herhaling lichaam, voeding, planning

Vertaal "het ontbijt" in het FR.
A
le petit dejeuner
B
le petit-déjeuner
C
le pêtit-dejeuner
D
le pétit-déjeuner
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
FransSecundair onderwijs

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Vertaal "het ontbijt" in het FR.
A
le petit dejeuner
B
le petit-déjeuner
C
le pêtit-dejeuner
D
le pétit-déjeuner

Slide 1 - Quizvraag

Vertaal in het NL : une jambe

Slide 2 - Open vraag

Vertaal "melk" in het FR.

Slide 3 - Open vraag

Vertaal "water" in het FR.

Slide 4 - Open vraag

Vertaal "schouder" in het FR.
(tip: vergeet je accent niet)

Slide 5 - Open vraag

Vertaal "voeten" in het FR.

Slide 6 - Open vraag

Vertaal "zondag" in het FR.
A
jeudi
B
vendredi
C
samedi
D
dimanche

Slide 7 - Quizvraag

Vertaal "ochtend" in het FR.
A
midi
B
matin
C
aprés-midi
D
soir

Slide 8 - Quizvraag

Vertaal "temps libre" in het NL.

Slide 9 - Open vraag

Vond je dit een nuttige herhaling? (vrije tekst)

Slide 10 - Open vraag