling
D
voorbeeld

Slide 22 - Quizvraag

Welk signaalwoord hoort bij:

Opsomming
A
verder
B
eerst
C
bovendien
D
daardoor

Slide 23 - Quizvraag

Aan de slag:
Oefenen op Blooket:

 https://dashboard.blooket.com/set/67114b135cf5cd1a294d73db

Slide 24 - Tekstslide

Check out
Schrijf op een post-it wat je uit deze les meeneemt.

Slide 25 - Tekstslide

Fijne dag!

Slide 26 - Tekstslide